4
1.
Transmissiebron
•
De bron vanwaar het signaal uitgestuurd wordt.
2.
Indicatie van transmissiesignaal
•
Knippert om te bevestigen, dat de laatste instelling naar het apparaat gestuurd is.
3.
“ON/OFF” toets
•
Druk één keer om de airconditioner te starten.
•
Druk opnieuw om het apparaat te stoppen.
4.
Temperatuurinstelling
•
Om de gewenste kamertemperatuur in te stellen, moet u op de toets
▲
of
▼
drukken om de temperatuur te
verhogen of te verlagen.
•
De temperatuurinstelling ligt in het bereik van 16°C tot 30°C (optionele instelling 18°C tot 30°C).
•
Druk tegelijkertijd op beide toetsen om de instelling
▲
en
▼
van °C naar °F om te schakelen.
5.
Bedrijfsmodus
•
Druk op de
MODE
-toets om de bedrijfsfunctie te kiezen.
•
Bij een apparaat met alleen koeling zijn de volgende functies beschikbaar:
COOL (
)
,
DRY ( )
en
FAN (
)
.
•
Voor de warmtepomp zijn de volgende functies beschikbaar:
AUTO (
)
,
COOL ( )
,
DRY ( )
,
FAN (
)
en
HEAT (
)
.
De automatische modus is niet beschikbaar voor een 2 leiding systeem voor koud water (CW).
Het is wel beschikbaar voor een 4 leiding systeem met koud water (CW).
6.
Keuze ventilatorsnelheid
•
Druk voortdurend op de
-toets om de ventilatorsnelheid in de volgende volgorde om te schakelen:
Laag –––
:
Middel –––
:
Hoog –––
:
Automatisch
•
Druk niet verder, wanneer op de display de gewenste ventilatorsnelheid verschijnt.
7.
Turbofunctie (optioneel – betreft alleen apparaat met omvormer)
•
Druk op voor snelle koeling of verwarming.
•
De binnentemperatuur stijgt in de
HEAT
-functie en vermindert in de
COOL
of
DRY
-functie.
De ventilatorsnelheid wordt verhoogd, indien ze niet maximaal is.
•
De temperatuur en de ventilatorsnelheid gaan terug naar de door de gebruiker ingestelde waarden, indien opnieuw
op wordt gedrukt of na 20 minuten.
•
Alleen beschikbaar in de
HEAT
,
COOL
en
DRY
functies.
8.
Instelling ON-timer
•
Druk op de
SET
-toets om de inschakeltimer te activeren.
•
Stel de gewenste inschakeltijd in door voortdurend op de
SET
-toets te drukken. Indien de timer op 7.30 uur’s
morgens is ingesteld, schakelt de airconditioner precies om 7.30 uur ‘s morgens in.
•
Druk op de
CLR
-toets om de ingestelde inschakeltijd te annuleren.
9.
Instelling van de OFF-timer
•
Druk op de
SET
-toets om de uitschakeltimer te activeren.
•
Stel de gewenste uitschakeltijd in door voortdurend op de
SET
-toets te drukken.
•
Druk op de
CLR
-toets om de ingestelde uitschakeltijd te annuleren.
10. Automatische luchtwaaier (optioneel)
•
Druk op de
SWING
-toets om de automatische luchtwaaier te activeren.
•
Om de lucht in een bepaalde richting te verdelen, moet u op de
SWING
-toets drukken, wachten totdat de lamellen
in de gewenste richting bewegen en dan opnieuw op de knop drukken.
11. Instelling slaapfunctie
•
Druk op de
SLEEP
-toets om de slaapfunctie te activeren.
•
Dit is een energiespaaroptie. Wanneer het apparaat in de koelmodus werkt,
wordt de ingestelde temperatuur, na het eerste half uur, met 0,5°C, na het
tweede half uur, met nog eens 0,5°C en na het volgende uur met 1°C
verhoogd.
•
Wanneer het apparaat in de verwarmingsmodus werkt, wordt de ingestelde
temperatuur, na het eerste half uur, met 1°C, na het tweede half uur met
nog eens 1°C en na het volgende uur met 1°C verlaagd.
•
Deze functie is beschikbaar in de
COOL
,
HEAT
en
AUTO
functie.
12. Instelling van de klok
•
Druk op de
▲
toets om de tijd vooruit te zetten.
•
Druk op de
▼
toets om de tijd achteruit te zetten.
GEBRUIKSAANWIJZING
+2 C
+1 C
- 1 C
- 2 C
0
0,5
1
1,5
2
- 3 C
NEDERLANDS
OM-G8-1206-Daikin
3/6/07, 3:27 PM
4