04/10
59
Réglages individuels
Individuele instellingen
de commande Nick (c) de manière à minimiser la tension
exercée sur le ressort de traction.
Vous pouvez maintenant soulever légèrement la vis et la mé-
canique de réglage, décrocher les ressorts de traction (d) et
les enlever complètement du guidage.
Pour finir, retirez le levier de rappel avec le ressort de trac-
tion.
Important:
Avant d’utiliser le levier de rappel commu-
nément avec le ressort de traction sur l’unité
de leviers droite (vu de l’arrière), la pratique a
montré qu´il est préférable de fixer le ressort
sur le levier de rappel avec un peu de colle.
De cette manière, le ressort reste plus tard ex-
actement dans un angle de 90° par rapport au
levier et peut être aisément raccroché.
Vous suspendez le ressort de traction de préférence avec un fil
de fer fin ou une aiguille dont vous courbez les extrémités pour
former un crochet de retenue avec une pince pointue.
ATTENTION!
Vérifiez à la fin des opérations au bon fonction-
nement de l’émetteur et familiarisez-vous avec
le maniement inversé de l’émetteur!
Entretien / élimination
Entretien
Une inspection et un entretien régulier des
composants de l’hélicoptère et des réglages de
base sont primordiaux pour un fonctionnement
sûr et une performance optimale.
Vérifiez toujours
Tous les raccords vissés. Sécurisez-les éventuellement par
une laque de sécurité pour vis.
Le positionnement sécurisé de l’accu de propulsion.
L’équilibre du modèle
Fuselage/châssis
Le roulement de l’arbre du rotor principal doit être changé
au plus tard tous les 100 vols. En cas de vols 3D fréquents,
tous les 50 vols. Etablissez un livre de vol afin de bien garder
à l’esprit les périodicités d’entretien.
Les douilles du roulement à billes/ à bague lisse doivent être
graissées tous les 50 vols. SI la roue d’engrenge de l’axe
principal a du jeu, la bague lisse doit être changée.
Veillez à ce que les dents soient complètes et que la tensi-
on de la courroie de propulsion arrière soit correcte. Si vous
appuyez sur un côté de la courroie, celle –ci ne doit pas dé-
passer l’axe de la poulie de courroie.
Pour le réglage de la tension des courroies, dévissez les
quatre vis de la fixation du tube de queue et déplacez-le
dans le sens souhaité.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
gelijk onder spanning staat.
Nu kunt U de schroef weer samen met de instelmechanica
licht naar boven optillen, de trekveer (d) uitnemen en vervol-
gens geheel uit de geleiding nemen.
Als laatste wordt nog de terugzethendel samen met de trek-
veer uitgenomen.
Let s.v.p. op het volgende:
Vóórdat u de terugzethendel samen met de trek-
veer bij het (van achteren gezien) rechter knup-
pelaggregaat plaatst, is in de praktijk gebleken,
dat het beter is de veer bij de terugzethendel
met een beetje kleefstof te borgen.
Zo blijft deze later exact in een hoek van 90°
t.o.v. de hendel en kan zo eenvoudiger worden
ingehangen.
Het inhangen van de trekveer kan het beste worden uitgevoerd
met een dunne draad of een naald, waarbij met een tang een
kleine „vanghaak“ gebogen werd.
PAS OP!
Voer tot slot een functiecontrole van de zender
uit en maakt u absoluut met de veranderde be-
diening van de zender vertrouwd!
Onderhoud / verwijdering
Onderhoud
Een regelmatige inspectie en onderhoud van
de componenten van de helikopter en van de
basisinstellingen is noodzakelijk voor een vei-
lig bedrijf en een optimaal rendement.
Controleer in het algemeen
Alle schroefverbindingen. Eventueel met schroefarreteerlak
bevestigen.
De zekere zit van de vliegaccu
Het evenwicht van het model
Romp/chassis
Het hoofdrotoraslager moet ten laatste om de 100 vluchten
vervangen worden. Bij frequente 3D-vluchten zelfs om de 50
vluchten. Houd een vluchtenboek bij om de onderhoudsinter-
vallen in het oog te houden.
Kogellagerhulzen/glijlagerhulzen moeten om de 50 vluchten
gesmeerd worden. Wanneer het hoofdastandwiel speling
heeft met het glijlager vervangen worden.
Let op de volledigheid van de tanden en op de correcte
riemspanning van de staartaandrijfriem. Wanneer u een kant
van de riem naar beneden drukt dan mag dit niet tot over de
as van de riemschijf mogelijk zijn.
Om de riemspanning in te stellen maakt u de vier schroeven
van de houder van de staartrotor aan de romp los en ver-
schuift u de staartrotor in de gewenste richting.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
