5
5
er geen meubels op worden gezet. Leid de kabel niet om scherpe hoeken en
wind hem na gebruik niet te strak op!
8.
Het gebruik van een verlengsnoer wordt afgeraden omdat
dit oververhitting en brand kan veroorzaken
. Is het gebruik van
een verlengsnoer onvermijdelijk, zorg dan voor een onbeschadigd,
goedgekeurd verlengsnoer met een minimale doorsnee van 3 x 1,5 mm². Rol
het snoer altijd geheel af om oververhitting te voorkomen! Om overbelasting en
doorgebrande zekeringen te voorkomen geen andere apparatuur op hetzelfde
stopcontact of dezelfde elektrische groep aansluiten als waar de kachel op
aangesloten is.
9.
Gebruik de kachel niet buitenshuis en niet in ruimtes,
kleiner dan 18 m
ᶟ.
10.
Een kachel bevat inwendig hete en/of gloeiende en
vonkende delen
. Gebruik hem dus niet in een omgeving waar
brandstoffen, verf, ontbrandbare vloeistoffen en/of gassen enz. worden
bewaard.
11.
Gebruik de kachel niet vlakbij of gericht op meubels, dieren,
gordijnen, papier, kleding, beddengoed of andere brandbare
zaken
. Houd dit minstens 1 meter van de kachel verwijderd!
12.
Bedek een kachel nooit
! Aanzuig- en uitblaasopeningen mogen op geen
enkele wijze worden geblokkeerd, om brand te voorkomen. Gebruik de kachel
dus ook nooit om kleding op te drogen of iets op te zetten. De lucht rond een
kachel moet vrij kunnen circuleren. Plaats hem dus niet te dicht op muren of
grote voorwerpen en niet onder een plank, kast o.i.d.
13.
Voorkom dat vreemde voorwerpen door de ventilatie- of
uitblaasopeningen de kachel binnendringen
. Dit kan een
elektrische schok, brand of beschadiging veroorzaken.
14.
Laat een werkende kachel nooit zonder toezicht achter
maar schakel hem éérst uit en neem vervolgens de stekker
uit het stopcontact
. Altijd stekker uit het stopcontact als de kachel niet in
gebruik is! Pak de stekker daartoe in de hand; trek nooit aan het koord!
15.
Schakel altijd de kachel uit, neem de stekker uit het
stopcontact en laat de kachel eerst afkoelen
wanneer u:
- de kachel wilt schoonmaken
- onderhoud aan de kachel wilt uitvoeren
- de kachel aanraakt of verplaatst.
16.
Deze kachel wordt heet tijdens het gebruik
. Om brandwonden te
voorkomen niet met de blote huid de hete oppervlakken aanraken!