45
Nederlands
Meer over Workout Parameters
SCHNELLSTART (Snel Start) -Programma
Nadat u het apparaat heeft aangezet, druk op de “Programmma” -toets
om het SnelStart Programma te starten. Begin met trappen en begin zo
met de workout. Druk op de “+” of “–“ -toets om de weerstand tijdens de
workout aan te passen.
MANUELL (Handmatig) -Programma
Instellen van de Parameters voor Handlmatig gebruik
Door “MANUELL” te selecteren met behulp van de PROGRAMMA-toets en
daarna de “F” -toets indrukken, zal de 1e parameter, “Tijd” gaan knipperen
en kan de waarde worden aangepast met de “+” of de “
-toets. Door de “F” -toets in te drukken bewaart u de ingevoerde waarden
en kan de volgende parameter worden aangepast. Loop door alle gewenste
parameters heen en begin met trappen om de workout te starten. Met de
“+” of “–“ -toets kunt u tijdens het trainen de weerstand aanpassen.
INDIVIDUAL (Gebruikers) -Programma
In het gebruikersprogramma (USER) kan de gebruiker een eigen programma
creëren dat direct gebruikt kan worden in verschillende workouts.
Gebruikersprofiel aanmaken
Selecteer de gebruikersmodus (USER) met de PROGRAMMA-toets, druk
op de “F” -toets om de Gebruikersmodus te selecteren. Op het display zal
“Select Profile” 4 seconden lang verschijnen, terwijl Segment 1 knippert.
Gebruik de “+” of “-“ -toets om de gewenste weerstand in te stellen. Druk
op de “F” -toets om naar het volgende onderdeel te gaan en doorloop alle
10 segmenten.
Parameters instellen voor het Gebruikersprogramma
Daarna zal de parameter “Tijd” knipperen zodat de waarde kan worden
aangepast m.b.v. de “+” of “-“-toets
Druk op de “F”-toets om de waarde op te slaan en ga naar de volgende
parameter om deze aan te passen. Doorloop alle gewenste parameters;
begin met trappen om de workout te beginnen.
De weerstand kan niet worden aangepast met de de “+” of “-“-toets ti-
jdens de workout
Opmerking:
De laatste Segment onderdelen van het profiel worden opges-
lagen voor toekomstige workouts.
INTERVALL (Interval) -Programma
Selecteer ”INTERVALL” door op de PROGRAMMA – toets te drukken en
daarna de “F”- toets.
In het tekstdisplay zal gedurende 3 seconden “SELECT PROFILE LEVEL
” te lezen zijn.
Er zijn drie levels (L1, L2, L3) te selecteren m.b.v. de “+” of “–“ – toets en
daarna de “F”- toets om te bevestigen.
Instellen van de Parameters voor Interval-training
Na het selecteren zal de 1e parameter knipperen zodat de waarde kan
worden aangepast d.m.v. de
“+” of “–“ - toets. Druk op de “F”- toets om de waarde op te slaan en verder
te gaan met het instellen van de volgende parameter. Doorloop alle gewenste
parameters en begin de workout door te starten met trappen.
De weerstand kan niet worden aangepast met de de “+” of “-“-toets tijdens
de workout.
WATT -Programma
Selecteer het “WATT” programma door op de PROGRAMMA -toets te
drukken en daarna op de “F”-toets.
In het tekstdisplay zal het bericht “SELECT WATT” gedurende 3 seconden
verschijnen terwijl “Watt” knippert.
Selecteer de gewenste WATT-waarde d-m-v- de “+” of “-“ -toets en daarna
de “F”- toets om te bevestigen.
Instellen van de parameters voor WATT
Daarna zal de 1e parameter “Tijd” knipperen, zodat de waarde kan worden
aangepast met de “+” of “–“ -toets.
Druk op de “F”-toets om de waarde op te slaan en verder te gaan naar de
volgende aan te passen parameter. Doorloop alle gewenste parameters;
begin met trappen om de workout te beginnen. Het aantal WATT kan tijdens
de training worden aangepast met de de “+” of “-“-toets.
ZIELPULS (Hartslag) -Programma
Instellen Parameters voor Hartslag Controle
Selecteer “ZIELPULS” door op de PROGRAMMA –toets te drukken en
daarna op de “F”-toets. 1e parameter “Tijd”
Zal knipperen zodat deze aangepast kan worden met de “+” of “–“ toets.
Druk op de “F” -toets om op te slaan en verder te gaan met de volgende
parameter. Doorloop
alle gewenste parameters; begin met trappen om de workout te beginnen.
De weerstand kan niet worden aangepast met de de “+” of “-“ -toets tijdens
de workout.
Als uw polsslag boven of onder de ingevoerde waarde komt, zal de
computer de weerstand automatisch aanpassen. Ledere 10 seconden
zal dit gecontroleerd worden. De weerstand zal 1 of 2 levels toe- of
afnemen (Opmerking: Ieder streepje staat voor 2 weerstandsniveau´s)
TEST -Programma
Selecteer “TEST ” door op de PROGRAMMA -toets te drukken, en daarna
op de “F”-toets.
Op het display zal verschijnen de gemiddelde snelheid, de totale Afstand,
het totale aantal Kilojoule en de gemiddelde polsslag van de laatste workout,
gedurende 4 seconden. In het tekstdisplay zal hierna het bericht “SELECT
WATT” gedurende 3 seconden verschijnen terwijl “Watt” knippert. Selec-
teer de gewenste WATT-waarde d-m-v- de “+” of “-“ -toets en daarna de
“F”-toets om te bevestigen. Op het tijddisplay zal 12:00 verschijnen, dit
kan niet worden veranderd. Begin met trappen om de workout te beginnen.
Na 12 minuten zal de Gemiddelde Snelheid, de Totale Afstand, het Totaal
Kilojoules en de Gemiddelde Polsslag worden weergegeven.
BMI-BMR-FAT -Programma
Gegevens invoeren voor BMI BMR FATT
Selecteer “BMI BMR FETT” door op de PROGRAMM -toets te drukken en
daarna op de “F”-toets.
Op het tekstdisplay zal “SELECT AGE” (LEEFTIJD) 3 seconden verschijnen,
terwijl “30” knippert, zodat de leeftijd kan worden aangepast d.m.v. “+” of
“–“ -toets, druk op de “F”-toets om op te slaan en verder te gaan naar de
volgende gegevens.
Het volgende scherm toont de tekst ‘SELECT GENDER” (SEXE) gedurende
3 seconden, terwijl het teken “
♀
” knippert zodat de sekse kan worden
aangepast m.b.v. de “+” of “–“ -toets, en vervolgens de “F”-toets om op te
slaan en door te gaan.
Op het tekstdisplay zal nu “SELECT WEIGHT” (GEWICHT) 3 seconden
verschijnen, terwijl “ 70” voor het gewicht knippert, zodat dit kan worden
aangepast d.m.v. de “+” of “–“ -toets, druk op de “F”-toets om op te slaan
en door te gaan.
Op het tekstdisplay verschijnt nu de tekst “SELECT HEIGHT” (LENGTE)
25~350
50/80
Summary of Contents for CXM 6
Page 4: ...4 ...