116
Gebruik de tafelcirkelzaag niet in de nabijheid van
brandbare vloeistoffen of gassen of in vochtige of natte
omgeving.
Metalen delen (spijkers, nieten, enz.) moeten uit het hout
verwijderd worden voordat het gezaagd wordt.
Restrisico’s
Ook bij het gebruik volgens de voorschriften zijn er op grond
van de constructie voor de toepassing van deze machine nog
een aantal restricties.
De restricties kunnen geminimaliseerd worden wanneer de
veiligheids-, gebruiks-, gezondheids- en onderhoudsvoorschrif-
ten nauwkeurig in acht genomen worden.
Consideratie en voorzichtigheid verminderen het risico van
personenletsels en beschadigingen.
VRisico’s voor verwonding van de vingers of de hand door
het werkstuk of het zaagblad, bijv. bij het wisselen van het
zaagblad.
Verwondingen door het wegslingeren van delen van het
werkstuk.
Terugslag van het werkstuk of delen hiervan.
Breuk en wegslingeren van het zaagblad.
Gevaar door stroom door het niet juist aansluiten van de
aansluitdraden.
Het aanraken van onder spanning staande delen bij een ge-
opende elektrische delen.
Vermindering van het gehoor bij langdurig werken zonder
gehoorbescherming.
Emissie van zaagstof door het werken zonder voldoende
stofafzuiging.
Verder kunnen er ondanks alle genomen maatregelen niet
zichtbare restricties bestaan.
Veilig werken
Bij ondeskundig gebruik kunnen houtbewerkings-
machines gevaarlijk zijn. Als een machine gebruikt wordt
moeten de standaard voorzorgsmaatregelen genomen
worden om het risico van brand, elektrische sluiting en het
verwonden van personen uit te sluiten.
Lees en volg de onderstaande aanwijzingen, de voorschrif-
ten te voorkoming van ongevallen en de algemene veilig-
heidsvoorschriften op, om u zelf en anderen tegen verwon-
dingen te beschermen.
L
Geef de veiligheidsvoorschriften aan alle personen, die
met deze machine werken, door.
L
Bewaar deze veiligheidsvoorschriften goed.
Maak u voor gebruik met het apparaat vertrouwd, met
behulp van de bedieningshandleiding.
Wees oplettend. Let op dat, wat u doet. Ga met
vgerstand te werk. Gebruik het toestel niet, wanneer u
moe bent of onder de invloed van drugs, alcohol of
medicamenten staat. Een moment van onoplettendheid
bij het gebruik van het toestel kann tot ernstige
verwondingen leiden.
Draag de juiste werkkleding.
−
Nauw sluitende kleding en geen sieraden dragen.
−
Geen schoenen met gladde zolen dragen.
−
Bij lang haar een haarnet dragen.
Draag persoonlijke beschermingsmiddelen.
−
Gehoorbeschermer dragen (het geluidsnivo in de
werkplaats komt over het algemeen boven de 85dB(A).
−
Veiligheidsbril
(bij het zagen van aluminium).
−
Stofmaker
−
Handschoenen bij het handhaven van de zaagbladen en
ruwe grondstoffen
Gebruik de machine alleen op een
−
stevige
−
vlakke
−
slipvaste
−
trillingvrije ondergrond
Zorg dat uw werkomgeving op orde is. Rommel kan onge-
vallen veroorzaken.
Let op de omgevingsinvloeden.
−
Zet de machine niet in de regen buiten.
−
Gebruik de machine niet in een vochtige of natte
omgeving.
−
Zorg voor voldoende omgevingslicht.
−
Gebruik de machine niet in de buurt van brandbare
stoffen of gassen.
−
De stof die ontstaat bij het zagen verslechtert het zicht
en is deels gevaarlijk voor de gezondheid. Wanner de
machine niet buiten staat, moet hij aangesloten worden
op een afzuigunit.
Laat de machine niet zonder toezicht achter.
Personen onder de 18 jaar mogen niet met deze machine
werken. Uitgezonderd zijn personen
boven de 16 jaar in
opleiding onder toezicht.
Hou andere personen op afstand.
Laat andere personen, in het bijzonder kinderen, het
gereedschap of de kabel niet aanraken.
Houdt ze ver van uw werkplek weg.
Neem altijd een positie in zijdelings van het zaagblad,
buiten het zaagvlak.
Wanneer u met een tweede persoon aan de zaag werkt,
moet deze aan het afname-einde van de tafelverlenging
staan.
Neem de correcte werkpositie in. Stelt u zich voor aan de
bedienerkant, frontaal ten opzichte van de zaag rechts
naast de zaagbladlijn.
Verwijder vóór het zagen alle nagels en metalen
voorwerpen uit het werkstuk.
Let erop dat het werkstuk geen kabels, touwen, snoeren of
dergelijke omvat. Begin pas met zagen als het zaagblad op
toeren is.
Overbelast de machine niet. U werkt beter en zeker met de
juiste belasting van de machine.
Werk alleen met alle veiligheidsvoorzieningen op de juiste
wijze aangebracht. Verander niets aan de machine wat de
veiligheid in gevaar kan brengen.
Vervang bij uitgeslagen zaagspleet het tafelinzetstuk.