ISK 70-755 Inductief veiligheidsrelais
Ne
de
rla
nd
s
2. Algemene veiligheidsbepalingen en veiligheidsmaatregelen
• Fabrikant en gebruiker van de installatie / �achine, waarop de veiligheidsinrichting wordt gebruikt, zijn
ervoor verantwoordelijk o� alle geldende veiligheidsvoorschriften en -regels op eigen verantwoordeli-
jkheid a� te ste��en en te respecteren.
• De veiligheidsinrichting garandeert in co�binatie �et de bovengeschikte besturing een �unctionele
veiligheid, �aar niet de veiligheid van de co�plete installatie / �achine. Voordat de �achine wordt
gebruikt, is daaro� een veiligheidsobservatie van de co�plete installatie / �achine con�or� de �achi-
nerichtlijn 2006/42/EG o� de betreffende productnor� noodzakelijk.
• De bedieningshandleiding �oet per�anent op de installatieplaats van de veiligheidsinrichting beschikbaar
zijn
Ze �oet door iedereen die zich bezighoudt �et bedienings-, onderhouds- o� servicewerkzaa�heden van
de veiligheidsinrichting, grondig worden gelezen en toegepast.
• De installatie en inbedrij�stelling van de veiligheidsinrichting �ag enkel door vakpersoneel gebeuren,
dat vertrouwd is �et deze bedieningshandleiding en de geldende voorschriften over arbeidsveiligheid
en ongevallenpreventie. De aanwijzingen in deze handleiding �oeten absoluut nagelee�d worden.
Elektrische werkzaa�heden �ogen enkel door elektriciens worden uitgevoerd.
• De veiligheidsvoorschriften betreffende elektrotechniek en die van de bedrij�svereniging �oeten in acht
worden geno�en.
• Het relais dient bij werkzaa�heden hieraan spanningsvrij geschakeld, op spanningsvrijheid gecontroleerd
en tegen opnieuw inschakelen beveiligd te worden.
• Als de hal�geleideruitgangen extern �et een spanning gevoed worden, �oet worden gegarandeerd dat
deze bij werkzaa�heden aan het relais eveneens uitgeschakeld worden.
• Het relais bevat enkel onderhoudsvrije onderdelen. Door eigenhandige o�bouwwerken resp. herstellingen
aan het relais vervalt elke garantie en aansprakelijkheid van de �abrikant.
Het relais is conform EN ISO 13849-1 „Onderdelen van besturingssystemen met een
veiligheidsfunctie“ voor categorie 2 geconcipieerd. Voor de naleving van categorie
2 moet vóór elke gevaarlijke beweging van de installatie / machine een test van het
beveiligingssysteem plaatsvinden. Het gebruik of het bedraden van het veiligheids-
relais zonder testen, voldoet niet aan deze veiligheidseisen.
De eisen van de poortnormen EN 12978 „Veiligheidsvoorzieningen voor automatisch werkende
deuren en hekken“ en EN 12453 „Gebruiksveiligheid van aangedreven deuren“ worden eve-
neens vervuld.
Voor een ontwerp van het beveiligingssysteem volgens de normen, moet de installatie / machine
op basis van passende tijdsintervallen door deskundigen worden gecontroleerd op correcte
functie.
De controle moet te allen tijde inzichtelijk worden gedocumenteerd.
In geval van het niet in acht nemen of opzettelijk misbruik vervalt de aansprakelijkheid van
de fabrikant.
