NL
- 80 -
•
Controleer het apparaat op transportschade.
Eventuele schade meteen melden aan de
transportonderneming die de compressor
heeft geleverd.
•
Ervoor zorgen dat de aanzuiglucht droog en
stofvrij is.
•
De compressor niet opstellen in een vochtige
of natte ruimte.
•
De compressor mag alleen in geschikte
ruimtes (goed geventileerd, omgevingstem-
pe5°C tot 40°C) worden ingezet. In de
ruimte mogen geen stof, geen zuren, dampen
of explosieve of ontvlambare gassen aanwe-
zig zijn.
•
De compressor is geschikt de inzet in droge
ruimtes. Hij mag niet worden ingezet in zones
waarin met spatwater wordt gewerkt.
•
Zet het apparaat alleen in op een stabiele,
vlakke ondergrond.
Waarschuwing!
Neem voor voorwerpen die
moeten worden opgepompt de opgaven en
veiligheidsinstructies van de fabrikant in acht.
5.1 Laden van de LI-accupack (
fi
g. 2, 9)
1. Accupack (6) uit de handgreep trekken, terwi-
jl u de grendelknop (a) naar beneden drukt.
2. Vergelijk of de netspanning vermeld op het
typeplaatje overeenstemt met de beschikbare
netspanning. Steek de netstekker van de
lader (d) in het stopcontact. De groene LED
begint te knipperen.
3. Schuif de accu (6) op de lader (d).
Onder punt 10 (indicatie lader) vindt u een tabel
met de betekenissen van de LED-indicatie aan
de lader.
Mocht het laden van de accupack niet mogelijk
zijn, controleer dan:
•
of aan het stopcontact de netspanning aan-
wezig is
•
of een foutloos contact aan de laadcontacten
van de lader voorhanden is.
Indien het laden van de accupack nog altijd niet
mogelijk is, dan verzoeken wij u
•
de lader en de laadadapter
•
en de accupack
op te sturen aan onze klantendienst.
Voor een deskundige verzending verzoeken
wij u contact op te nemen met onze klan-
tendienst of het verkooppunt waar u het ap-
paraat heeft aangekocht.
Zorg er bij de verzending of verwerking van
accu’s resp. het accu apparaat voor dat deze
afzonderlijk worden verpakt in plastic zakken,
om kortsluitingen en brand te vermijden!
In het belang van een lange levensduur van de
accupack is het raadzaam om op tijd voor het
herladen van de accupack te zorgen. Dit is in elk
geval noodzakelijk, wanneer u vaststelt dat het
vermogen van het apparaat afneemt. Ontlaad de
accupack nooit helemaal. Dat leidt tot een defect
van de accupack!
5.2 Accu-capaciteitsindicatie (
fi
g. 2)
Druk op de schakelaar voor accu-capaciteitsindi-
catie (b). De accu-capaciteitsindicatie (c) signa-
leert de laadtoestand van de accu aan de hand
van 3 LEDs.
Alle 3 LEDs branden:
De accu is vol geladen.
2 of 1 LED(s) branden:
De accu beschikt over voldoende restlading.
1 LED knippert:
De accu is leeg, laad de accu op.
Alle LEDs knipperen:
De temperatuur van de accu is te laag. Verwijder
de accu van het apparaat en laat de accu één
dag liggen bij ruimtetemperatuur. Als de fout
opnieuw optreedt, dan werd hij diep ontladen en
is hij defect. Neem de accu van het apparaat. Een
defecte accu mag niet meer gebruikt resp. gela-
den worden.
6. Bediening
6.1 Wissel persluchtbedrijf van de compres-
sor/lagedrukbedrijf van de ventilator
(afbeelding 7)
Druk om te wisselen tussen persluchtbedrijf en
lagedrukbedrijf op de keuzeschakelaar (12):
•
Schakelaar naar links: persluchtbedrijf
•
Schakelaar midden: UIT
•
Schakelaar naar rechts: lagedrukbedrijf
6.2 Drukschakelaar ‘Oppompen zonder
voorinstelling van de druk’ (afb. 7)
De drukschakelaar ‘Oppompen zonder voorin-
stelling van de druk’ (10) kan worden gebruikt
om op te pompen zonder voorinstelling. Druk op
Anl_PRESSITO_18_21_SPK13.indb 80
Anl_PRESSITO_18_21_SPK13.indb 80
16.08.2021 09:17:21
16.08.2021 09:17:21