Nederlands
33
‧ Wij adviseren u alle elektrische aquariumap-
paraten via een aardlekschakelaar met een
nominale foutstroom van maximaal 30 mA te
beveiligen.
‧ Scheid principieel alle apparaten in het aqua-
rium van het stroomnet, wanneer deze niet in
gebruik zijn, voordat u onderdelen monteert
of demonteert en vóór alle reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden.
‧ Bescherm het stopcontact
en de stekker tegen vocht
en nattigheid. Maak met
de netkabel absoluut een
druppellus.
Deze voorkomt dat evt. langs de kabel lopend
water bij het stopcontact terechtkomt en
kortsluiting veroorzaakt.
‧ De elektrische gegevens van het apparaat
moeten overeenkomen met de gegevens
van het stroomnet. U vindt die gegevens
op het typeplaatje, de verpakking of in deze
gebruiksaanwijzing.
‧ Verbrandingsgevaar! Het apparaat is tijdens
en na het gebruik zeer heet. Nooit hete delen
of de verwarmingszone
d
aanraken!
4. Ingebruikname
Verwarming monteren (⌦A)
1. Verwijder de transportborging
e
.
2. Steek de zuignap
b
op de houder
a
.
3. Steek de zuignaphouder op de verwarming (niet over de
verwarmingszone
d
en het controlelampje
c
).
4. Bevestig het apparaat onder de waterspiegel aan de de binnen-
wand van uw aquarium (⌦C). Let op het minimale waterpeil en
de maximale dompeldiepte.
▶ Voor een gelijkmatige waterverwarming moet het water goed
om de verwarmer heen kunnen stromen. Plaats de verwarmer
daarom in een gedeelte met sterke stroming.
▶ Monteer de verwarmer uitsluitend in een verticale positie.
5. Bediening
Verwarmer in-/uitschakelen
1. Steek de stekker in het stopcontact. De controlelamp
c
brandt.
2. Trek de stekker uit het stopcontact om uit te schakelen.
Temperatuur instellen
1. Draai eerst de instelring
f
helemaal terug tot aan de aanslag
(20 °C resp. 68 °F).
2. Stel de gewenste temperatuur in door aan de instelring te
draaien. Tijdens het opwarmen brandt de controlelamp
c
rood. Bij het bereiken van de ingestelde temperatuur brandt de
controlelamp groen.