20
Voor LP’s:
Start de weergave zoals bes-
chreven in “Bediening platenspeler” en druk
dan op de
●
REC toets.
Voor externe bronnen (AUX-IN):
Start
de weergave zoals beschreven in “AUX-IN
aansluiting” en druk dan op de
●
REC toets.
3. Het apparaat controleert of er een MP3-
speler of geheugenkaart aangesloten is.
De aanduiding USB of CARD knippert op het
scherm.
Opmerking:
• Voor gegevensoverdracht tussen USB en
kaart controleert het apparaat eerst of het
doelapparaat genoeg geheugen heeft.
• Als u een MP3-speler en een geheugenkaart
heeft aangesloten, verschijnen USB en
CARD beide op het scherm. U kunt het
doelapparaat selecteren door op de /
toetsen (6/8) te drukken.
• Als u tijdens de weergave van een track op
de
●
REC toets drukt, wordt alleen deze track
opgenomen. Het apparaat stopt nadat de
weergave van deze MP3-track beëindigd is.
• Bij opname vanaf een LP herkent het appa-
raat het einde van een track niet automatisch.
4. “REC” en het symbool van het doelapparaat
knipperen op het scherm.
Opmerking:
Tijdens de gegevensoverdracht tussen USB
en kaart wordt de kopieërstatus aangegeven
door een percentage-aanduiding. Er is geen
geluid.
5. Druk op de
●
REC toets om de opname te
stoppen of af te breken.
Opmerking:
Bestanden die afgebroken zijn tijdens ge-
gevensoverdracht tussen USB en kaart wor-
den niet bewaard.
Geprogrammeerde weergave
Het programmeren van een aantal tracks in de
door u gewenste volgorde.
1. Houd de / toets (7) op het apparaat
ingedrukt of druk op de toets (4) op de AB.
2. Druk op de PROG-toets (13/11 op de AB).
“P-01” (geheugen) knippert op het scherm en
de aanduiding “PROG” verschijnt. Selecteer
de gewenste track met de / toetsen
(6/8) en druk weer op de PROG-toets. De
aanduiding op het scherm verandert in P-02.
3. Selecteer de volgende track met de /
toetsen en druk weer op de PROG-toets.
Herhaal deze procedure totdat alle tracks
geselecteerd zijn.
Opmerking:
Als het einde van de geheugencapaciteit voor
te programmeren tracks bereikt is, knippert de
aanduiding “FULL” op het scherm.
4. Druk op de toets (7/3) om de weer-
gave te starten. Op het scherm verschijnen
alle tracknummers in de geprogrammeerde
volgorde; het symbool
►
MP3, respec-
tievelijk
►
WMA en PROG verschijnen op het
scherm. U kunt de weergave met deze toets
ook onderbreken.
5. Door op de / toets (7) of op de toets
(4) te drukken, wordt de weergave gestopt,
maar het programma blijft bewaard.
6. Om de weergave van het programma te
hervatten, drukt u eerst één keer op de
PROG-toets en daarna op de toets.
7. Druk op de / toets (7) of op de toets
(4) om het programma te wissen. De PROG-
icoon verdwijnt van het scherm.
Het apparaat stopt automatisch na de weer-
gave van alle geprogrammeerde tracks. De
geprogrammeerde volgorde blijft behouden in
het geheugen totdat u overschakelt op de ge-
wone stand, de schijf verwijdert of het apparaat
uitschakelt.
U kunt de geprogrammeerde tracks com-
bineren met de herhaalfunctie. Druk na het
programmeren en starten maximaal 4x op de
REPEAT/INTRO/RAN-toets (12) (9 op de AB)
om de in het hoofdstuk “REPEAT/INTRO/RAN”
beschreven functies toe te passen.
Nederlands
MC 4420 CR_USB final IM for GEL 20 20
MC 4420 CR_USB final IM for GEL 20 20
2008-10-10 22:19:44
2008-10-10 22:19:44