6
6
17. Deze kachel kan, behalve handmatig, ook met een timer worden bediend. Hoe
u hem ook in werking stelt,
zorg er te allen tijde voor dat alle
veiligheidsvoorschriften in acht zijn genomen!
18.
Zorg voor zorgvuldig toezicht wanneer dit apparaat wordt
gebruikt
in
de
aanwezigheid
van
kinderen,
handelingsonbekwame personen of huisdieren.
Kinderen,
jonger dan 3 jaar dienen uit de buurt te worden gehouden, tenzij er continu
toezicht op hen is. Kinderen, ouder dan 3 jaar maar jonger dan 8 jaar mogen het
apparaat uitsluitend aan- of uitschakelen als het apparaat op zijn normale
werkplek staat of geïnstalleerd is en wanneer er toezicht op hen wordt
gehouden of wanneer zij instructies hebben ontvangen aangaande het op
veilige wijze gebruiken van het apparaat en begrijpen welke gevaren eraan
verbonden zijn. Kinderen, ouder dan 3 jaar maar jonger dan 8 jaar mogen niet
de stekker in het stopcontact steken, niet het apparaat regelen of reinigen en er
geen gebruikersonderhoud aan uitvoeren.
Dit apparaat is niet geschikt om te worden bediend door kinderen of personen
met lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke beperkingen of door personen zonder
kennis of ervaring met dit apparaat. Dit apparaat kan door kinderen van 8 jaar
en ouder en personen met verminderde fysieke, zintuiglijke of geestelijke
vaardigheden of gebrek aan ervaring en kennis worden gebruikt wanneer er
toezicht op hen wordt gehouden of wanneer zij instructies hebben ontvangen
aangaande het op veilige wijze gebruiken van het apparaat en begrijpen welke
gevaren eraan verbonden zijn. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en gebruikersonderhoud mogen niet door kinderen zonder toezicht
worden uitgevoerd.
19.
Houd de kachel schoon
. Stof, vuil en/of aanslag in de kachel is een
veelvoorkomende reden voor oververhitting. Zorg ervoor dat dergelijke neerslag
regelmatig wordt verwijderd. Gebruik geen agressieve middelen of metalen
schuursponsjes om het apparaat schoon te maken. Dat beschadigt de
omkasting en delen van dit metaal zouden in het elektrische gedeelte terecht
kunnen komen en kortsluiting kunnen veroorzaken.
20.
Til de kachel niet op aan de glasplaat.
21.
Stel het apparaat niet in werking wanneer u beschadigingen
constateert aan apparaat, elektrokabel of stekker, of
wanneer het slecht functioneert, is gevallen of op andere
wijze een storing vertoont.
Breng het complete apparaat terug naar uw
leverancier of een erkend elektricien voor controle en/of reparatie. Vraag altijd
om originele onderdelen. Gebruik geen toevoegingen/accessoires op de kachel,
die niet zijn aanbevolen of geleverd door de fabrikant. Het apparaat (incl.
elektrokabel en stekker) mag uitsluitend worden geopend en/of gerepareerd