Montage
467 774_c
23
MONTAGE
Apparaat opstellen
1. Zorg voor een vlakke en stevige installatiep-
lek.
2. Plaats het apparaat waterpas en zodanig dat
deze beveiligd is tegen overstroming.
➯
Zorg dat het apparaat beschermd is te-
gen regen en eventuele rechtstreekse
waterstralen.
Aansluiten van aanzuigleiding
1. Kies een zodanige lengte voor de aanzuiglei-
ding
(Afb. B -17)
dat de huiswaterpomp niet
kan drooglopen. De aanzuigleiding moet zich
steeds minstens 30 cm onder het waterop-
pervlak bevinden.
2. Sluit de aanzuigleiding aan. Zorg daarbij voor
een goed afgedichte aansluiting, zonder de
schroefdraad te beschadigen.
➯
Wij raden aan om flexibele leidingen
te monteren bij de pompingang (Afb. A
-10). U voorkomt zo dat er mechanische
druk of trekkracht op de huiswaterpomp
wordt uitgeoefend.
3. Als het water in geringe mate zandhoudend
is, moet tussen de aanzuigleiding en de pom-
pingang een voorfilter worden gemonteerd.
Informeer hiernaar bij uw vakhandel.
4. De aanzuigleiding moet altijd omhoog lopend
worden gemonteerd.
ADVICE
Als de aanzuighoogte meer is dan 4 m,
moet een aanzuigslang met een diame-
ter van meer dan 2,5 cm (1 inch) worden
gemonteerd. Wij raden het gebruik aan
van een AL-KO aanzuigset met aanzu-
igslang, aanzuigkorf en terugstroomafs-
luiter. Informeer bij uw vakhandel.
Monteren van drukleiding
1. Schroef de verbindingsnippel
(Afb. B -15)
sa-
men met de ronde afdichtring
(Afb. B -16)
in
de pompuitgang
(Afb. A -3)
.
2. Schroef het elleboogstuk
(Afb. B -13)
samen
met de afdichting
(Afb. B -14)
op de verbin-
dingsnippel
(Afb. B -15)
en draai het elleboog-
stuk in de gewenste richting.
3. Bevestig een drukleiding
(Afb. B -12)
aan het
elleboogstuk
(Afb. B -13)
.
4. Open alle in de drukleiding aanwezige afslui-
ters (ventiel, sproeier, waterkraan).
INBEDRIJFSTELLING
Het apparaat vullen
LET OP!
Bij drooglopen raakt de pomp bescha-
digd! De tuinpomp moet vooraf aan elke
ingebruikname steeds worden gevuld
met water tot hij overloopt, zodat hij di-
rect kan gaan aanzuigen.
1. Open de vulplug
(Afb. A -3)
met de filtersleu-
tel.
2. Vul via de vulopening met water tot aan de
markering op het pomphuis.
3. Draai de vulplug er weer in.
ADVICE
Om de aanzuigtijd te verkorten moet de
aanzuigslang met water worden gevuld
voordat u deze aankoppelt.
Aanzetten van de pomp
1. Open alle in de drukleiding aanwezige afslui-
ters (ventiel, sproeier, waterkraan).
2. Steek de stekker aan de aansluitkabel in het
stopcontact.
3. Zet de tuinpomp aan met de aan-/uitscha-
kelaar.
LET OP!
Laat de tuinpomp nooit draaien tegen
een gesloten drukleiding in.
Uitschakelen van de pomp
1. Zet de tuinpomp na gebruik uit met de aan-/
uitschakelaar.
2. Sluit alle in de drukleiding aanwezige afslui-
ters.
VOORZICHTIG!
Risico op letsel door heet water
Als de pomp langdurig (>10 minuten)
moet draaien tegen een gesloten drukzi-
jde in, kan het water in de pomp aanzi-
enlijk worden verhit en onverwacht naar
buiten spuiten! Haal de stekker uit het
stopcontact en laat pomp en water af-
koelen. Neem het apparaat pas weer in
gebruik nadat alle storingen zijn verhol-
pen!
Risico op letsel door heet water kan ontstaan
door:
ondeskundig uitgevoerde installatie
gesloten drukzijde