2.2 Alleen gewicht meten
Druk met uw voet snel en krachtig op het weegplateau van uw weegschaal.
Als zelftest verschijnt de complete displayweergave (afb.1) tot „0.0“ (afb. 2)
wordt weergegeven. Nu is de weegschaal gereed voor het meten van uw
gewicht. Ga nu op de weegschaal staan. Sta rustig op de weegschaal met een
gelijke verdeling van uw gewicht over beide benen. De weegschaal begint
meteen met meten.
De weergave „000“ knippert zolang de meetwaarde wordt opgenomen. (Afb. 3).
Kort daarop wordt het meetresultaat weergegeven. (Afb.4) Wanneer u van het
weegoppervlak afstapt, schakelt de weegschaal zichzelf na een paar seconden
uit.
2.3 Gewicht en lichaamsvet- en lichaamsvochtgehalte meten
Eerst moeten de persooonlijke parameters worden ingevoerd in het geheugen.
- Bij BG 20 moet u eerst kort op het weegplateau treden (2.2) en dan „SET“
indrukken. Op het scherm verschijnen nu de geheugenplaatsen 1 tot 10.
(afb. 5). Kies de gewenste geheugenplaats door te drukken op toets „omhoog“
of „omlaag“
en bevestig de gewenste geheugenplaats met de toets „SET“.
- Nu verschijnt knipperend de lichaamslengte („Ht“) in „cm“ (afb. 6). Stel de
gewenste waarde in door kort of lang op de toetsen „omhoog“
of „omlaag“
te drukken en bevestig met „SET“.
- Daarna verschijnt knipperend de leeftijd („age“) in jaren (afb. 7). Stel de ge-
wenste waarde in door kort of lang op de toetsen „omhoog“
of „omlaag“
te drukken en bevestig met „SET“.
- Er verschijnt op het scherm de instelling voor het geslacht „Frau“ of „Mann“
(afb.8). Kies het juiste geslacht door op toetsen „omhoog“
of „omlaag“
te drukken en bevestig dit met „SET“.
- Op het scherm verschijnt nu de instelling voor uw individuele activiteits en fit-
nessgraad (afb. 9 -11). Selecteer de gewenste activiteitsgraad door op de toet-
sen „omhoog“
of „omlaag“
te drukken en bevestig de gevonden geheu-
genplaats door op de „SET“ toets te drukken.
Fitness 1:
Geen tot weinig lichaamsbeweging
(Minder als 2 maal 20 minuten lichamelijke inspanning per week, zoals wan-
delen, lichte werkzaamheden in de tuin, gymnastiekoefeningen)
Fitness 2:
Gemiddelde lichaamsbeweging
(lichamelijke inspanning tot 2 ... 5 maal per week, telkens 20 min, bijv. joggen,
fietsen, tennissen ... )
Fitness 3:
Intensieve lichaamsbeweging
(Dagelijkse intensieve training of lichamelijke arbeid, bijv. intensieve looptrai-
ning, arbeider in de bou ...)
- De hiermee ingestelde waarden worden nogmaals na elkaar getoond. De
weegschaal schakelt zichzelf daarop automatisch uit.
afb.1
afb. 2
afb. 3
afb. 4
afb. 6
afb. 8
afb. 5
afb. 9
afb.10
afb. 7
30