GEBRUIKSAANWIJZI
DE
KLANKEN
EEN EERSTE BENADERING
INSCHAKELING EN UITSCHAKELING
te drukken en
Het instrument wordt ingeschakeld
door op de toets ON
wordt uitgeschakeld door op OFF te drukken.
Bij de inschakeling is het toetsenbord ingesteld
om met de klank OOI
GRAND PIANO en het ritme 004 S BEAT 4
te werken.
DEMO — Voorbeeldmuziekstuk
Door op de toets DEMO te drukken wordt een
muziekstuk ten uitvoer
gebracht dat de muzikale kenmerken
onderbreken
van
drukt
het
u
toetsenbord
opnieuw op
ten
DEMO
gehore
brengt Om de uitvoering te
DEVOLUMES
Om het algemene volume van het instrument te regelen gebruikt u
de
toetsen VOLUME MASTER + (om het te verhogen) of VOLUME
MASTER - (om het te verlagen).
Houdt u de toets ingedrukt. dan vindt een continue wijziging plaats.
Om het standaardvolume
opnieuw in te stellen drukt u tegelijk op de
toetsen
VOLUME en VOLUME MASTER -
Het toetsenbord bevat 128
klanken die onderverdeeld
zijn in 16 families (bv. 025-032
GUITAR). Ze worden gese-
lecteerd door een nummer
van drie cijfers in te toetsen
tussen OOI en 128 van de
SOUNDS-lijst op pag.59 .
LA a-.C.AR.ZHA
HAPPYBRTHDAY
MENT£SANTS...
MELODIA
CANCAN
GREENSLEEVES
SONGS
Het instrument
bevat 50 muziek-
stukken van het klassieke reperto-
rium. Om de muziekstukken te selec-
teren toetst u een nummer van drie
cijfers in op grond van de SONGS-
s
lijst (bv. 227 Jingle Bells, toets op het numerieke toet-
senbord SELECT 2 in. nogmaals 2 en 7) en druk ver-
219
volgens op de toets START/STOP
om het muziekstuk
te starten of om de uitvoering ervan te stoppen. Wanneer een muziekstuk in uitvoering is,
kunt u onmiddellijk naar andere SONGS luisteren door het nummer in te toetsen dat bij het
gekozen muziekstuk hoort. of door gebruik te maken van de toetsen "-l +" van SELECT
Het nieuwe muziekstuk gaat onmiddellijk na de selectie van start.
uFF CC
CFF CC :
,hfR5T
CC
CC
sec ecr
037
FAMILY
GUITAR
• 032
SOUNDS LIST
oas NYLON GUITAR
026 STEEL GUITAR
028 CLEAN
029
GUITAR
OVEROR
031 Otsroxr
HARMON.
001 -008
009-016
025 - 032
033 - 040
041 -048
049 056
-BRASS
065 • 072
073 080
— FUNCTIONS
L DRUM
De toets PAUSE/CONTINUE maakt het mogelijk om de uitvoering
te onderbreken en vanaf hetzelfde punt te hervatten.
Het muziekstuk bestaat uit de melodie vergezeld van persoonlijke arran-
• gementen.
De melodie van het muziekstuk kan uitgeschakeld of opnieuw geactiveerd
worden door op de toets SONG
MELODY te drukken.
Op deze wijze kunt u zelf de melodie op het toetsenbord spelen en de
muzikale begeleiding volgen•
MELODY GUIDE
13-111/E
Verlaagt het volume van de melodie van het gekozen muziekstuk.
Maakt het mogelijk het
toetsenbord te bespelen met een muzikale
achtergrondbegeleiding. Het wordt geactiveerd
met 89 MELODY GUIDE ON. om het normale volume van de
melodie opnieuw in te
De cursor geeft aan of de sectie SOUND 1, SOUND 2 of LOWERJGROUND
ingeschakeld
is.
voor de klank NYLON GUITAR toetst u het nummer 025 in (eerst de 0. dan
de 2 en dan de 5 met het SELECT-toetsenbord). Indien het display de tekst
DISABLE
ces,
toont, betekent dit dat een onjuist nummer ingetoetst is.
De klanken kunnen ook geselecteerd worden met de toetsen "+ /
van de SELECT.
Door op de toets LOWER/GROUND
te drukken zijn de 128 klanken ook beschikbaar
voor de linkerhand.
Om de klanken opnieuw voor de rechterhand te selecteren drukt u op
de toets SOUND I. Bij enkele klanken kan het voorkomen een zeer licht verschil in volume of geluidskwaliteit op te merken.
wanneer op verschillende punten van het toetsenbord gespeeld wordt. Dit is een onvermijdelijk gevolg van multiple sampling
en duidt niet op problemen van de werking van het instrument.
REfil_ PIA
PIANO
Met de toets PIANO schakelt u onmiddellijk de klank REAL
PIANO in op het gehele toetsenbord.
Tevens wordt de functie
PIANO BAR ingesteld die de akkoorden over het gehele toet-
senbord herkent.
SOUND 2
E,hd5E' CSC,
MIXED
sotJNO
MIXED
De geluiden kunnen gemixt worden waardoor duizenden combina-
Cies mogelijk zijn. Kies de klank voor SOUND 1 (bv.001 GRAND
PIANO). druk op de toets SOUND 2 en kies de tweede klank(bv.
050 SLOW STRINGS). De klanken kunnen ook geselecteerd worden met de +1—
t
n van de SELECT.
om het volume van SOUND 1 of SOUND 2 in te stellen gebruikt u de t1- van de VOLUME SECTION
die effect
hebben op de klank die door de cursor aangeduid
wordt.
Om terug te keren naar een enkele klank drukt u tegelijk op de toetsen SOUND I en SOUND 2. of klikt u twee keer op
de toets SOUND 2. Het display moet nu OFF voor SOUND 2 aanduiden.
HET TOETSENBORD
Het bestaat uit 61 professionele toetsen en kan op de volgende manieren gebruikt worden:
I. Bij de inschakeling is functie PIANO BAR actief. dus de functie 76 PIANO BAR van de FUNCTIONS-lijst.
op het gehe-
Ie toetsenbord is één klank actief
2. Door de nummers 71.72, 73 of 74 in te toetsen op het SELECT- toetsenbord,
kunt u de niveaus I, 2, 3 of 4 van System
S Plus activeren en wordt het toetsenbord in twee secties verdeeld: één is gereserveerd voor de begeleiding om akkoorden
te componeren (linkertoetsen) en de andere voor het spelen van de melodie (rechtertoetsen).
Niveau I van System S Plus wordt ingeschakeld
door het nummer 71 EASY CHORD PROG. in te toetsen.
Op de linkerkant van het toetsenbord kunnen de akkoor-
den gespeeld worden die aanwezig zijn in de toetsen
1 a a H S E van het CHORD PROGRAM,
en kan de melodie gespeeld worden vanaf de achtste witte
toets (C) tot de laatste toets ( 22
12
49
stellen
20
selecteert
u 90 MELODY GUIDE OFF
21