Nederlands - 7
Met het stelwiel voor de voorspanning van de
voetplaat 21 kan de voorspanning van de
SDS-hendel voor de verstelling van de voet-
plaat 22 worden ingesteld. Als de voetplaat 7 na
het sluiten van de SDS-hendel niet vast zit, opent
u de SDS-hendel 22 en draait u het stelwiel voor
de voorspanning van de voetplaat 21 in de rich-
ting „+”.
Als de voetplaat 7 na het openen van de
SDS-hendel voor de verstelling van de voet-
plaat 22 niet of slechts moeilijk kan worden ver-
steld, draait u het stelwiel voor de voorspanning
van de voetplaat 21 in de richting „–”.
Voor het zagen tot aan opstaande randen kan de
voetplaat naar achteren worden verplaatst:
Verwijder de afschermkap 17.
Open de SDS-hendel voor de verstelling van de
voetplaat 22 en duw de voetplaat tot aan de aan-
slag naar achteren.
Als de voetplaat 7 na het openen van de
SDS-hendel voor de verstelling van de voet-
plaat 22 niet of slechts moeilijk kan worden ver-
steld, draait u het stelwiel voor de voorspanning
van de voetplaat 21 in de richting „–”.
Voor het vergrendelen van de voetplaat 7 sluit u
de SDS-hendel voor de verstelling van de voet-
plaat 22. Eventueel moet het stelwiel voor de
voorspanning van de voetplaat 21 in de rich-
ting „+” worden gedraaid.
– Als de voetplaat is verplaatst, kan slechts in de
(normale) 0°-stand worden gewerkt.
– De cirkelsnijder/parallelgeleider 24 en het an-
tisplinterplaatje 23 kunnen daarbij niet worden
gebruikt.
De van een stalen inlegstuk voorziene alumi-
niumvoetplaat 7 waarborgt de grootst mogelijke
stabiliteit en is zonder gebruik van de glijvoet 8
bedoeld voor het bewerken van metaalopper-
vlakken en niet-kwetsbare materialen.
Bij het bewerken van krasgevoelige materialen
voorkomt de glijvoet 8 het bekrassen van kwets-
bare oppervlakken.
Maak de glijvoet vooraan aan de voetplaat vast,
duw de voet achteraan omhoog en laat deze ver-
volgens vastklikken.
Duw het antisplinterplaatje 23 zoals op de afbeel-
ding getoond met de uitsparing naar boven van
onderen in de voetplaat 7 ter voorkoming van uit-
splinteren van het oppervlak.
Plaats bij werkzaamheden met de glijvoet 8 het
antisplinterplaatje 23 in de glijvoet.
Het antisplinterplaatje 23 kan in twee standen in
de voetplaat worden geplaatst. Plaats het antis-
plinterplaatje voor smalle zaagbladen helemaal
naar voren, voor brede zaagbladen verder naar
achteren in de voetplaat.
Het antisplinterplaatje kan voor bepaalde soorten
zaagbladen (zoals gezette zaagbladen) niet wor-
den gebruikt.
Afzuigadapter
De afzuigadapter 6 dient voor de aansluiting van
een afzuigslang.
Bij het inzetten van de afzuigadapter 6 in de voet-
plaat 7 moet u erop letten dat de kunststof neus
van de afzuigadapter in het juiste boorgat van het
motorhuis grijpt (zie afbeelding
).
Gebruik het antisplinterplaatje 23 om een opti-
male afzuiging mogelijk te maken.
De machine kan rechtstreeks worden aangeslo-
ten op het stopcontact van een Berner allround-
zuiger met afstandsbediening. Deze wordt bij het
inschakelen van de machine automatisch ge-
start.
De stofzuiger moet geschikt zijn voor het te be-
werken materiaal.
Gebruik bij het afzuigen van bijzonder gevaarlijk,
kankerverwerkend, droog stof een speciale zui-
ger.
Voor de externe afzuiging met een stofzuiger
moet eventueel een afzuigadapter worden ge-
bruikt (zie toebehoren). Steek de afzuigadapter
of de zuigslangaansluiting stevig vast.
Voetplaat verstellen
(zie afbeelding
)
Glijvoet voor voetplaat
(zie afbeelding
)
D
E
Antisplinterplaatje
(zie afbeelding
)
Afzuiging van stof en spanen
E
F
BJS 135.book Seite 7 Montag, 15. November 2004 10:10 10