46
47
EERSTE MAAL GEBRUIKEN/OPENEN
LET OP:
Het product zit in een beschermfolie in de
verpakking. Let er bij het verwijderen ervan op dat u
het product en de bijgevoegde onderdelen niet met
scherpe voorwerpen beschadigt. Verwijder na het ope-
nen van het product onmiddellijk de verpakkingsdelen
en houd ze buiten het bereik van kinderen. Steek de
achterwielen (A6) in hun zittingen (AFB.1) tot aan het
slageinde .
Druk om het frame te openen tegelijkertijd op de knop-
pen voor openen/sluiten A5 en trek de voorpoten A1
weg van de achterpoten A2 (AFB..1A) tot u de klik van
de complete opening hoort (AFB. 2).
LET OP:
Maak de beensteun B2 los uit de ruststand
door tegelijkertijd op de twee knoppen B4 te drukken.
Als de beensteun B2 niet meer in de ruststand staat,
draait u hem naar de voorzijde van de basis van de zit-
ting tot in de gewenste gebruiksstand (AFB. 3).
Stel de hoogte van de basis van de zitting af door hem
naar de hoogste stand te brengen, terwijl je de basis
langs onder ondersteunt (AFB. 4).
Breng de voetensteun B3 aan in een van de drie ruim-
ten (AFB.5) en draai hem tot hij vergrendeld is.
Om de stoelverhoger op de constructie te bevestigen, dient u
- de gespen en riemen C14a-b opnieuw in de uitsparin-
gen C12 te plaatsen en deze te sluiten zoals in AFB. 26
is weergegeven.
Bevestig de zitting C aan de basis (AFB. 6) door eerst de
achterste pen C15 in de uitsparing B5 te plaatsen. Druk
vervolgens tegelijkertijd op de knoppen C1 (AFB. 7) en
draai de zitting naar voren tot de voorste pinnen C16
vast komen te zitten: Om de bekleding op stoel C aan
te brengen, dient u de voering D van boven naar bene-
den over de stoel te trekken totdat deze goed over het
bovenste verwijderbare deel van de rugleuning C5 zit.
LET OP:
Controleer of de elastieken achter op de klep-
jes en de hoes altijd aan de binnenzijde, tussen de vaste
rugleuning C4 en de achterzijde van de voering, zitten.
Breng vervolgens de veiligheidsgordels C13 aan die zo-
danig op de rugleuning worden bevestigd dat zij door
de betreffende openingen in de voering D vallen.
LET OP:
Sluit de ritssluiting D4 niet, zodat de beweging
van de veiligheidsgordels C13 niet wordt belemmerd.
LET OP:
Voor een goede bevestiging van de stoel, die-
nen de gespen en de riemen in de hiervoor bestemde
uitsparingen te worden geplaatst.
LET OP:
Zorg ervoor dat de zitting goed op de basis be-
vestigd is voordat u het product met het kind gebruikt.
Breng de hoes D aan op de zitting C en steek de veilig-
heidsgordels C13 in de daarvoor bedoelde lussen (AFB.
8). Zorg ervoor dat de positie van de lussen op de hoes
overeenkomt met die op de rugleuning.
VEILIGHEIDSGORDEL MET GELIJKTIJDIGE REGELING
LET OP:
Het gebruik van veiligheidsgordels met stoffen
tussenbeenstuk is vereist om de veiligheid van het kind
te garanderen.
LET OP:
Het eetblad alleen garandeert niet dat het kind
veilig vastzit. Gebruik altijd de veiligheidsgordels!
De kinderstoel is uitgerust met vijfpuntsveiligheidsgordels.
Maak de veiligheidsgordels los, plaats het kind in de kin-
derstoel en maak hem vast met de gordels waarvan u
de lengte regelt zodat ze goed aansluiten op het kind.
De veiligheidsgordels zijn op twee standen in hoogte
verstelbaar.
De gesp kan losgehaakt worden door op de vorkjes te
drukken (AFB.9).
De heupgordels kunnen in de breedte afgesteld wor-
den door de daartoe bestemde schuifdelen te bewe-
gen (AFB.10).
POSITIONERING/AFSTELLING VAN EETBLAD
Het eetblad kan op 4 standen worden versteld.
Om het eetblad E te bevestigen zorgt u ervoor dat de
armleuningen C2 horizontaal vergrendeld zijn (AFB. 11).
Steek de armleuningen in de geleiders aan de onderzij-
de van het blad en houd de centrale bevestigingsknop
ingedrukt (AFB. 12).
Verplaats het eetblad tot het de gewenste stand bereikt
en laat de knop los. Als het eetblad niet automatisch op
de armleuningen wordt vastgezet, verplaatst u het tot u
de klik hoort ten teken dat het is vergrendeld (AFB. 13).
LET OP:
Controleer altijd voor het gebruik of het eet-
blad goed op de armleuningen bevestigd is.
LET OP:
Het eetblad kan enkel op de 4 aangeduide
standen worden versteld.
LET OP:
Laat het eetblad nooit op een stand waarop de
gevaartekens op de armleuningen zichtbaar zijn: Deze
stand is NIET veilig!
LET OP:
Als het eetblad op het product gemonteerd is,
let u er op dat u de knoppen voor het neerklappen van
de armleuningen niet toevallig indrukt.
Druk op de knop in het midden E2 om het blad te ver-
wijderen. Wanneer het eetblad niet wordt gebruikt, kan
het op de achterzijde van het frame worden vastge-
haakt (AFB. 14). De kinderstoel is van een plateau voor
het eetblad voorzien. Dat wordt aan de zijkanten van
het eetblad bevestigd met een drukmechanisme.
LET OP:
Controleer altijd of de plateau van het blad tij-
dens het gebruik goed is vastgemaakt. Als het kind met
zijn ouders aan tafel eet, kan het deksel van het blad
worden gebruikt als een handige onderlegger.
DE HOOGTE AFSTELLEN
De kinderstoel kan op 8 standen in hoogte worden versteld.
Om de zitting hoog te zetten houdt u de rugleuning
C4/C5 aan de bovenkant vast en trekt u ze op de ge-
wenste hoogte omhoog (AFB. 15).
Om de zitting naar beneden te brengen, drukt u tegelijker-
tijd op de twee knoppen B1 en brengt u de zitting omlaag
tot deze zich op de gewenste hoogte bevindt (AFB. 16).
LET OP:
Verricht deze handeling zonder dat het kind in
de kinderstoel zit.
SLUITEN
LET OP:
Let er bij deze handelingen op dat het kind en
eventuele andere kinderen zich op een veilige afstand
bevinden. Verzeker u er tijdens deze fase van dat de
bewegende delen van de kinderstoel niet in aanraking
komen met het lichaam van het kind.
- Zet de rugleuning verticaal (AFB.17), verwijder het eet-
blad en bevestig het op de achterpoten (AFB. 14) en
klap de armleuningen neer door op de knoppen C3 te
drukken (AFB.18).
- Zet de zitting helemaal laag door tegelijkertijd op de
twee knoppen voor de afstelling van de hoogte B1 te
drukken (AFB. 16).
- Druk op de knoppen voor openen/sluiten A5 op de
laterale verbindingsstukken en duw tegelijkertijd de
poten van de kinderstoel samen (AFB.19).
- Zorg ervoor dat u de beensteun niet volledig neer-
klapt wanneer het eetblad aan de achterpoten is be-
vestigd (AFB. 20).
BEENSTEUN
De kinderstoel is uitgerust met een beensteun B2 die
op 3 gebruiksstanden kan worden versteld en die tot
onder de zitting kan worden neergeklapt. Druk op de
twee knoppen B4 en zet de beensteun in de gewenste
schuine stand.
VOETENSTEUN
De kinderstoel is uitgerust met een op 3 hoogtes ver-
stelbare voetensteun B3.
Draai hem vanaf de gebruiksstand omhoog tot hij loskomt.
Verwijder hem en breng hem op de gewenste hoogte
weer aan.
WIELEN
De achterpoten zijn voorzien van zwenkwielen met
rem (A6).
De voorpoten van de kinderstoel zijn voor een ge-
makkelijkere verplaatsing of opening/sluiting voorzien
van eenrichtingswieltjes A3.
Verlaag de hendels om de wielen te blokkeren om de
remmen van de hoge kinderstoel te activeren. Ga in
de omgekeerde volgorde te werk om de wielen te de-
blokkeren.
LET OP:
Zet het product uitsluitend op een horizonta-
al en stabiel oppervlak. Zet de kinderstoel nooit in de
buurt van trappen of treden.
LET OP:
Activeer altijd de parkeerinrichting wanneer de
hoge kinderstoel niet in beweging is.
LIGSTOELTJE (0m+)
WAARSCHUWING VOOR GEBRUIK ALS LIGSTOELTJE
•
LET OP:
Laat het kind nooit zonder toezicht achter.
•
LET OP:
Gebruik de speelboog nooit als draaghand-
greep van het ligstoeltje.
•
LET OP:
Het ligstoeltje is niet geschikt voor kinderen die
zelfstandig kunnen zitten, zich kunnen draaien, op de
knieën kunnen gaan zitten of zich op kunnen trekken.
•
LET OP:
Dit ligstoeltje is niet speciaal ontwikkeld om
het kind te laten slapen.
•
LET OP:
Het is gevaarlijk het ligstoeltje op verhogin-
gen te gebruiken, zoals tafels of stoelen, enz.
•
LET OP:
Gebruik altijd de veiligheidssystemen.
• Gebruik toegestaan: vanaf de geboorte tot 9 kg (onge-
veer 6 maanden).
• Het ligstoeltje vervangt geen bedje of wieg. Als uw
kind moet slapen, is het raadzaam het in een wieg of
bedje te leggen.
• Gebruik het ligstoeltje niet als er onderdelen stuk of