81
nEDERLanDs
luchttank nooit te repareren.
Laat de tank onmiddellijk
vervangen in een bevoegd servicecentrum.
13 .
GEBRUIK DE COMPRESSOR ALLEEN VOOR DE
TOEPASSINGEN GESPECIFICEERD IN HET VOLGENDE
INSTRUCTIEHANDBOEK. Gebruik de compressor nooit
voor toepassingen die niet worden gespecificeerd in het
instructiehandboek. Gebruik de perslucht nooit voor
ademhaling of respiratie.
Ga nooit op de compressor staan.
14 .
GEBRUIK DE COMPRESSOR CORRECT. Laat de
compressor werken volgens de instructies van dit
handboek.
Laat de compressor nooit door kinderen of niet
geautoriseerde personen, die niet vertrouwd zijn met de
werking ervan, gebruiken.
15 .
CONTROLEER OF ELKE SCHROEF, BOUT EN DEKSEL
STEVIG VASTGEZET IS. Controleer of elke schroef, bout
en plaatje stevig vastgezet is.
Controleer regelmatig of ze
goed aangedraaid zijn.
16 .
HOUD HET OPZUIGROOSTER SCHOON. Houd het
ventilatierooster van de motor schoon zodat lucht kan
vrij stromen.
Controleer deze rooster regelmatig om de
opeenhoping van stof te voorkomen.
17 .
LAAT DE COMPRESSOR WERKEN OP NOMINALE
SPANNING. Laat de compressor werken op de spanning
aangeduid op het gegevensplaatje.
Als de compressor
gebruikt wordt op een spanning hoger dan de nominale, zal
de motor uitzonderlijk snel draaien waardoor de eenheid kan
beschadigen en de motor kan verbranden.
18 .
GEBRUIK DE COMPRESSOR NOOIT ALS HIJ DEFECT IS OF
ONGEWOON WERKT.
Als de compressor ongewoon lijkt te
werken, bij het werken vreemde geluiden maakt of defect lijkt,
moet hij onmiddellijk stilgezet worden en neemt u contact op
voor reparatie met een geautoriseerde assistentiedienst.
19 .
MAAK PLASTIC ONDERDELEN NIET SCHOON MET
OPLOSMIDDELEN. Oplosmiddelen als gasoline,
verdunner, benzine, carbon tetrachloride en alcohol
kunnen plastic onderdelen beschadigen en breken.
Maak plastic onderdelen niet schoon met zulke
oplosmiddelen.
Maak ze schoon met een zachte doek
die lichtjes is gedompeld in zeepwater. Maak ze daarna
goed droog.
20 .
GEBRUIK ENKEL ORIGINELE VERVANGSTUKKEN. Het
gebruik van niet originele vervangstukken doet de
garantie vervallen en veroorzaakt een slechte werking
van de compressor.
De originele vervangstukken zijn
beschikbaar bij uw dealer.
21 .
VERANDER DE COMPRESSOR NIET. Verander de
compressor niet. Raadpleeg een geautoriseerde
assistentiedienst voor alle herstellingen. Een niet
geautoriseerde verandering kan de prestaties van de
compressor verminderen, maar kan ook de oorzaak
zijn van ernstige ongelukken voor de personen die
niet de nodige kennis en technische ervaring bezitten
om de veranderingen uit te voeren.
Niet-geautoriseerde
wijzigingen kunnen het risico op letsels voor de gebruiker of
schade aan eigendom verhogen.
22 .
ZET DE SCHAKELAAR UIT WANNEER DE COMPRESSOR
NIET WORDT GEBRUIKT.
Zet de schakelaar UIT wanneer
de compressor niet wordt gebruikt, trek de stekker uit het
stopcontact en open de afvoerkraan zodat de perslucht uit de
luchttank kan ontsnappen.
23 .
RAAK DE WARME DELEN VAN DE COMPRESSOR NOOIT
AAN.
Om brandwonden te vermijden, mag u de buizen,
koppen, de fles en de motoren niet aanraken.
24 .
RICHT DE LUCHTSTRAAL NIET RECHTSTREEKS OP HET
LICHAAM.
Om risico’s te vermijden mag u nooit de luchtstraal
op personen of dieren richten.
25 .
LAAT DE TANK DAGELIJKS OF NA ELK GEBRUIK
LEEGLOPEN. Open de afvoerklep en kantel de
compressor om het water er volledig uit te laten
lopen.
Als de tank niet goed wordt geleegd, kan dit leiden
tot overmatige corrosie, waardoor de luchttank plots kan
scheuren of ontploffen.
26 .
STOP NIET DE COMPRESSOR DOOR DE ACCU ERUIT TE
TREKKEN.
Gebruik hiervoor de
AAN/UIT
-schakelaar.
27 .
GEBRUIK ALLEEN AANBEVOLEN
LUCHTBEHANDELINGSONDERDELEN DIE GESCHIKT
ZIJN VOOR DRUK DIE NIET MINDER IS DAN 9,3
BAR. Risico op barsten.
Gebruik alleen aanbevolen
luchtbehandelingsonderdelen die geschikt zijn voor druk die
niet minder is dan 9,3 bar.
28 .
DRAAG GESCHIKTE OOR‑ EN HOOFDBESCHERMING.
Geschikte beschermende kleding moet gedragen
worden tijdens het gebruik van de compressor en het
aangesloten gereedschap of accessoire.
Raadpleeg
de gereedschaps- / accessoirehandleiding en volg
alle veiligheidseisen.
29 .
HOUD REKENING MET OMGEVINGSFACTOREN Laat
de compressor nooit in de regen staan. Gebruik de
compressor nooit in vochtige of natte omstandigheden.
Zorg voor een goede verlichting.
Gebruik de compressor
nooit in de nabijheid van ontvlambare vloeistoffen of gassen.
30 .
GEBRUIK NIET IN OMGEVING MET EXPLOSIEGEVAAR,
ZOALS IN DE BUURT VAN BRANDBARE VLOEISTOFFEN,
GASSEN OF STOF.
Compressoren kunnen vonken maken die
ervoor kunnen zorgen dat stof of dampen ontbranden.
31 .
CONTROLEER STEEDS VÓÓR GEBRUIK HET DRUKVAT
OP TEKENEN VAN ROEST EN BESCHADIGING.
Gebruik de
compressor niet met een beschadigd of verroest drukvat.
Overige risico’s
Ondanks het toepassen van de relevante
veiligheidsvoorschriften en het toepassen van
veiligheidsapparaten kunnen sommige overige risico’s niet
worden vermeden. Dit zijn:
• Gehoorbeschadiging .
• Risico op persoonlijk letsel door rondvliegende deeltjes.
• Risico van brandwonden omdat accessoires tijdens het
gebruik heet worden.
• Risico van persoonlijk letsel als gevolg van langdurig gebruik.
Summary of Contents for XR FLEXVOLT LI-ION DCC1054
Page 1: ...DCC1054 Final page size A5 148mm x 210mm ...
Page 3: ...1 2 3 Fig A Fig B Fig C Fig D 10 6 5 1 4 9 7 11 2 3 8 Fig E 1 6 4 9 7 Fig F 3 2 12 13 5 ...
Page 169: ......
Page 170: ......
Page 171: ......