29
G3P
06951013.02
A
B
C
D
2
GEBRUIKSAANWIJZINGEN
BEDIENING EN INGEBRUIKNAME
STARTEN
De hogedrukreiniger dient zo ver mogelijk van
het te reinigen gebied geplaatst te worden.
1. Lees de veiligheidsinstrukties in “bedienings-
handleiding HONDA GCV 160”. Let ook op
de periodieke kontrole van de benzinemotor.
Het max. toerental van de motor is vanaf
de fabriek afgesteld en mag niet veranderd
worden.
2. Vul schone, nieuwe benzine (loodvrij) in de
benzinetank (2.19).
3. Kontroleer het oliepeil van de motor en
vul eventueel na met SAE 10W/30 of SAE
Omala 150 motorolie. De olie moet net de
peilstok (2.18) raken. (Lees de veiligheidsin-
strukties in “bedieningshandleiding HONDA
GCV 160”.)
4. Sluit de hogedrukslang op de drukafvoer
(2.5) aan. Spoel de watertoevoerslang door
en sluit deze aan op de watertoevoer (2.3)
De slang moet tenminste 3/4”. De waterdruk
tijdens de inbedrijfstelling mag niet meer
dan 10 bar bedragen. Draai de watertoevoer
open.
5. Duw de benzinekraan (2.24) in horizontale
positie en draai het gashandvat (2.22) op
START / MAX.
6. Trek het startsnoer (2.21) er in één lange
beweging uit en laat het hierna langzaam
weer op z’n plaats komen.
7. Activeer het pistool een paar keer en con-
troleer dat er geen lucht meer aanwezig is in
het systeem (de waterstroom is gelijkmatig
en niet schokkend). Monteer dan de lans op
het pistool.
8. Draai het drukregelhandvat (2.9) open en
aktiveer de trekker op het pistool (2.7).
Laat de machine draaien, totdat deze een
konstante druk heeft opgebouwd.
De reiniger is nu klaar voor gebruik en door
middel van het drukregelhandvat kan de druk
traploos tot maximum geregeld worden.
UITSCHAKELEN
1. Draai het gashandvat(2.21) op STOP / MIN.
2. Duw de benzinekraan (2.23) in verticale.
3. Sluit de watertoevoer af.
Als de lans wordt neergelegd dient het pistool
altijd vergrendeld te worden d.m.v. de beveili-
ging op het handvat. U voorkomt hiermee dat
onbevoegden onverhoeds de hogedrukreiniger
gebruiken.
Bij
lange
stilstandsperioden
-
zie
“Bedieningshandleiding HONDA GCV 160”
SCHOONSPUITEN
MET REINIGINGSVLOEISTOF
Gebruik alléén reinigingsvloeistoffen die speci-
aal voor gebruik met hogedrukreinigers vervaar-
digd zijn. Deze vloeistoffen zijn voordelig in het
gebruik en ontzien het te reinigen voorwerp en
de hogedrukreiniger.
1. Breng de slang van de watertoevoer met
het filter aan in het reservoir met reinigings-
vloeistof. Controleer of het filter in de reini-
gingsvloeistof is ondergedompeld.
2. Open de kop van de lans op de nozzle door
de lanskop naar voren te trekken (fig.a,
pagina 8) De hogedrukreiniger zal automa-
tisch het reinigingsmiddel opzuigen totdat de
lanskop weer in de uitgangspositie is terug-
gebracht. De concentratie reinigingsmiddel
kan worden geregeld met de doseerklep
(2.15).
lans kan toevoeging van reinigingsmiddelen
gereguleerd worden door een simpele draai
aan het handvat.
Belangrijk! Na gebruik van reinigingsvloeistof
dient U de pomp door te spoelen, door hem te
laten draaien terwijl het filter in schoon water
ondergedompeld is.
UITRUSTING
DE HOGEDRUKSLANG
Uw nieuwe hogedrukreiniger is voorzien van een
robuuste hogedrukslang. De machine mag, bij het
verplaatsen, niet aan de hogedrukslang worden
voortgetrokken. Zorg ervoor dat de slang niet
wordt stukgereden of op een andere manier wordt
beschadigd. Gescheurde of stukgereden slangen
worden niet door de garantie gedekt.
ZANDFILTER
Als er water wordt aangezogen dat zanddeeltjes
bevat, adviseren wij U een zandfilter te monteren.
Het binnenwerk van het filter kan naar behoefte
worden vervangen.
Als er geen zandfilter is gemonteerd kan het zand
doordringen in de kleppen van de pomp en kan het
schade veroorzaken aan de veiligheidsklep, cilin-
derkop en mogelijk de Turbo Laser. Deze schade
valt niet onder de garantie.
LANSEN
Uw nieuwe hogendrukreininger kan iutgerust wor-
den met een van de volgende lansen:
ENKELE LANS
Wordt geleverd met een gefixeerd spuitmondstuk
en een lans. Hij wordt bediend met de pistool-
greep.
DUBBELE LANS
Wordt geleverd met een gefixeerd spuitmondstuk
en mogelijkheden tot drukrehulatie en toovoeging
van schoonmaakmiddelen. Ook deze lans wordt
met de pistoolgreep bediend.
SPECTRUM LANS
Wordt eveneens geleverd met een gefixeerd spuit-
mondstuken en twee lansen met druk- en reini-
gingmiddelenregulatie. Hij wordt bediend met de
pistoolgreep.
TURBO LASER
Wordt geleverd met gepatenteerd mondstuk dat
zorgt voor verfroot schoonmaakeffect samen met
twee lansen met de mogelijkheid tot druk- en rei-
nigingsmiddelenregulatie. Hij wordt bediend met
de pistoolgreep.
ROTO JET LANS
Wordt geleverd met dat zorgt voor verfroot schoon-
maakeffect samen met twee lansen met de moge-
lijkheid tot druk- en reinigingsmiddelenregulatie.
Hij wordt bediend met de pistoolgreep.
VERSTELBARE NOZZLE
De nozzle heeft drie belangrijke functies:
1. Werken bij lage druk (met reinigingsmiddel). Als
u voor lage druk kiest moet de kop van de lans van
het pistool af worden bewogen (fig.a).
2. Werken bij hoge druk (voor krachtig wassen en
reinigen). Als u voor hoge druk kiest moet de kop
van de lans naar het pistool toe worden bewogen
(fig.b).
3. Het aanpassen van het spuitbeeld van een
geconcentreerde straal (fig c), tot een grote spuit-
hoek (fig d).