76
d) Montage van de buitensensor
• Steek de verlengingsbuis in het T-vormige opzetstuk van de buitensensor en maak met de meegeleverde
montageschroef/-moer vast.
• De buitensensor moet nu op een geschikte plaats buiten worden bevestigd. In de leveringsomvang vindt u twee
kabelklemmen en meerdere kabelbinders ter bevestiging van het opzetstuk.
Naargelang de plaats waar de buitensensor moet worden gemonteerd, moet evt. ander montagemateriaal worden
gebruikt.
Op de borgring rond de windsensor zijn de 4 windrichtingen aangebracht (“N” = noorden, “S” = zuiden,
“E” = oosten, “W” = westen).
Bevestig de buitensensor zodanig dat de markering “N” precies naar het noorden wijst. De correcte
windrichting kan met een kompas worden bepaald.
Als u geen kompas heeft, kunt u evt. ook een landkaart of kaartmateriaal op het internet vinden om tenminste
een opstelling bij benadering uit te voeren.
Met een geïntegreerde waterpas (zie afbeelding in hoofdstuk 8. a) kan de buitensensor worden afgesteld
opdat de regen- en windsensor correct kunnen werken.
Voor de keuze van de montage plaats let u op:
• dat de montageplaats vrij ligt zodat de windsnelheid en windrichting correct kunnen worden gemeten. Een
minimumafstand van 10 meter tot gebouwen, bomen of bosland is aangewezen.
• dat de buitensensor niet in de buurt van een boom of struik wordt gemonteerd omdat anders vallende bladeren de
opening in de regensensor kunnen verstoppen.
• dat het bereik tussen het weerstation en de zender in de buitensensor in vrij veld (bij rechtstreekse visuele verbinding
tussen zender/ontvanger) tot 100 m bedraagt.
dat het effectief bereikbare bereik echter kleiner is aangezien zich tussen het weerstation en de buitensensor wan-
den, meubels, vensters of planten bevinden.
dat een verdere storende invloed die het bereik sterk vermindert, de nabijheid is van elektrische/elektronische
apparaten, kabels of metalen onderdelen. Problematisch zijn ook plafonds uit staalbeton, metaalbeklede isolerende
ramen of andere apparaten op dezelfde zendfrequentie, vb. draadloze koptelefoons, etc.
e) Opstellen resp. monteren van het weerstation
Het weerstation kan aan de hand van openingen aan de achterzijde vb. aan een haak, nagel of schroef aan de wand
worden opgehangen.
Anders kan het weerstation via de uitklapbare voet ook op een horizontaal, stabiel, voldoende groot oppervlak worden
opgesteld. Bij waardevolle meubeloppervlakken moet een geschikte onderlegger worden gebruikt om krassporen te
vermijden.