56
Werkingsprincipe en eigenschappen
De melder werkt volgens het optische principe om rook te detecteren. In de
meetkamer is een lichtzender en een lichtontvanger ingebouwd. Beide zijn door
een tussenwand gescheiden. Is de meetkamer rookvrij, bestaat geen optische
verbinding tussen lichtzender en lichtontvanger. Indringende rook veroorzaakt
een lichtstrooiing, zodat nu licht op de ontvanger valt. De melder wordt
geactiveerd.
De melder werkt daarnaast nog met een temperatuurmeetsensor. Wordt een
temperatuur van 65 °C overschreden, wordt de melder eveneens geactiveerd.
•
Bewaakte oppervlakte: ca. 40 m² binnen een ruimte
•
Automatische herkenning van de toestand van de batterij
•
Batterijvakcontrole (melder kan alleen met geplaatste batterij
gemonteerd worden)
•
Optische (LED) en akoestische alarmering (piëzo)
Positie
De reukzin is in de slaap niet actief, daarom moeten vooral kinderkamer,
slaapkamers en gangen door rookmelders bewaakt worden. Er moet echter
minstens ook een rookmelder buiten de slaapkamers aangebracht zijn.
Hallen en gangen met variabele vuurbelastingen moeten wegens de bijzondere
risico's met rookmelders bewaakt worden. In een huis met meerdere
verdiepingen moet minstens een rookmelder per verdieping voorhanden zijn. Bij
open verbindingen met meerdere verdiepingen moet op het bovenste niveau
minstens een rookmelder geïnstalleerd worden.
Summary of Contents for FU8340
Page 63: ...63...
