NL 14
TOESTELBESCHRIJVING
Toestel
Deze handleiding behandelt verschillende modellen. Hierdoor kan het voorkomen dat
bepaalde opties of accessoires voor uw toestel niet van toepassing zijn.
Model met vriesvak
Model zonder vriesvak
1
1
1
1
2
4
4
4
4
5
1
1
1
2
4
3
4
4
4
5
1. Draagplateau
2. Groentelade
3. Vriesvak
4. Deurvak
▷
Het onderste deurvak is geschikt voor flessen.
5. Thermostaat, schakelaar voor snel invriezen (indien van toepassing) en interieurverlichting
Indicatie ‘Deur open’ (voor koelkasten met vriesvak)
De indicator (A) op de sluiting van het vriesvakdeurtje geeft aan of de
deur goed gesloten is.
• Deur niet goed gesloten; indicator is zichtbaar.
• Deur goed gesloten; indicator is niet zichtbaar.
Let er op dat de vriesvakdeur altijd goed gesloten is. Dit
voorkomt dat levensmiddelen in het vriesvak ontdooien en dat
er overmatige ijsvorming ontstaat. Ook voorkomt het onnodig
energieverbruik.
A