26
NEDERLANDS
Na beëindiging alle werkzaamheden
aan het apparaat:
−
schakelt u alle veiligheidsvoorzie-
ningen weer in en controleert u
de werking ervan,
−
controleert u of alle gereedschap
of dergelijke van of uit de
machine verwijderd is.
Service en/of onderhoudswerkzaam-
heden die niet in dit hoofdstuk
beschreven staan, mogen uitsluitend
door vaklui uitgevoerd worden.
5.1
Regelmatig onderhoud
Telkens voor het begin van het werk
•
Controleer de persluchtslangen op
beschadigingen en vervang ze
indien nodig.
•
Controleer of de schroefverbindin-
gen vast zitten en draai ze vast
indien nodig.
•
Controleer het aansluitsnoer op
beschadigingen en laat het door een
elektromonteur vervangen indien
nodig.
Om de 50 uur
•
Controleer de luchtfilter
compressor en maak hem schoon
indien nodig.
•
Controleer het oliepeil
van de
compressor en vul olie bij indien
nodig
•
Tap het condenswater van het druk-
vat af
•
Maak de luchtfilter
van de filter-
drukregelaar schoon.
•
Tap het condenswater van de filter-
drukregelaar af
.
•
Controleer de transmissieriem:
−
Verwijder het riembeschermroos-
ter
−
Indien nodig transmissieriem ver-
vangen of naspannen.
−
Om de riemspanning te wijzigen,
draait u de vier schroeven aan de
voet van de motor los en ver-
schuift u de motor.
−
Draai de schroeven aan de voet
van de motor opnieuw vast.
−
Breng het riembeschermrooster
opnieuw aan.
Om de 250 uur
•
Vervang de luchtfilter van de com-
pressor.
•
Vervang de luchtfilter van de filter-
drukregelaar.
Om de 500 uur
•
Tap de olie van de compressor af
via de olieaftapschroef
en ver-
vers ze.
A
De afgewerkte olie moet wor-
den verwijderd bij een erkend verza-
melpunt!
Na 1000 uur
•
Laat de compressor nakijken door
een vakman. Hierdoor wordt de
levensduur van de compressor aan-
zienlijk verlengd.
5.2
Afkortzaag opbergen
1.
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact.
2.
Ontlucht het drukvat en alle aange-
sloten persluchtgereedschap.
3.
Bewaar de machine op een plaats
waar ze niet kan worden ingescha-
keld door onbevoegden.
A
Opgelet!
De machine mag niet in de
open lucht of in een vochtige omge-
ving opgeborgen worden.
Leg de machine voor opberging of
voor transport niet op een zijde.
Voor bijzondere werkzaamheden zijn
volgende accessoires verkrijgbaar in de
vakhandel – de tekeningen vindt u terug
op de omslagzijde achteraan:
Afdichten
A
Patroonpistool KP 910
voor normale patronen.
Art.-nr. 090 101 0030
25
26
28
27
29
30
31
6.
Beschikbare accessoires
O OFF
AUTO
32