77
b) Weerstation
• Klap de standvoet (3) uit en plaats het weerstation op een vlak, stabiel oppervlak.
• U kunt het weerstation met een daarvoor geschikte schroef of spijker (beide niet meegeleverd) aan een muur
bevestigen.
13. Sensor-zoekmodus
• Direct nadat er spanning op het weerstation is gezet, gaat het automatisch op zoek naar het draadloze signaal van
de buitensensor. Tijdens dit zoekproces knippert het symbool .
• De buitensensor zendt iedere 60 seconden een signaal uit. Zodra het signaal van de buitensensor ontvangen is,
verschijnt de meetwaarde op het beeldscherm.
• Het zoeken duurt in totaal 3 minuten. Nadat de 3 minuten verlopen zijn, dooft het symbool .
• Houd als het signaal verloren is gegaan en daarom geen meetwaarde wordt getoond, de toets CHANNEL (9)
ongeveer 3 seconden lang ingedrukt. Het symbool knippert en het weerstation zoekt opnieuw naar het signaal
van de buitensensor.
14. Ontvangst draadloze klok
• De eerste keer dat u het in gebruik neemt, zoekt het weerstation eerst 3 minuten naar het radiosignaal van de
buitensensor (zie vorig hoofdstuk).
• Nadat die 3 minuten verstreken zijn, zoekt het weerstation automatisch naar het DCF-tijdsignaal. Tijdens het
zoeken knippert het symbool .
• Zodra het signaal ontvangen is, brandt het symbool continu.
• Indien het signaal ook na een aantal minuten niet is gevonden, wordt het zoeken afgebroken.
• Het weerstation zoekt dagelijks om 01:00, 02:00 en 03:00 uur 's morgens naar het DCF-tijdsignaal. Als er om 03:00
uur geen signaal is ontvangen, zoekt het signaal opnieuw om 04:00 en om 05:00 uur 's morgens.
• Om het zoeken naar het DCF-tijdsignaal op een willekeurig tijdstip handmatig te starten, drukt u ca. 3 seconden
op toets DOWN (6).
• Om het zoeken te stoppen, drukt u even op toets DOWN.
• Tijdens het zoeken werken de andere toetsen niet (uitzondering: Toets SNOOZE / LIGHT).