14 / 36 NL
Koelkast/Gebruikershandleiding
5
Voorafgaande voorbereiding
5.1.Wat u kunt doen om
energie te besparen
A
Het
product
verbinden
met
elektronische
energiebesparende systemen
is schadelijk want het kan uw
product beschadigen.
• Voor een vrijstaand apparaat; "dit
koelend apparaat is niet bedoeld voor
gebruik als een ingebouwd apparaat";.
• Houd de deur van de koelkast niet te
lang open.
• Plaats geen warme dranken in de
koelkast.
• U mag de koelkast niet te veel
opvullen; als u de interne luchtcirculatie
blokkeert, vermindert het
koelvermogen.
• Om een maximale hoeveelheid
etenswaren op te slaan in het koelvak
van uw koelkast kunt u de bovenste
laden verwijderen en de etenswaren
op het rooster/glazen rek plaatsen. Het
nettovolume en het energieverbruik
vermeld op het energielabel van uw
koelkast zijn getest door de bovenste
laden te verwijderen uit het koelvak
en de ijsemmer, die gemakkelijk kan
worden verwijderd met de hand.
• Pakketten met etenswaren mogen
niet in direct contact staan met de
warmtesensor in het koelvak. De
etenswaren moeten 10 cm uit de buurt
van de sensor worden gehouden. Als
ze in contact komen met de sensor kan
het energieverbruik van het apparaat
stijgen.
10 cm
5.2.Eerste gebruik
Voor u de koelkast in gebruik
neemt, moet u ervoor zorgen dat u
de nodige voorbereidingen treft in
overeenstemming met de instructies
vermeld
in
de
“Veiligheids-
en
omgevingsinstructies” en “Installatie”
secties.
• Schakel het product in zonder
etenswaren en laat het werken
gedurende 6 uur. Open de deur niet
tenzij absoluut noodzakelijk.
• De temperatuurwijzigingen die worden
veroorzaakt door het openen en
sluiten van de deur tijdens het gebruik
van het product zullen in normale
omstandigheden resulteren in de
vorming van vorst, ijs en condensatie op
de etenswaren die in de deur/laden en
glazen containers worden geplaatst in
het product.
C
Een geluidssignaal weerklinkt
wanneer de compressor wordt
ingeschakeld. Het is normaal
dat u geluid hoort, zelfs als de
compressor niet ingeschakeld
is, omwille van de perslucht en
gassen in het koelsysteem.