Nederlands
58
.
11. Er moet heel weinig kracht worden
gebruikt om de machine door de zaags-
nede te bewegen. Overmatige kracht
veroorzaakt vermoeidheid van de bedie-
naar en overmatige slijtage aan het zaag-
blad en de machine.
12. Verzeker dat de zool is altijd vlak op het te
zagen materiaal wordt gehouden. Dit is
vooral belangrijk bij het begin of het eind
van een zaagsnede, of als er smalle stro-
ken worden gezaagd waarbij de zool niet
volledig wordt ondersteund.
Het volgen van lijnen
1. Met de aanduidingen op de voor- en ach-
terkant van de veiligheidszool voor zagen
kan tijdens het zagen een lijn worden
gevolgd.
2. Voor nauwkeuriger en netter zagen kan
een metalen liniaal, die met de vrije hand
wordt vastgehouden, worden gevolgd.
Teken een tweede lijn op 12 mm links van
de zaaglijn of voor linkshandige bedie-
naars op 44 mm rechts van de zaaglijn,
om de liniaal te plaatsen.
Het maken van uitsparingen
Merk het volgende op: Het kan bij sommige
harde materialen niet mogelijk zijn om de zaag
in te laten vallen.
1. Stel de diepte van de zaagsnede in, steek
de stekker in het stopcontact en zet de
metalen zool dan op het werkoppervlak.
Zorg ervoor dat de achterste breedtemar-
kering op de veiligheidszool voor zagen
met de startstreep uitlijnt.
2. Schakel de machine in en wacht gedu-
rende twee seconden om het zaagblad op
toeren te laten komen. Laat daarna het
blad langzaam en voorzichtig, maar stevig,
in het materiaal zakken. Duw de machine
dan
naar voren
langs de te zagen lijn.
Trek de machine nooit achteruit.
3. Til bij het bereiken van de eindstreep de
machine van het werkoppervlak voordat u
hem uitschakelt. Als er veel stof is veroor-
zaakt, houd hem dan een paar seconden
langer ingeschakeld zodat het stof van
binnen de machine kan worden
afgezogen.
Het bevestigen van de parallelgeleider
1. Haal de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder de schroef (8) van de veiligheids-
zool voor zagen.
3. Steek de parallelgeleider erin en zet hem
vast met de schroef (8).
Het zagen van lastige of stoffige
materialen
Oefen het gebruik van de machine door hout
te zagen voordat u lastiger materialen zaagt. Er
is bij het zagen van hardere materialen, zoals
metalen en sommige kunststoffen, meer kracht
vereist om het werkstuk vast te houden en het
kan nodig zijn om het te klemmen.
Zaag geen materialen die giftig stof of
giftige dampen produceren, zoals PTFE of
asbest.
Plaatstaal
• Stel de afstelling voor de diepte altijd ten
minste 1 mm groter dan de dikte van het
materiaal om te vermijden dat het blad uit
het materiaal loopt. Er zijn blokjes afvalma-
teriaal onder het werkoppervlak vereist.
• Verwijder bramen en roest, omdat die de
beweging over het materiaal hinderen.
• Zaag geen staal.
• Iedere 2 minuten dat er metaal wordt
gezaagd, moeten door ten minste 3 minu-
ten rust worden gevolgd.
Keramiektegels, leisteen of vergelijk-
bare materialen
• Gebruik alleen een zaagblad dat specifiek
voor dat doel is ontworpen.
• Gebruik de machine
altijd
met een aan-
gesloten stofzuiger of stofafzuiging, omdat
stof gevaarlijk voor de bedienaar kan zijn
en kan voorkomen dat de veiligheidszool
voor zagen goed werkt.
• Het aanbrengen van afplaktape of PVC
tape op de zool van de machine of op het
werkstuk, kan het zagen gemakkelijker
maken en het krassen van de tegel
voorkomen.
7062413-digital-display-MA-#-1604-19.indb 58
11-05-16 11:37