NL
- 86 -
6.2 Brandstofmengtabel
Mengmethode: 40 delen benzine op 1 deel olie
Benzine
2-taktolie
1 liter
25 ml
5 liter
125 ml
6.3 Zaagkettingsmering
Let op!
Stel de ketting nooit zonder zaagkettin-
golie in werking! Het gebruik van de zaagketting
zonder zaagkettingolie of bij een oliepeil beneden
het minimummerk heeft een beschadiging van de
kettingzaag tot gevolg!
Let op!
Hou rekening met de temperatuurom-
standigheden: verschillende omgevingstempe-
raturen eisen smeermiddelen van zeer verschil-
lende viscositeit. Bij lage temperaturen hebt u
dunvloeibare oliën (lage viscositeit) nodig om
een voldoende smeer
fi
lm te doen ontstaan. Als
u dezelfde olie in de zomer gebruikt, zou de olie
alleen door de hogere temperaturen nog meer
vloeibaar worden gemaakt. Een onderbreking van
de smeer
fi
lm zou het gevolg kunnen zijn, de ket-
ting zou kunnen worden oververhit en zou kunnen
worden beschadigd. Bovendien zou de smeerolie
verbranden, waardoor het milieu onnodig met
schadelijke sto
ff
en zou worden belast.
Olietank vullen (
fi
g. 1):
Kettingzaag op een e
ff
en plaats neerzetten. Het
gebied rond de olietankdop (pos. 3a) schoonma-
ken en daarna de tank openen.
Tank (pos. 3a) vullen met zaagkettingolie. Let
er goed op dat geen vuil in de tank terechtkomt
om te voorkomen dat de oliesproeier verstopt
geraakt.
Olietankdop sluiten.
7. Bedrijf
Gelieve de wettelijke bepalingen m.b.t. de veror-
dening inzake de bestrijding van lawaaioverlast
na te leven die plaatselijk kunnen verschillen.
7.1 Starten bij koude motor
Giet in de tank een behoorlijke hoeveelheid ben-
zine-/oliemengeling. Zie ook brandstof en olie.
1. Het toestel op een hard e
ff
en vlak plaatsen.
2. 10 keer op de brandstofpomp (primer) druk-
ken (
fi
g. 2, pos. 29).
3. AAN/UIT-schakelaar
(
fi
g. 2, pos. 9) naar de
stand “I” brengen.
4. Gashendel vastzetten. Daarvoor gashendel-
grendel (
fi
g. 2, pos. 11) en daarna gashendel
(
fi
g. 2, pos. 12) bedienen en de gashendel
vastzetten door tegelijkertijd de arrêtering (
fi
g.
2, pos. 10) in te drukken.
5. Choke-hendel
(
fi
g. 2, pos. 17) naar de
stand „ “ brengen.
6. Het toestel goed vasthouden en de starterko-
ord (
fi
g. 2, pos. 14) eruit trekken tot de eerste
weerstand. Dan de startkabel vier keer
fl
ink
doorhalen. Het toestel zou moeten starten.
Let op: De starterkoord niet terug laten
springen. Dit zou tot beschadigingen kunnen
leiden.
Is de motor gestart, de choke-hendel onmid-
dellijk naar de stand „ “ brengen en het toes-
tel ca. 10 s laten warmdraaien.
Let op: Door de vastgezette gashendel begint
het snijgereedschap bij startende motor te
werken.
Daarna de gashendel gewoon bedienen om
het los te zetten.
7. Mocht de motor niet aanslaan, herhaalt u de
stappen 4 tot 6.
Opgelet! Slaat de motor ook na meerdere po-
gingen niet aan, gelieve het hoofdstuk “Fouten
verhelpen aan de motor” te raadplegen.
Opgelet! Haal de startkoord steeds recht door.
Wordt de koord met een hoek doorgehaald,
ontstaat wrijving aan het oog. Door deze wrijving
wordt de koord open geschuurd en gaat sneller
verslijten. Hou steeds de startergreep vast wan-
neer de koord weer vanzelf naar binnen wordt
getrokken.
Laat de koord nooit terugspringen vanuit de door-
gehaalde toestand.
7.2 Starten bij warme motor
(Het toestel stond voor minder dan 15 tot 20 min.
stil)
1. Het toestel op een hard e
ff
en vlak plaatsen.
2. AAN/UIT schakelaar naar de stand “I” bren-
gen.
3. Gashendel vastzetten (zoals bij „Starten bij
koude motor”).
4. Het toestel goed vasthouden en de starterko-
ord tot de eerste weerstand uittrekken. Haal
dan de starterkoord
fl
ink door. Het toestel
zou na 1 tot 2 keer doorhalen moeten starten.
Mocht het toestel na 6 keer doorhalen nog
altijd niet starten, herhaalt u de stappen 1 tot
7 beschreven onder “Koude motor starten”.
Anl_BG_BC_2625_T_SPK7.indb 86
Anl_BG_BC_2625_T_SPK7.indb 86
07.12.12 10:21
07.12.12 10:21