Nederlands |
29
2 610 A15 116 • 23.6.09
Informatie over geluid
Het A-gewogen geluidsdrukniveau van het geluidssig-
naal kan 85 dB(A) overschrijden.
Houd het meetgereedschap niet te dicht bij uw
oor. Draag een gehoorbescherming.
Montage
Vasthoudklem monteren
Vasthoudklem bevestigen
Voeg de metaalplaten
21
van de vasthoudklem
20
met de magneten
6
van de laserontvanger nauwkeurig
ineen.
Vasthoudklem verwijderen
Houd met uw ene hand de laserontvanger vast terwijl
u met uw andere hand de vasthoudklem
20
naar ach-
teren wegklapt.
Borgklem bevestigen
(zie afbeelding A)
Steek de borgband
25
op de borgklem
24
en voer
deze door de opening
5
van de laserontvanger.
Bevestig de borgband
25
op een geschikte plaats om
de laserontvanger tegen vallen te beschermen.
Batterijen inzetten of vervangen
f
Neem de batterijen uit het meetgereedschap
als u het langdurig niet gebruikt.
Als de batte-
rijen lang worden bewaard, kunnen deze gaan
roesten en leegraken.
Voor het gebruik van het meetgereedschap worden
alkalimangaanbatterijen geadviseerd.
Vervang altijd alle batterijen tegelijk. Gebruik alleen
batterijen van één fabrikant en met dezelfde capaci-
teit.
Let bij het inzetten van de batterijen op de juiste pool-
aansluitingen overeenkomstig de afbeelding in het
batterijvak.
Vervang de batterijen zodra de batterij-indicatie
17
in
het display verschijnt.
Gebruik
Ingebruikneming
f
Bij gebruik van het meetgereedschap klin-
ken onder bepaalde omstandigheden luide
geluidssignalen. Houd daarom het meetge-
reedschap uit de buurt van uw oor en van
andere personen.
Het luide geluid kan het
gehoor beschadigen.
f
Bescherm het meetgereedschap tegen vocht
en fel zonlicht.
f
Stel het meetgereedschap niet bloot aan
extreme temperaturen of temperatuur-
schommelingen.
Laat het bijvoorbeeld niet lange
tijd in de auto liggen. Laat het meetgereedschap
bij grote temperatuurschommelingen eerst op de
juiste temperatuur komen voordat u het in gebruik
neemt.
In- en uitschakelen
f
Bij het inschakelen van het meetgereed-
schap klinkt een luid geluidssignaal. Houd
daarom het meetgereedschap bij het inscha-
kelen uit de buurt van het oor en van andere
personen.
Het luide geluid kan het gehoor
beschadigen.
Als u het meetgereedschap wilt
inschakelen
, drukt u
op de aan/uit-toets
8
.
Als u het meetgereedschap wilt
uitschakelen
, drukt
u lang op de aan/uit-toets
8
.
Als er ca. 30 minuten geen toets op het meetgereed-
schap wordt ingedrukt en het ontvangstveld
4
30 minuten lang niet door een laserstraal wordt
bereikt, wordt het meetgereedschap automatisch uit-
geschakeld om de batterijen te ontzien.
Meetnauwkeurigheid instellen
Met de toets
7
kunt u vastleggen met welke nauwkeu-
righeid de positie van de laserstraal op het ontvangst-
veld
4
als „in het midden” wordt aangegeven.
Machinemodus (Instelling „grof”)
LED-indicatie is aan
Machinemodus (Instelling „fijn”)
LED-indicatie is aan
Meetlatmodus
LED-indicatie is uit
OBJ_BUCH-986-001.book Page 29 Tuesday, June 23, 2009 1:40 PM