Behringer CRAVE, Quick Start Manual

(NL)

  Stap 3: Aan de slag

CRAVE Aan de slag

OVERZICHT

Deze ‘aan de slag’-gids helpt u bij het instellen van de CRAVE analoge 

synthesizer en introduceer kort de mogelijkheden ervan. 

VERBINDING

Raadpleeg de verbindingsgids eerder in dit document om 

de CRAVE op uw systeem aan te sluiten.

SOFTWARE-INSTELLING

De CRAVE is een USB Class Compliant MIDI-apparaat, dus installatie 

van stuurprogramma’s is niet vereist. De CRAVE heeft geen extra 

stuurprogramma’s nodig om met Windows en MacOS te werken.

APPARATUUR INSTALLATIE

Maak alle verbindingen in uw systeem. Gebruik de MIDI-schakelaars 

op het achterpaneel om de CRAVE in te stellen op een uniek 

MIDI-kanaal in uw systeem. Sluit een extern MIDI-toetsenbord 

rechtstreeks aan op de CRAVE MIDI IN 5-pins DIN-ingang.
Schakel de CRAVE alleen in met de meegeleverde voedingsadapter. 

Zorg ervoor dat uw geluidssysteem is uitgeschakeld. Zet de 

stroomschakelaar op het achterpaneel van de CRAVE aan.

OPWARMINGSTIJD

We raden aan om de CRAVE 15 minuten of meer te laten opwarmen 

voordat u gaat opnemen of live optreden. (Langer als het uit de 

kou is gehaald.) Hierdoor krijgen de analoge precisiecircuits de tijd 

om hun normale bedrijfstemperatuur en afgestemde prestaties te 

bereiken.

OSCILLATOR VCO-SECTIE

De CRAVE heeft één spanningsgestuurde hoofdoscillator (VCO). 
De VCO-golfvorm kan worden geselecteerd uit puls of omgekeerde 

zaagtand. Als puls is geselecteerd, kan de pulsbreedte worden 

gevarieerd van smal, blokgolf (midden) tot brede puls. Luister 

naar de veranderingen in geluid die de golfvormen maken en de 

verandering in pulsbreedte. De frequentie kan een octaaf omhoog 

of omlaag worden aangepast en maakt fijnafstemming op andere 

instrumenten mogelijk.
De VCO kan worden gemoduleerd in pulsbreedte of in frequentie. 

De bron van de modulatie kan de envelop zijn, zoals hieronder 

beschreven, of de laagfrequente oscillator (LFO). De VCO kan ook 

worden gemoduleerd met behulp van de OSC MOD-ingang in de 

patch-bay.
De hoeveelheid of diepte van VCO-modulatie kan worden aangepast 

met behulp van de OSC MOD-regelaar.
Gebruik de MIX-regelaar om de mix tussen de interne VCO (helemaal 

links) en de interne ruisgenerator (helemaal rechts) aan te passen. 

Als er een extern ingangssignaal aanwezig is op de EXT AUDIO-

ingang, zal dit de plaats innemen van de ruis in de mix.

FILTER (VCF) GEDEELTE

Speel met de afsnijfrequentie en resonantiecontroles, en luister naar 

hun effecten op het geluid.
De klassieke 24 dB / octaaf hoogdoorlaat- en laagdoorlaatfilters 

bieden veel controle over de geluiden die door CRAVE worden 

gecreëerd.
Het hoogdoorlaatfilter vermindert het niveau van signalen die onder 

de afsnijfrequentie liggen. Het vermindert effectief het niveau van 

de fundamentele en lagere harmonischen.
Het laagdoorlaatfilter vermindert het niveau van signalen boven 

de afsnijfrequentie. Het reduceert de niveaus van de hogere orde 

harmonischen.
De resonantieregeling geeft een verbetering van de signalen bij de 

crossover-frequentie.
De hoeveelheid VCF-modulatie kan worden gevarieerd met de VCF 

MOD-besturing, en ook de polariteit kan worden omgekeerd. Als 

modulatie bijvoorbeeld de afsnijfrequentie verhoogt, zal negatieve 

polariteit deze verlagen.
De VCF-modulatiebron kan de Envelope of de LFO zijn.
Al deze functies, naast het gebruik van de patch bay, zorgen voor 

een grote mate v

an flexibiliteit bij het creëren van geluid. 

MODULATIE GEDEELTE

De laagfrequente oscillator kan worden gebruikt om de VCO en de 

VCF te moduleren. De LFO-frequentie kan worden gevarieerd en de 

golfvorm kan worden gekozen uit vierkant of driehoekig. Een LED 

geeft de LFO-snelheid aan.

ENVELOP GENERATOR SECTIE

De omhullende generator kan worden gebruikt om de 

afsnijfrequentie in de VCF-sectie en de spanningsgestuurde 

versterker (VCA) te moduleren. Envelope kan ook worden gebruikt 

om de VCO-frequentie en pulsbreedte te moduleren.
Met de bedieningselementen voor attacktijd, sustainniveau en 

decaytijd kunt u de envelopvorm over een breed bereik aanpassen.

PATCH BAY SECTIE

Deze sectie biedt u de veelzijdigheid om veel verschillende geluiden 

te creëren, met een eindeloze verscheidenheid aan opties en 

configuraties.
De VC MIX-regeling is als een aparte mini-mixer of variabele 

spanningsbron. Het werkt onafhankelijk van het hoofdsignaalpad. 

Hiermee kunt u een mix aanpassen tussen de patchbay MIX 

1-ingang en MIX 2-ingang, met mogelijke modulatiecontrole vanaf 

de VC MIX CV-ingang. De patchbay VC MIX output kan dan worden 

gebruikt om verbinding te maken met andere inputs in de patch bay.
Als er geen MIX 1- of MIX 2-ingangen zijn aangesloten, zal de VC 

MIX-uitgang variëren van 0V (volledig links) tot +5 V (volledig 

rechts). Experimenteer hiermee door de VC MIX-uitgang op een 

ingang aan te sluiten en de VC MIX-regelaar te variëren.

54

CRAVE