39
►
Beschrijving van het apparaat /
Reserveonderdelen
Pos.
Benaming
Order.-Nr.
1.
Grijpbeugel beneden
386704
2.
Grijpbeugel boven
386703
3.
Slotbout M8 x 40
386702
4.
Afstandstuk
386701
5.
Kartelmoer M8
386700
6.
Hendelvergrendeling links
7.
Hendelvergrendeling rechts
8.
Wiel 386718
9.
Wielkap
386717
10.
Afvalbak
386705
11.
Schotelborstel
386706
12.
Stelknop hoogteverstelling
(achterste borstelrol)
386714
13.
Stelknop hoogteverstelling
(schotelborstels)
14.
Zak schroeven (6x ST3,9 x 16)
386736
15.
Zak met toebehoren
16.
Riem kort
386707
17.
Riem middel
386711
18.
Riem lang
386710
19.
Opname schotelborstel
20.
Stuurrol 386709
21.
Borstelrol voren cpl.
386716
22.
Borstelrol achteren cpl.
386715
Samenbouw
Neem alstublieft het ingesloten montage- en
bedieningsblad ter hand!
►
Verwijder de afvalbak (10) van het apparaat
en ontneem de zak met toebehoren (15).
►
Draai het apparaat op het hoofd en bevestig de
beide schotelborstels (11) aan de opnames voor de
schotelborstels (19) met de meegeleverde schroeven ST3,
9 x 16 (14).
►
Draai thans het apparaat weer om, zo dat het op de
wielen staat en zet de afvalbak (10) weer in.
►
Plaats de grijpbeugel (1+2) en fixeer hem in de
hendelvergrendelingen (6+7). Bevestig thans de grijpbeuel
door vasttrekken van de beide kartelmoeren (5).
►
Door de keuze van de gaten in de bovenste
grijpbeugel (2) heeft u drie mogelijkheden ter instelling van
de hoogte. Maak voor een verstellen de beide kartelmoeren
(5) los en verwijder de afstandsstukken (4). Verwijder thans
de vlakke rondbouten (3). De bovenste grijpbeugel (2) kan
nu worden ingesteld. Werd de passende positie gevonden,
wordt de bovenste grijpbeugel (2) in omgekeerde volgorde,
beginnend met de vlakke rondbouten (3), weer bevestigd.
Ingebruikname
U mag de machine niet gebruiken voordat u deze
bedieningshandleiding heeft gelezen, alle voorschriften
heeft opgevolgd en de machine als voorgeschreven heeft
gemonteerd.
Overtuigt u zich er van, dat het apparaat compleet en
volgens voorschrift is gemonteerd.
Controleer voor ieder gebruik
:
de machine op eventuele beschadigingen
of de afvalbak, de grijpbeugels en de borstels vast zijn
aangebracht.
Werken met de handveegmachine
Houdt het toestel goed vast met twee handen.
Werk op een droge, slipvaste en gladde ondergrond.
Vermijdt een abnormale lichaamshouding.
Zorg voor een
stabiele en uitgebalanceerde houding.
Schuif het apparaat over de te vegen vlakte, in
normale snelheid te voet (ca. 4 km/u) voor u heen.
Een vegen vindt slechts plaats, wanneer het apparaat
vooruit wordt geschoven.
Verontreinigingen aan kanten of in hoeken worden
door de schotelborstels (11) gevat en gereinigd.
De werkhoogte van de schotelborstels (1) laat zich
door draaien van de stelknop (13) traploos instellen.
Door draaien van de zijdelingse stelknoppen (12) kan
de hoogte van de achterste borstelrol (22) worden
aangepast.
Leeg de afvalbak (10) regelmatig na ieder vegen of
wanneer deze vol is.
Onderhoud en verzorging
Voor aanvang van iedere onderhouds- en reinigingsbeurt
-
Wachten tot het apparaat stilstaat
Onderhouds- en reinigingswerkzaamheden die niet in dit
hoofdstuk worden genoemd, mogen uitsluitend worden
uitgevoerd door de fabrikant of door hem aangewezen
bedrijven.
De in het kader van onderhoud of reiniging verwijderde
veiligheidsvoorzieningen moeten absoluut weer correct
aangebracht en gecontroleerd worden.
Gebruik alleen originele onderdelen. Andere onderdelen
kunnen onverwachte schade en verwondingen tot gevolg
hebben.