64
doven van de schoorsteenbrand moet u de schoor-
steen door een specialist laten controleren op
scheuren en lekken.
Gegevens voor het berekenen van de
afmetingen van de schoorsteen
volgens DIN EN 13384 of 13384-2
Gegevens voor het berekenen van de afmetingen
van de schoorsteen in overeenstemming met de nor-
men DIN EN 13384 of 13384-2 die staan vermeld op
het technische informatieblad van het apparaat.
Opstelling van de kachel en
aansluiting op de schoorsteen
De verpakking van de nieuwe kachel beschermt hem
optimaal tegen beschadiging. Desondanks kan
tijdens het transport schade ontstaan aan de kachel
of de uitrusting ervan. Controleer daarom na het uit-
pakken of de ontvangen kachel onbeschadigd en
compleet is! Meld alle gebreken onmiddellijk aan de
verkoper!
Attentie: Loszittende of uit de bevestiging geschoven
isolatieplaatjes voor het sturen van de luchtstroom
en vergelijkbare situaties, zijn geen gebreken van de
kachel (zie hoofdstuk
kachel – p. 65).
De verpakking van de kachel is in hoge mate milieu-
neutraal. Het hout van de verpakking is niet che-
misch behandeld en kan na kleinhakken worden ver-
brand. Het karton en de folie kunnen zonder proble-
men worden aangeboden bij inzamelpunten voor
recycling.
Kachels met een zelfsluitende deur van de verbran-
dingsruimte, kunnen worden aangesloten op een
schoorsteen waar al andere kachels of haarden op
zijn aangesloten, onder voorwaarde dat de afmetin-
gen van deze schoorsteen voldoen aan de vereisten
uit de norm DIN EN 13384 of 13384-2.
Wanneer in één ruimte meerdere haarden worden
gebruikt of wanneer deze haarden in een luchtsys-
teem functioneren, moet u zorgen voor voldoende
aanvoer van verbrandingslucht.
Gebruik voor de aansluiting op de schoorsteen een
kachelpijp die is gemaakt van staalplaat. De
kachelpijp moet stijf en hermetisch worden verbon-
den met zowel de manchet voor de rookafvoer, als
met de schoorsteen. Een dergelijke stijve en herme-
tische verbinding is ook absoluut noodzakelijk tus-
sen alle elementen van de kachelpijp. Zorg er verder
voor dat de kachelpijp niet uitsteekt in de lege bin-
nenruimte van de schoorsteen. Voor het invoeren in
de schoorsteen raden wij de toepassing van een
muurvoering aan.
Vermijd horizontale stukken en vernauwingen bij lan-
gere kachelpijpen; wij bevelen pijpen aan die oplo-
pen in de richting van de schoorsteen. Sluit een ver-
ticale pijp met een lengte van minimaal 1 m aan als
de schoorsteen slecht trekt.
Houd u bij het aansluiten van de kachelpijp aan alle
voorschriften. Bij aansluiting op de schoorsteen met
gebruikmaking van de bovenstaande sluiting van de
kachelpijp, moet u tussen de kachelpijp en brand-
bare constructie-elementen een afstand van 40 cm
aanhouden. Deze minimale afstand mag u terug-
brengen tot 10 cm, wanneer de kachelpijp is voor-
zien van een mantel van onbrandbaar isolatiemateri-
aal met een dikte van minimaal 2 cm.
De aansluiting van de kachelpijp moet altijd worden
goedgekeurd door een schoorsteenveger die de
juistheid en de uitvoering van de aansluiting heeft
gecontroleerd.
Veiligheidsafstanden (minimale afstanden):
Tijdens het plaatsen van de kachel moet u zich altijd
houden aan de officiële ambtelijke bepalingen en
voorschriften over brandveiligheid. Neem hiertoe
contact op met de lokale schoorsteenveger.
De minimale afstand tot brandbare materialen of
materialen die gevoelig zijn voor hoge temperaturen
(bv. meubelen, behang, houten wandbekleding) of
tot dragende muren moet voldoen aan de volgende
voorwaarden.
De juiste afstanden voor het model kachel dat u in
bezit heeft vindt u in het meegeleverde technisch
informatieblad dat deel uitmaakt van deze gebruiks-
aanwijzing.
Bij brandbare vloerbedekking of vloerbedekking die
gevoelig is voor hoge temperaturen, dient u de
kachel te plaatsen op een onbrandbare bescher-
mingsplaat (gemaakt van bv. staalplaat, glas).
Geschikte vloerbeschermingsplaten (grondplaten)
zijn als extra uitrusting verkrijgbaar bij uw vakspecia-
list. Indien noodzakelijk kunt u ze ook bestellen bij
een speciaalzaak voor kachels.
De minimale afstanden/veiligheidsafstanden staan
weergegeven in de technische informatiebladen van
het apparaat, en tevens in inspectierapporten.
Exploitatie van de kachel
De kachel mag uitsluitend worden gestookt door vol-
wassenen. Let erop dat kinderen zich niet zonder
toezicht in de buurt van de kachel bevinden (laat de
kachel niet voor langere tijd zonder toezicht achter).
Gebruik de kachel uitsluitend in overeenstemming
met deze gebruiksaanwijzing. Houd u aan de veilig-
heidsaanwijzingen die staan vermeld in hoofdstuk
Algemene aanwijzingen, veiligheidsaanwijzin-
Toegestane brandstoffen
De kachel is een periodiek gebruikte haard.
Hij is geschikt voor verbranding van rookarme brand-
stoffen. De toegestane brandstoffen staan vermeld
in het technische informatieblad van het apparaat.
Toegestane brandstoffen zijn: gespleten houtblok-
ken met een lengte van 30 cm en een doorsnede van
10 cm, en tevens bruinkoolbriketten.
U mag uitsluitend luchtgedroogde gespleten hout-
blokken gebruiken. Het maximale vochtgehalte van
20% wordt bereikt door een droogtijd van een jaar
voor zacht hout en twee jaar voor hardhout.
Attentie! Hout is geen langzaam brandende brand-
stof. Het is dus niet mogelijk om de kachel ’s nachts
door te laten branden.
Attentie: Gebruik nooit afval zoals behang, spaan-
plaatafval, plastic of behandeld hout om te stoken!
Houd u aan de voorschriften die gelden in het
betreffende land.
NL
Kaminofen_2.book Seite 64 Mittwoch, 23. März 2016 10:35 10