48
neDerlanDs
Oplaadproces
Zie de onderstaande tabel voor de laadtoestand van
de accu.
Laadtoestand
1 lamp knippert
< 33%
1 lamp knippert, 1 lamp aan
33–66%
1 lamp knippert, 2 lampen aan
66–99%
3 lampen aan
100%
Automatisch verversen
De automatische verversingsmodus maakt de
individuele cellen in de accu op de piekcapaciteit
gelijk of balanceert ze. Accu’s dienen wekelijks te
worden opgeladen of telkens als de accu niet meer
dezelfde hoeveelheid werk levert.
Om uw accu te verversen plaatst u de accu zoals
gebruikelijk in de oplader. Laat de accu tenminste
10 uur in de acculader.
Hete/koude accuvertraging
Als de oplader detecteert dat een accu te heet of
te koud is, begint deze automatisch met een hete/
koude accuvertraging, waarbij het opladen wordt
uitgesteld totdat de accu een geschikte temperatuur
heeft bereikt. De oplader schakelt vervolgens
automatisch naar de oplaadmodus voor de accu.
Deze functionaliteit verzekert u van maximale
levensduur van de accu.
UITSLUITEND LI-ION ACCU’S
Li-Ion accu’s zijn ontworpen met een elektronisch
beschermingssysteem dat de accu beschermt tegen
te lang opladen, oververhitting en bijna volledige
ontlading.
Het gereedschap schakelt automatisch uit als het
elektronische beschermingssysteem in werking
treedt. Als dit gebeurt, plaatst u de Li-Ion accu in de
lader totdat deze volledig is opgeladen.
ONDERHOUD
Dit product kan niet door de gebruiker worden
onderhouden. De lader bevat geen onderdelen die
door de gebruiker kunnen worden onderhouden.
Onderhoud dient te worden uitgevoerd door een
bevoegd onderhoudscentrum, om schade aan
gevoelige interne onderdelen te voorkomen.
Uw oplader is ontworpen om gedurende lange tijd
probleemloos te functioneren met een minimum aan
onderhoud. Een juiste behandeling en regelmatige
reiniging van de machine garanderen een hoge
levensduur.
Als u een haspel gebruikt, dient u het snoer altijd
volledig af te rollen.
BEDIENING
Aanwijzingen voor gebruik
WAARSCHUWING:
Neem altijd de
veiligheidsinstructies in acht en houdt u
aan de geldende voorschriften.
Opladen van de accu (Fig. 1, 2)
Controleer altijd de netspanning, voordat u de accu
oplaadt. Als de netspanning normaal aanwezig is,
maar de accu niet wordt opgeladen, breng dan uw
oplader naar een erkend
D
e
WALT
Service-center.
Tijdens het opladen kunnen oplader en accu warm
aanvoelen. Dit is normaal en duidt niet op een defect.
VOORZICHTIG:
Laad de accu niet op
bij omgevingstemperaturen < 4 °C of
> 40 °C. Aanbevolen
oplaadtemperatuur: ca. 24 °C.
• Plaats de accu (c) in de oplader (a) zoals
afgebeeld en steek de stekker van de oplader
in het contact. Let erop dat de accu goed in
de oplader zit. De rode oplaadindicaties (b)
knipperen volgens de laadtoestand van de
accu.
• Na het opladen branden de oplaadindicaties
continu. De oplader schakelt automatisch over
naar de compensatiestand.
• De accu kan op elk gewenst moment uit de
oplader worden gehaald of voor onbepaalde
tijd in de op het net aangesloten oplader blijven
zitten.
• De rode oplaadindicaties beginnen snel te
knipperen als het laden problemen oplevert.
Steek de accu opnieuw in de oplader of
probeer een andere accu. Breng, indien nodig,
uw oplader naar een erkend D
e
WA
LT Service-
center.
• De rode oplaadindicaties beginnen snel te
knipperen, eenmaal kort gevolgd door eenmaal
lang als er een probleem met de oplader is.
Breng de machine naar een erkend Service-
center.
• Sommige energiebronnen (zoals generatoren
of spanningsomvormers) kunnen tijdelijke
laadproblemen veroorzaken. De rode oplaad-
indicaties (b) knipperen dan samen tweemaal
snel gevolgd door een pauze. Dit kan meerdere
malen voorkomen. Zodra het mogelijk is,
schakelt de oplader automatisch weer naar de
laadstand.