41
Opmerking: Bij de levering is de meegeleverde LiPo-accu gedeeltelijk opge-
laden. Daardoor is het mogelijk dat het eerste laadproces iets minder lang
duurt.
Houd u in elk geval aan de bovenstaande aansluitvolgorde!
Trek de stekker aan de Quadrocopter uit, wanneer u de Quadrocopter niet
gebruikt. Niet-naleving kan tot beschadiging van de accu leiden!
2b
Plaatsen van de accu in de quadrocopter
• Verwijder de 2 klemmen aan de bovenzijde van de Quadrocopter en ver-
wijder het deksel van het batterijvak. Open met behulp van de bijgevoeg-
de schroevendraaier het deksel van het accuvak. Plaats de accu. Sluit het
accuvak.
• Wanneer de led op de quadrocopter langzaam knippert, moet u de accu
vervangen.
Plaatsen van de batterijen in de controller
3
Open het batterijvak met een schroevendraaier en plaats de batterijen in de
controller. Let op de juiste polariteit. Gebruik nieuwe en oude batterijen of
batterijen van verschillende fabrikanten nooit samen. Na het sluiten van het
vak kunt u de werking van de controller testen met behulp van de aan-uitscha-
kelaar aan de voorzijde.
Bij de ON-stand van de aan-uitschakelaar en een correcte werking moet de
led bovenaan in het midden van de controller rood oplichten.
Wanneer de controle-led langzaam knippert en een signaaltoon te horen is,
moeten de batterijen in de besturing worden vervangen.
Binding van het model met de controller
4
De Carrera RC quadrocopter en de besturing koppelen zich bij elke ingebruik-
name automatisch opnieuw. RC Quadrocopter en de controller zijn af fabriek
gebonden. Indien er in het begin problemen zijn bij de communicatie tussen
de Carrera RC Quadrocopter en de controller, dan dient u een nieuwe binding
uit te voeren.
• Schakel de controller met de powerschakelaar in.
• Sluit de accu in het model aan.
• De leds aan de Quadrocopter knipperen nu ritmisch.
• Schuif de linker joystick, de gashendel dus, helemaal naar boven en weer
naar beneden.
• De verbinding is succesvol tot stand gebracht.
• De led aan de controller brandt nu permanent.
• Na ca. 5 1/2 minuut schakelt de besturing uit. Om opnieuw te gebruiken de
koppelprocedure herhalen.
•
WAARSCHUWING! Plaats de Quadrocopter direct na het inschakelen
in ieder geval op een vlakke, horizontale ondergrond. Het gyrosysteem
stelt zich automatisch in.
Besturing van de Quadrocopter
5
1. Rotorsysteem
2. Beschermkooi van de rotor (afneembaar
24
)
3. Leds
6
4. Accukabel
5. Quadrocopter-verbindingsstekker
6. Batterijvak
Functieoverzicht van de controller
7
1. Antenne
2. Aan-uitschakelaar (ON / OFF)
3. Controle-led
4. Gas
Rotatie
5. Vooruit/achteruit
Rechts/links hellen
6. Trimmer voor rechts/links hellen
7. Trimmer voor vooruit/achteruit
8. Trimmer voor rotatie
9. Knop ‘Start/Stop Rotors’
10. Knop ‘auto-landing’
11. Knop ‘auto-start & fly to 1 m’
12. Beginner/Advanced-schakelaar (30%/60%/100%)
13. Signaalsterkte
14. Indicator batterijniveau controller
15. Minuten
16. Seconden
17. Instelknop minuten
18. Instelknop seconden
19. Knop ‘START RACE’ – Countdown & Auto-Start & Fly to 1 m
3
20. Batterijvak
Keuze van het vlieggebied
8
Als u klaar bent voor uw eerste vlucht, dient u een gesloten ruimte te
kiezen, waarin zich geen personen en hindernissen bevinden en die zo
groot mogelijk is. Op basis van de grootte en bestuurbaarheid van de
Quadrocopter is het voor ervaren piloten mogelijk om ook in relatief klei-
ne gesloten ruimten te vliegen. Voor uw eerste vluchten raden wij ten
zeerste een ruimten met een grondoppervlakte van ten minste 5 x 5 me-
ter en een hoogte van 2,40 m a an. Nadat u de Quadrocopter uitgetrimd
hebt en u voldoende met de besturing en mogelijkheden vertrouwd bent,
kunt u zich er ook aan wagen in kleinere en minder vrije omgeving te
vliegen.
Uitsluitend voor gebruik in huis (Huis en tuin).
Tussen de controller en de Qua-
drocopter mogen zich geen objecten zoals bijv. zuilen of personen bevinden.
Checklist voor de vluchtvoorbereiding
Deze checklist is geen vervanging voor de inhoud van deze gebruiksaanwijzing.
Hoewel hij als quick-start-gids kan worden gebruikt, raden wij u ten zeerste eerst
aan om eerst deze gebruiksaanwijzing volledig te lezen, voordat u verder gaat.
• Controleer de verpakkingsinhoud.
• Bouw de bijgevoegde pylonen/hindernissen op. De basis kan eventueel worden
verzwaard of met gewone haringen in de grond worden verankerd.
• Laad de LiPo-accu op zoals beschreven onder ‘Laden van de LiPo-accu’.
• Plaats 2 AA-batterijen in de controller en let hierbij op de juiste polariteit.
• Zoek een geschikte omgeving om te vliegen.
• Plaats de accu zoals in
2b
beschreven, in de accuschacht aan de onderzijde van
de quadrocopter.
• Sluit de accu in het model aan.
•
WAARSCHUWING! Plaats de Quadrocopter direct na het inschakelen in ie-
der geval op een vlakke, horizontale ondergrond. Het gyrosysteem stelt zich
automatisch in.
• De leds op de quadrocopter knipperen.
• Schakel de controller in met de ON/OFF-schakelaar.
Controleer in ieder geval
de Beginner/Advanced-schakelaar (
13c
).
Schuif de linker joystick, de gashendel
dus, helemaal naar boven en weer naar beneden.
• Geef de Quadrocopter een ogenblik de tijd, tot het systeem correct geïnitialiseerd
en bedrijfsklaar is. De leds op de quadrocopter knipperen nu permanent. De led
aan de controller brandt nu permanent.
• Herhaal nu evt. bovenstaande punten, als u met meerdere Quadrocopters tegelijk
wilt vliegen.
•
Opmerking! Voer s.v.p. voor elke vlucht het automatische trimmen
17
uit!
• Druk op de ‘start rotors’.
• Controleer de besturing.
• Maak u vertrouwd met de besturing.
• Trim de Quadrocopter indien nodig, zoals beschreven onder
17
18 19 20
,
zodat de Quadrocopter in zweefvlucht niet meer zonder stuurbewegingen
van plaats verandert.
• De Quadrocopter is nu klaar voor gebruik.
• Als de Quadrocopter geen enkele functie vertoont, dient u bovenstaand bindpro-
ces nogmaals te proberen.
• Vlieg met het model.
• Laat het model landen.
•
Trek de accustekker uit.
• Schakel altijd de afstandsbediening als laatste uit.
Vliegen met de 4-kanaals Quadrocopter
OPMERKING!
Let er met name bij de eerste proefvluchten op dat u de hendels van de
controller zeer voorzichtig en niet te haastig bedient. Meestal volstaan zeer
geringe bewegingen van de betreffende hendel om het beoogde besturings-
commando uit te voeren!
Indien u merkt dat de Quadrocopter zich naar voren of naar opzij beweegt, zonder
dat u de betreffende hendels bedient, dan dient u de Quadrocopter te trimmen, zoals
in (
17
18 19 20
) beschreven.
9
+/- gas (omhoog/omlaag)
Om te starten of hoger te vliegen, duwt u de linker gashendel voorzichtig naar
voren. Om te landen of lager te vliegen, trekt u de linker gashendel voorzichtig
naar achteren.
10
Om de Quadrocopter ter plaatse naar links of rechts te laten draaien, duwt u
de linker hendel voorzichtig naar links resp. rechts.
11
Om de Quadrocopter naar links of rechts te laten vliegen, duwt u de rechter
hendel voorzichtig naar links resp. rechts.
12
Om de Quadrocopter naar voren of achteren te laten vliegen, duwt u de rech-
ter hendel voorzichtig naar voren resp. achteren.
NEDERLANDS