NL
155
Aanvullende informatie
Zie voor meer informatie
DriveConfig User’s Guide
[3AFE68910897 (Engels)].
Nr.
Naam
Informatie
1
NOM
FREQ Hz
Bepaalt de nominale motorfrequentie (zie typeplaatje van de motor).
2
SILENT
Bepaalt de schakelfrequentie van de omvormer.
Opmerking:
Hoe hoger de frequentie, des te
meer elektromagnetische ruis en des te korter de toegestane motorkabellengte om te voldoen
aan de Europese EMC-regelgeving. Zie
op pagina
.
Opmerking:
De
schakelfrequentie past zich aan aan de temperatuur van de ACS55.
3
LOAD
Optimaliseert de uitgangsspanning en frequentiekarakteristieken al naargelang de belasting.
Selecteer P&F voor het kwadratisch koppel (bijvoorbeeld pompen en ventilatoren) en CT voor
de constant koppel toepassingen (bijvoorbeeld transportbanden). De ACS55 voert automatisch
de startspanning 10% op om de motorverliezen te compenseren en het startkoppel te verhogen.
4
JOG Hz
Bepaalt de jog-frequentie. Activeer de jog-functie door 12…24 VDC aan te sluiten op digitale ingang 3 ("JOG").
(Omvormer accelereert of decelereert tot de jog-frequentie, en blijft daar totdat de ingang uitgeschakeld wordt.)
5
RELAY
Selecteert de omvormer-status die het normaal open contact van de relaisuitgang aangeeft. FLT = Fout. Contact is
open bij een fout status of een voeding-uitgeschakeld status. RUN = In bedrijf. Contact is gesloten bij in bedrijf zijn.
6
AI
OFFSET
Activeert een draadbreuk-bewaking voor de analoge ingang. 4 mA (2 V) = ACS55 valt in fout als de waarde onder de
limiet daalt. Zie de sectie
op pagina
voor informatie over schaling van analoge ingang.
7
AUTO-
RESET
Activeert de automatische reset-functie voor de volgende fouten: onderspanning, overspanning, analoog
ingangsverlies. AAN = ACS55 zal proberen automatisch te resetten drie seconden nadat er een fout opgetreden is.
Het maximum aantal resets is tien in drie minuten. Als dit overschreden wordt, zal de ACS55 stoppen en geen
nieuwe reset meer proberen. Zie ook
Status-indicaties en foutopsporing
op pagina
.
Waarschuwing!
Als het startsignaal actief is, zal de motor gestart worden na een reset. Zorg er voor dat dit geen
gevaar zal veroorzaken.
8
HI FREQ
Bepaalt de maximale uitgangsfrequentie. UIT: Max. frequentie = waarde gedefinieerd door de NOM FREQ HZ
switch. AAN: Max. frequentie = waarde gedefinieerd door de NOM FREQ HZ waarde van de HI FREQ
potentiometer. Zie
op pagina
.
U
f
CT
P&F
f
N
U
N
10%
GHV Vertriebs-GmbH • 85567 Grafing • Tel: +49 (0) 8092 8189 0 • Fax: +49 (0) 8092 8189 99 • info@ghv.de • www.ghv.de