37
GEBRUIKERSPROGRAMMAMO
DUS.-
De gebruikersprogramma’s bieden u
de mogelijkheid de snelheids– en
hellingsgrafieken in te stellen in
overeenstemming
met
uw
conditieniveau.
Om dit programma te selecteren, open
SMART RUN
en kies het
USER
-
programma. Fig.11
Selecteer
het
hellings
-en
snelheidsprofiel
op
het
grafieksscherm en de tijd op het
bovenste scherm.
Druk op
START
om te beginnen.
HRC (Heart Rate Control). -
Dit programma dient om de oefening
met een door u gekozen constante
hartslag uit te voeren.
Om dit programma te selecteren, open
SMART RUN
en kies het
HEART
RATE
programma. Fig. 12
Selecteer uw leeftijd, hartslagen en de
gewenste oefeningstijd en druk op start
om te beginnen.
Wanneer u bijvoorbeeld 100 B.P.M.
(hartslagen per minuut) heeft ingevoerd,
zal
het
apparaat
zijn
snelheid
automatisch verminderen, wanneer u
deze waarde overschrijdt. Wanneer u
echter deze geprogrammeerde B.P.M-
waarde niet bereikt, zal het apparaat zijn
snelheid
verhogen,
tot
dat
de
geprogrammeerde
waarde
wordt
bereikt.
Het is vereist hartslagmetingen te
gebruiken in deze modus. U kunt
hiervoor de hartslag sensoren (handvat)
of de borstband gebruiken.
De maximale hartslagwaarde die
niemand zou moeten overschrijden is
de maximumwaarde en deze vermindert
met leeftijd. Een handige formule om dit
te berekenen is uw leeftijd aftrekken van
210. De juiste oefening moet een
waarde tussen 65% en 85% van de
maximum hartslag behouden en het is
aanbevolen nimmer de 85% te
overschrijden.
DOEL PROGRAMMA.-
Dit programma biedt u de mogelijkheid
een tijd, afstand of calorieen aantal als
doel te stellen. De oefening zal stoppen
als het doel bereikt is.
Om dit programma te selecteren, open
SMART RUN
en kies het
OBJECTIVE
programma. Fig. 13 Fig. 14, Fig 15.
Selecteer uw doel uit de opties tijd,
afstand of calorieen. U kunt tussen de
opties wisselen door uw vinger naar de
kanten van het scherm te schuiven. U
kunt de waarde veranderen door uw
vinger verticaal over het scherm te
bewegen.
Druk op
START
om te beginnen.
De monitor zal beginnen met aftellen
totdat de waarde “0” bereikt is.
Belangrijk:
het aangegeven doel is het
laatst gestelde doel.
MULTIMEDIA.-
In het hoofdmenu, druk op de
Apps
toets om de multimedia applicaties te
bedienen. Fig. 16.
Plaats een USB-stick met muziek
bestanden om deze af te spelen.
Om te surfen op het internet moet u
eerst verbinding maken met een WIFI
connectie in de rechterbovenhoek.
Fig.4.