NL
86
De stralingswarmte ontstaat door warmte-emissie in de buurt van het kijkglas in de deur van de verbrandingsruimte,
de metalen oppervlakten van de kachel en - voor zover aanwezig - de oppervlakten aan de zijkanten die zijn bekleed
met natuursteen of keramische tegels.
De convectiewarmte ontstaat - in modellen met een dubbele wand - doordat koude lucht uit de kamer via de onderste
instroomopeningen in de holle ruimten aan de zijkant stroomt, daar sterk verwarmd wordt, omhoog stijgt en
terugkeert in de kamer via de bovenste uitstroomopeningen.
Algemene aanwijzingen, veiligheidsaanwijzingen
Houd u aan de nationale, Europese en lokale normen, de bouwvoorschriften en de richtlijnen van de brandweer.
Houdt u tijdens het plaatsen van de kachel aan de geldende lokale brandpreventievoorschriften en/of het geldende
bouwrecht voor de plaats waar de kachel wordt geplaatst, en de aanbevelingen van de lokale schoorsteenveger. Hij
zal ook de juiste aansluiting van het apparaat op de schoorsteen controleren.
Controleer of de ondergrond voldoende draagvermogen heeft voordat u de kachel installeert. Wanneer het
draagvermogen van de ondergrond onvoldoende is, moet u passende maatregelen nemen om deze te bereiken
(bijvoorbeeld het toepassen van een plaat die het gewicht verdeelt).
De door u gekochte kachel is onderworpen aan alle door de wet vereiste onderzoeken. De kachel voldoet aan alle
parameters met betrekking tot het rendement en de rookgasemissie van het verbrandingsproces.
De in deze gebruiksaanwijzing beschreven kachel van constructievorm 1 (BA 1) is gecontroleerd op basis van de
normen DIN 18891 ("kachels op vaste brandstof") en EN13240. Kachels van constructievorm 1 mogen worden
aangesloten op schoorstenen waar meerdere kachels op zijn aangesloten indien de afmetingen van de schoorsteen
dit toelaten in overeenstemming met de normen DIN EN 13384 of 13384-2. De kachel is een periodiek gebruikte
haard.
Bij kachels van constructievorm 1 is het niet toegestaan om de veren te verwijderen die de deur van de
verbrandingsruimte sluiten, zodra de kachel is aangesloten op een schoorsteen met meerdere aansluitingen. De
typering als constructievorm 1 is verkregen door de aanwezigheid van de zelfsluitende deur van de
verbrandingsruimte. U mag de deur uitsluitend openen om brandstof toe te voegen en as te verwijderen. Afgezien
van deze handelingen moet de deur altijd gesloten zijn - zelfs wanneer de kachel niet wordt gebruikt - om
beïnvloeding van andere kachels en de daarmee verband houdende gevaren te voorkomen.
Zorg voor voldoende toevoer van frisse lucht in de ruimte waar de kachel staat opgesteld. Vanwege de noodzaak
om voldoende verbrandingslucht toe te voeren, mogen de ramen en deuren in de opstellingsruimte niet te hermetisch
gesloten zijn. Ook wanneer u in de woning of andere verbonden eenheden gebruikmaakt van luchtafvoerinstallaties
(badkamerventilatoren, afzuigkappen, etc.), dient u te zorgen voor ongestoorde toevoer van de minimaal benodigde
verbrandingslucht naar de kachel.
Attentie! U mag de kachel niet gebruiken in combinatie met gecontroleerde airconditioning- en ventilatiesystemen.
De werking van de kachel komt niet in gevaar wanneer de ventilatiesystemen zorgen voor luchtcirculatie binnen een
ruimte, of beschikken over veiligheidsmechanismen die autonoom en storingsvrij het ontstaan van onderdruk in de
ruimte waar de kachel staat voorkomen. Wij raden u aan om een competente schoorsteenveger te consulteren met
betrekking tot de aanvoer van voldoende verbrandingslucht.
Door verbranding van de brandstof komt warmte-energie vrij die sterke verhitting van de buitenoppervlakken van
de kachel veroorzaakt (deur, handgrepen, oppervlakte van het kijkglas, zijwanden, voorkant en kachelpijpen). Raak
deze onderdelen niet aan zonder hittebestendige handschoenen! Draag tijdens het stoken van de kachel geen ruime
of licht ontvlambare kleding! Waarschuw kinderen voor dit gevaar en zorg ervoor dat zij uit de buurt van de kachel
blijven als deze wordt gestookt.
Wanneer u ongeschikte of vochtige brandstoffen gebruikt, ontstaat er roetaanslag in de schoorsteen en kan brand
ontstaan. Sluit in dat geval alle luchtopeningen en waarschuw de brandweer. Na het doven van de schoorsteenbrand
moet u de schoorsteen door een specialist laten controleren op scheuren en lekken.