03/ 2011
BENNING MM 11
110
(IEC 6 LR 61).
5.1.21. Indien de batterij onder de minimaal benodigde spanning (ca. 7 V) voor
de BENNING MM 11 daalt, verschijnt in het display
1
een leeg batterij-
symbool (
).
5.1.22. De levensduur van een batterij (alkaline) bedraagt ongeveer 100 uur.
5.1.23. Afmetingen van het apparaat:
L x B x H = 200 x 90 x 42 mm (zonder rubber beschermingshoes).
L x B x H = 212 x 100 x 55 mm (met rubber beschermingshoes).
Gewicht:
400 gram (zonder rubber beschermingshoes.
600 gram (met rubber beschermingshoes).
5.1.24. De meegeleverde meetsnoeren zijn zonder meer geschikt voor de voor
de BENNING MM 11 genoemde nominale spanning en stroom.
5.1.25. De BENNING MM 11 wordt beschermd tegen mechanische bescha-
digingen door een rubber beschermingshoes
. Deze beschermings-
hoes maakt het tevens mogelijk de BENNING MM 11 neer te zetten of
op te hangen.
5.1.26. De BENNING MM 11 bezit aan de bovenzijde een optische interface
S
.
Deze dient als galvanisch scheiding tussen het meetsignaal en een PC/
Laptop. De bijgesloten datakabel is geschikt voor de dataoverdracht en
USB 2.0 compatibel.
5.2. Opslagfunctie
De BENNING MM 11 heeft een geheugencapaciteit van 1000 opslag-
plaatsen voor meetwaardes. Op deze opslagplaatsen kunnen weerge-
geven meetwaardes in het geheugen worden opgeslagen en op een
later tijdstip over het display weer worden uitgelezen.
5.2.1.
STORE
(opslaan van weergegeven meetwaardes)
Door wat langer te drukken (2 sec.) op de
-toets
wordt de
BENNING MM 11 in de opslag-/ geheugenstatus gezet. In het display
verschijnt het symbool ‘MEM’. De opslag in het geheugen vindt
plaats door opnieuw op de toets
(
STORE
) te drukken. De
opgeslagen waarde wordt knipperend aangegeven in het secundaire
display
, met tevens het plaatsnummer in het geheugen. De opslag
in het geheugen verloopt doorgaand op de geheugenplaatsen 1-1000.
Een tweevoudig akoestisch signaal geeft aan dat het geheugen vol is.
Door opnieuw langer te drukken (2 sec.) op de toets
(
STO-
RE
), wordt teruggeschakeld naar de normale status.
5.2.2.
RECALL
(geheugen uitlezen)
Door langer te drukken (2 sec.) op de toets
(
RECALL
) kan
het geheugen uitgelezen worden. In het display
verschijnt het sym-
bool ‘MEM” en de opgeslagen meetwaarde. De geheugenplaats is in
het secundaire display
af te lezen. De geheugenplaatsen 1-1000
worden via de gele toets
▲ en de toets ‘BAR’
▼ opgezocht,
waarbij langer drukken op de toets (2 sec.) een snel doorlopen van de
geheugenplaatsen bewerkstelligt (10 plaatsen per sec.). Door de toets
(
RECALL
) langer in te drukken (2 sec.) wordt weer terugge-
schakeld naar de normale status.
5.2.3.
Wissen van het geheugen
De inhoud van het geheugen kan worden gewist door op de toets
te drukken en tegelijkertijd de draaischakelaar te verdraaien
vanuit de positie ‘Off’.
5.3. DATA-LOG-functie
Door langer te drukken (2 sec.) op de blauwe toets
wordt de
BENNING MM 11 in de
DATA-LOG
-modus geplaatst. In het display
verschijnt het symbool ‘LOG’. Een hernieuwde druk op de knop (2 sec.)
schakelt weer terug naar de normale status. De
DATA-LOG
-functie maakt
een automatisch in het geheugen opslaan mogelijk van tot wel 40.000
meetwaardes. Deze meetwaardes kunnen op een later tijdstip voor verdere
verwerking worden uitgelezen via het display
of via de optische interface
. De aftastsnelheid, die het tijdsbestek tussen twee elkaar opvolgende
meetpunten definieert, is instelbaar van 0,5 sec. tot 10 sec.
Opmerking:
-
De
-toets
en de automatische uitschakeling
APO
(
A
uto-
P
ower-
O
ff) zijn bij deze gebruikswijze van het apparaat, buiten wer-
king.
- Elk gebruik van de draaischakelaar
onderbreekt de
DATA-LOG
-
status.
5.3.1.
LOG-RATE
(instellen aftastsnelheid)
Staat de BENNING MM 11 in de
DATA-LOG
-modus, dan wordt de
aftastsnelheid ingesteld door op de toets
(
LOG RATE
) te
drukken. De ingestelde aftastsnelheid wordt afgebeeld in het secun-