78
11. Bediening van het weerstation
a) Weergave omschakelen
• Druk kort op de toets “SET”, de windsnelheid knippert.
• Met de toets “+” of “MIN/MAX” kan de weergave worden omgeschakeld tussen:
(geen weergave) gemiddelde windsnelheid
“GUST”
windvlaagsnelheid
• Druk kort op de toets “SET”, de hoeveelheid regenwater knippert.
• Met de toets “+” of “MIN/MAX” kan de displayweergave worden omgeschakeld tussen:
“1h”
Hoeveelheid regenwater in het laatste uur
“24h”
Hoeveelheid regenwater in de laatste 24 uur
“week”
Hoeveelheid regenwater in de laatste week
“month”
Hoeveelheid regenwater in de laatste maand
“TOTAL”
Totale hoeveelheid regenwater sinds de laatste reset
Terwijl de overeenkomstige weergave knippert, kunt u deze op “0,0” terugzetten door de toets “SET”
gedurende 2 seconden ingedrukt te houden. De telkens kortere meetduur wordt daarbij eveneens auto-
matisch teruggezet.
Voorbeeld: Wanneer de wekelijkse hoeveelheid regenwater (“week”) wordt teruggezet, wordt ook de
hoeveelheid regenwater in het laatste uur (“1h”) en in de laatste 24 uur (“24h”) op “0,0” teruggezet.
• Druk kort op de toets “SET”, de buitentemperatuur knippert.
• Met de toets “+” of “MIN/MAX” kan de weergave worden omgeschakeld tussen:
“TEMP”
Weergave van de gemeten buitentemperatuur
“WIND CHILL” Aanduiding van de windchill-temperatuur
Deze temperatuurwaarde wordt berekend uit de samenhang van temperatuur en windsnelheid.
Bij temperaturen onder de +10°C is bij hogere windsnelheden de gevoelstemperatuur op de
menselijke huid lager als de daadwerkelijke temperatuur (voorbeeld: aanwezige buitentemperatuur
-20 °C, windchill-temperatuur -34 °C bij een windsnelheid van 40 km/h).
“DEW POINT” Aanduiding van de dauwpunttemperatuur
Het dauwpunt is de temperatuur, waarbij de condensatievorming op een voorwerp ontstaat.
• Druk kort op de toets “SET” om de instelmodus te verlaten (of druk gedurende 30 seconden op geen enkele toets).