56
NL
schijven kunnen factoren zoals excentriciteit
van de schijven, riem- en schijfgroefafwijkingen,
enz. de riemspanning beïnvloeden. Als de
riemspanning tijdens de werking aanzienlijk
verandert, bereken dan het gemiddelde van de
laagste en de hoogste waarden om een nauw-
keurige meting te bekomen. Als het verschil
tussen twee riemspannen groter is dan onge-
veer 30%, pas dit dan aan en meet opnieuw.
• De wind kan voor problemen zorgen. Wind
kan overdreven achtergrondgeluid veroorzaken
zodat de meter minder nauwkeurig werkt.
Bescherm daarom de sensor of scherm de
microfoon af met een windscherm.
• Wilt u de spanning meten van staalversterkte
synchrone riemen of meten in luidruchtige
of winderige omgevingen, gebruik dan de
optionele inductieve sensor. Zo behaalt u een
optimaal resultaat. De inductieve sensor werkt
met magnetische velden in plaats van met
geluidsgolven.
• Als een specifieke werkwijze wordt gevolgd om
de riemspanning in een bepaalde toepassing te
bepalen en als de meter enkel wordt gebruikt
om de verkregen spanning te controleren, dan
kunt u beter de frequentiemodus gebruiken in
plaats van een absolute spanningswaarde te
tonen. De trillingsfrequenties voor de minimale
en maximale spanningsvoorwaarden kunnen
zodanig worden gemeten dat de monteurs/
technici de meter kunnen gebruiken om te
controleren of de montagespanning van de riem
al dan niet binnen een aanvaardbaar spectrum
ligt.
7. Kalibreren van niet-
standaardriemen
Als u bij het meten van speciale riemen (extra
dikke versterking, alternatieve materialen, etc.)
eenheidsgewichten voor standaardriemen ge-
bruikt, kan dat minder nauwkeurige resultaten
opleveren. In dat geval kan een eenvoudige
kalibreringsprocedure worden gebruikt. Plaats
de riem tussen een spanklem en laat hem ver-
schillende spanningen ondergaan (u kunt daarbij
hanggewichten gebruiken). Door de frequentie
onder verschillende spanningen te meten, kunt u
frequentiegegevens met spanningsgegevens ver-
gelijken. Zet de gegevens dan om in een grafiek
of in een formule om de opgemeten frequentie in
nauwkeurige spanningen om te rekenen. Deze
gegevens verschillen voor iedere toepassing en
kunnen niet worden gebruikt voor aandrijvingen
met andere spanlengtes. De resultaten zijn niet
altijd lineair. Daarom kunt u best de spanning van
niet-standaardriemen meten aan de hand van de
frequentie in plaats van een fictief eenheidsge-
wicht van de riem af te leiden om zo de absolute
spanningswaarde te meten.
8. Kenmerken
• Hoogte 160 mm x diepte 26 mm x breedte
59 mm
• Batterijen: 2 x AAA
• Geschikt voor geribde riemen, V-riemen en
synchrone riemen
• Frequentiegebied: 10 Hz tot 5.000 Hz
• Nauwkeurigheid van de meting: ± 1%
• Verlicht LCD-scherm