101
Eigenmachtige verbouwingen aan de machine sluiten een
aansprakelijkheid van de fabrikant voor hieruit voortvloeiende
schade van eenieder soort uit.
Deze machine mag alleen voorbereidt, gebruikt en onderhouden
worden door personen die met de machine vertrouwd zijn en
goed ingelicht zijn over de risico’s. Reparaties mogen alleen
door de fabrikant of geautoriseerde werkplaatsen uitgevoerd
worden.
Restrisico’s
Ook bij het gebruik volgens de voorschriften zijn er op
grond van de constructie voor de toepassing van deze
machine nog een aantal restricties.
De restricties kunnen geminimaliseerd worden wanneer de
veiligheids-, gebruiks-, gezondheid- en onderhouds-
voorschriften nauwkeurig in acht genomen worden.
Consideratie en voorzichtigheid verminderen het risico van
personenletsels en beschadigingen.
Gevaar voor letsels aan vingers en handen, wanneer u met
de hand door een opening grijpt en in aanraking komt met de
roterende messen.
Gevaar voor letsels aan vingers en handen, bij montage- en
reinigingswerkzaamheden aan de messen.
Verwonding door wegslingerend hakselgoed in het bereik
van de trechter.
Gevaar door stroom door het niet juist aansluiten van de
aansluitdraden.
Het aanraken van onder spanning staande delen bij
geopende elektrische delen.
Vermindering van het gehoor bij langdurig werken zonder
gehoorbescherming.
Verder kunnen er ondanks alle genomen maatregelen niet
zichtbare restricties bestaan.
Veiligheidsinstructies
Lees en volg de onderstaande aanwijzingen, de
voorschriften ter voorkoming van ongevallen en de
algemene veiligheidsvoorschriften op, om u zelf en
anderen tegen verwondingen te beschermen.
Geef de veiligheidsvoorschriften aan alle personen, die
met deze machine werken, door.
Bewaar deze veiligheidsvoorschriften goed.
Apparaat met veiligheidsuitschakeling
De aan deze hakselaar aangebrachte veiligheids-
uitschakeling met automatische motorrem dient voor uw
veiligheid.
Reparaties aan elektrische onderdelen van de
machine, zowel als aan de veiligheidsschakeling
moeten door de fabrikant of een door hem
aangewezen persoon worden uitgevoerd.
Maak u voor gebruik met het apparaat vertrouwd, met behulp
van de bedieningshandleiding.
Gebruik de machine alleen waar hij voor gemaakt is (zie
“Reglementaire toepassing” en "Werken met de
tuinhakselaar").
Zorg voor een stabiele en uitgebalanceerde houding. Strek u
niet vooruit. Ga bij het inwerpen van het hakselmateriaal op
dezelfde hoogte met het toestel staan.
Let aan hellende plaatsen steeds erop, stabiel te staan.
Beweeg het apparaat alleen gaande, nooit lopend of
rennend.
Wees oplettend. Let op dat, wat u doet. Ga met verstand te
werk. Gebruik het toestel niet, wanneer u moe bent of onder
de invloed van drugs, alcohol of medicamenten staat. Een
moment van onoplettendheid bij het gebruik van het toestel
kan tot ernstige verwondingen leiden.
Draag bij het exploiteren van het apparaat steeds
veiligheidsbril, werkhandschoenen en lawaaibescherming.
Draag bij het exploiteren van het apparaat steeds geschikte
werkkleding:
−
nauw sluitende kleding en geen sieraden dragen, ze
kunnen worden gegrepen door bewegende delen;
−
geen schoenen met gladde zolen dragen;
−
lange broeken ter bescherming van de benen;
−
geen los afhangende kleding of zulke met hangende
banden of koorden.
Werk met het toestel niet blootsvoets of in lichte sandalen.
De bedienende persoon is binnen het arbeidsbereik van de
machine verantwoordelijk ten opzichte van derden.
Kinderen niet met het toestel laten spelen.
Kinderen dienen uit de buurt van het apparaat te worden
gehouden.
Reiniging en onderhoudswerkzaamheden mogen niet door
kinderen worden uitgevoerd.
Zet het toestel nooit aan, terwijl niet betrokken personen, in
het bijzonder kinderen of dieren, in de buurt zijn.
De gebruiker is zelf voor ongelukken of bedreigingen
tegenover andere personen of hun bezit verantwoordelijk.
Laat de machine nooit zonder toezicht .
Zorg dat uw werkomgeving in orde is. Rommel kan
ongevallen veroorzaken.
Neem een werkpositie in, zijdelings of achter het apparaat.
Nooit uw hand in de vul- of uitworpopening steken.
Blijf met uw gezicht en uw lichaam uit de buurt van de
vulopening.
Overbelast de machine niet. U werkt beter en zeker met de
juiste belasting van de machine.
Werk alleen met alle en op de juiste wijze aangebrachte
veiligheidsvoorzieningen en verander aan het toestel niets,
dat de veiligheid zou kunnen belemmeren.
Probeer nooit de vergrendelingsfunctie van de
veiligheidsvoorziening te omzeilen.
Verander de regelaarinstelling van de motor niet; het
toerental regelt de veilige maximum werksnelheid en
beschermt de motor en alle zich draaiende delen tegen
schade door te hoge snelheid. Neem bij problemen contact
op met de klantenservice.
Het apparaat mag niet zonder de vultrechter gebruikt
worden.
Het toestel resp. delen van het toestel niet veranderen.
Bij het inschakelen van de motor moet het apparaat conform
de voorschriften zijn gesloten.