35
kunnen gevaren en persoonlijk letsel met
zich meebrengen.
- Gebruik geen accessoires die niet speciaal
door Festool voor deze machine ontwik-
keld en bestemd zijn. Het feit dat een
accessoire op uw machine kan worden
aangebracht, houdt geen garantie in voor
ongevaarlijk gebruik.
- Het toelaatbare toerental van de acces-
soires dient minstens zo groot te zijn als
het maximale toerental dat op de machine
is aangegeven. Accessoires die sneller
draaien dan toegestaan, kunnen stuk-
springen.
- De buitendiameter en de dikte van de ac-
cessoires dienen overeen te komen met
het aangegeven bereik van de machine.
Accessoires met verkeerde afmetingen
kunnen niet voldoende beveiligd of gecon-
troleerd worden.
- De boorgatdiameter van schijven,
fl
enzen,
rubberen schuurplateaus en andere ac-
cessoires dient precies op de spil van de
machine te passen. Accessoires met een
niet-passende boorgatdiameter draaien
niet mooi rond, trillen overmatig en kun-
nen tot controleverlies leiden.
- Gebruik geen schadelijke accessoires.
Controleer voor elk gebruik accessoires
zoals draadborstels op losse of gebroken
draden. Wanneer de machine is gevallen,
controleer deze en de accessoires dan
altijd op beschadigingen of monteer een
onbeschadigd accessoire. Zorg ervoor dat
u en eventuele andere aanwezige perso-
nen zich na de controle en montage van
het accessoiredeel buiten het rotatiegebied
van het inzetgereedschap bevinden en
laat de machine een minuut lang op een
maximaal toerental draaien. Beschadigde
accessoires springen tijdens deze proeftijd
gewoonlijk kapot.
- Draag een persoonlijke veiligheidsuitrus-
ting. Gebruik, afhankelijk van de toepas-
sing, een veiligheidsscherm of veiligheids-
bril. Draag, indien daar reden voor is, een
stofmasker, oorbeschermers, veiligheids-
handschoenen en een werkschort, dat ge-
schikt is als bescherming tegen botsingen
bij kleine schuur- of werkstukdelen. De
veiligheidsbril moet vliegende brokstuk-
ken, als gevolg van uiteenlopende werk-
zaamheden, kunnen tegenhouden. Het
stofmasker of het ademhalingsapparaat
moet in staat zijn de deeltjes die door
uw werkzaamheden ontstaan te
fi
lteren.
Duurzame, sterke geluidsbelasting kan
leiden tot slechthorendheid.
- Houd personen die zich in de buurt be-
vinden op een veilige afstand van het
werkgebied. Iedereen die zich in het werk-
gebied bevindt, moet een persoonlijke
veiligheidsuitrusting dragen. Delen van
het werkstuk of van stukgesprongen ac-
cessoires kunnen wegvliegen en buiten de
directe werkplaats letsel veroorzaken.
- Houd de stroomkabel ver van draaiende
delen. Wanneer u de controle verliest, kan
de stroomkabel worden gespleten of blij-
ven hangen en kan uw hand of uw arm in
de draaiende delen worden getrokken.
- Zet de machine nooit weg zolang het ge-
reedschap niet volledig stilstaat. Draaiend
gereedschap kan in de steunvlakken vast
komen te zitten en de machine uit controle
brengen.
- Laat de machine niet lopen terwijl u hem
opzij draagt. Bij een toevallige aanraking
kan het draaiende inzetgereedschap in uw
kleding blijven haken, waardoor u ernstige
snijwonden kunt oplopen.
- Reinig regelmatig de koelluchtopeningen
van de machine. De koelluchtventilator
zuigt het stof in het machinehuis, en een
overmatige afzetting van metaalstof kan
risico's op elektriciteitsgebied met zich
meebrengen.
- Gebruik de machine niet in de buurt van
brandbare stoffen. Door vonken kunnen
deze stoffen ontbranden.
- Gebruik geen gereedschap dat vloeibaar
gekoeld dient te worden. Water of andere
vloeibare koelmiddelen kunnen (dodelijke)
elektrische schokken veroorzaken.
De oorzaken en het voorkomen van
terugslagen
Een terugslag is een plotselinge reactie op
een draaiende schijf, een rubberen schuur-
plateau, een borstel of andere accessoires
die blijven vasthaken of ingeklemd raken.
Wanneer ze ingeklemd raken of vast blijven
haken, komen de draaiende accessoires
in een plotselinge beweging tot stilstand,
waardoor als tegenreactie de machine uit
controle raakt en tegen de draairichting
van het accessoiredeel in om het klempunt