42
Basisvoorwaarde voor de goede werking en efficiëntie van de kookplaat is het gebruik van
de juiste kwaliteit pannen.
BEDIENING
● Gebruik altijd pannen van hoge kwaliteit met een perfect vlakke bodem. Zo voorkomt u
het ontstaan van punten met een te hoge temperatuur waar voedingsmiddelen tijdens het
koken aan vast kunnen kleven. Pannen en koekenpannen met dikke, metalen wanden
zorgen voor uitstekende verspreiding van de warmte.
● Zorg ervoor dat de bodem van de pannen droog is. Controleer na het vullen, of wanneer u
een pan gebruikt die in de koelkast heeft gestaan, voordat u de pan op de kookplaat zet of
de oppervlakte volledig droog is. Hierdoor voorkomt u verontreiniging van de oppervlakte
van de kookplaat.
● Het deksel verhindert dat de warmte ontsnapt, waardoor de kooktijd korter wordt en u
minder energie verbruikt.
Pannenkeuze voor het koken op een inductiekookzone
Inductiekookzone
Doorsnede van de pan voor inductiekoken
Doorsnede (mm)
Minimaal (mm)
Optimal (mm)
220
140
220
180
90
180
Als u pannen gebruikt die kleiner zijn dan de minimale doorsnede, is het moge-
lijk dat de inductiekookzone niet werkt.
De energie wordt het beste overgedragen als de maat van de pan overeenkomt met de
afmetingen van de inductiekookzone.
In de onderstaande tabel staan de kleinste en de grootste doorsnede aangegeven. Deze
zijn afhankelijk van de kwaliteit van de pan.
Voor een optimale temperatuurcontrole door de inductiemodule moet de bo-
dem van de pan vlak zijn.
Een holle bodem of een diep ingeslagen logo van de producent hebben een ne-
gatieve invloed op de temperatuurcontrole door de inductiemodule en kunnen
oververhitting van de pan veroorzaken.
Gebruik geen beschadigde pannen bv. met een bodem die door te hoge tempe-
raturen is gedeformeerd.