10
Ingebruikname en werking
Wanneer de kachel voor het eerst in gebruik wordt genomen (of wanneer u de
gewenste temperatuur opnieuw in wilt stellen) draait u de thermostaatknop op de
maximale stand (zover mogelijk met de klok mee).
Stel nu middels de bedieningsknop de kachel in werking stellen op de door u
gewenste stand.
Wanneer de temperatuur in de ruimte de door u gewenste hoogte heeft bereikt,
draait u de thermostaatknop langzaam tegen de klok in tot u een zachte klik hoort;
op dit punt laat u de knop staan. De kachel zal nu automatisch de temperatuur op
dit niveau handhaven. Hij doet dit door de verwarmingselementen uit- en weer in
te schakelen wanneer de temperatuur teveel stijgt dan wel daalt.
Let op! De ventilator blijft wel draaien, wanneer de thermostaat de
verwarmingselementen heeft uitgeschakeld. De kachel houdt zo de lucht in de
ruimte in beweging en is derhalve optimaal in staat te voelen of de ruimte afkoelt.
De thermostaatknop is traploos te bedienen. Door hem met de klok mee te draaien
wordt een steeds hogere temperatuur ingesteld; door tegen de klok in te draaien
wordt een lagere temperatuur ingesteld.
Beveiligingen
De oververhittingbeveiliging schakelt de kachel uit wanneer het inwendig te
heet wordt. Bij uitschakeling door oververhitting onmiddellijk de functieknop op O
zetten, de stekker uit het stopcontact nemen en de kachel zeker 10 minuten laten
afkoelen. Daarna kunt u hem in principe weer gewoon gebruiken.
Oververhitting heeft evenwel doorgaans een reden: de kachel kan zijn warmte
onvoldoende kwijt of kan te weinig frisse lucht aanzuigen (door afdekking,
verstopping van roosters, plaatsing te dicht op een muur o.i.d.). Neem, voordat u
de kachel weer in gebruik neemt, de oorzaak van de oververhitting weg. Vindt u
geen oorzaak en treedt de oververhitting opnieuw op, gebruik de kachel dan niet
meer maar wend u tot uw leverancier/erkend elektricien voor controle/reparatie.
Oververhitting kan serieus brandgevaar opleveren!
Schoonmaak en Onderhoud
Houd de kachel schoon. Neerslag van stof en vuil in het apparaat is een
veelvoorkomende reden van oververhitting! Verwijder dat dus geregeld. Schakel
voor schoonmaak- of onderhoudswerk de kachel uit, neem de stekker uit het
stopcontact en laat de kachel afkoelen.
Neem de buitenzijde van de kachel regelmatig af met een droge of goed-
uitgewrongen vochtige doek. Gebruik geen scherpe zeep, sprays, schoonmaak-
of schuurmiddelen, was, glansmiddelen of enige chemische oplossing!
Zuig met de stofzuiger (of blaas met een compressor) voorzichtig stof en vuil uit
de roosters en controleer of de luchtinlaat- en uitblaasopeningen schoon zijn. Let