62
opgeladen.
• Pulslicht van 2 diode’s
- accu is gedeeltelijk leeg.
• Pulslicht van 1 diode
- accu is bijn volgeladen.
Als de accu vol is, gaat de diode (
10
) op de oplader met een groen licht
branden en alle diodes van de indicatie van de oplaadstatus van de accu
(
13
) gaan met een constant licht branden. Na een bepaalde tijd (ong.
15 sec.) gaan de diodes van de oplaadstatus van de accu (
13
) dimmen.
De accu mag niet langer dan 8 uur worden opgeladen. De
overschrijding van deze tijd kan een beschadiging van de cellen
van de accu als gevolg hebben. Na het volladen van de accu gaat de
oplader niet automatisch uit. De groene diode op de oplader gaat
steeds branden. De diodes van de indicatie van de oplaadstatus van
de accu gaan na een bepaalde tijd dimmen. Voordat de accu uit de
oplader weg te nemen, onderbreek de verbinding met de spanning.
Vermijd korte, opeenvolgende oplaadbeurten. Laad de accu’s niet
bij na een kort gebruik van het toestel. Een aanzienlijke verkorting
van de tijd tussen de nodige oplaadbeurten houdt in dat de accu
verbruikt en uitgewisseld dient te worden.
Tijdens het oplaadproces raken de accu’s zeer heet. Begin nooit
met het werk als de accu pas opgeladen werd – wacht totdat de
accu tot de kamertemperatuur afkoelt. Op die manier kunnen de
beschadigingen van de accu worden voorkomen.
INDICATIE VAN DE OPLAADSTATUS VAN DE ACCU
De accu is voorzien van een indicatie van de oplaadstatus van de accu (3
LED diode’s) (
13
). Om de oplaadstatus van de accu te checken, druk op
de knop van de indicatie van de oplaadstatus (
12
) (
afb. C
). Het branden
van alle 3 diodes geeft een hoog oplaadniveau van de accu weer.
Het branden van 2 diodes geeft een gedeeltelijk lege accu weer. Het
branden van alleen maar 1 diode geeft een lege accu en de noodzaak
van het opladen weer.
BEVESTIGING VAN HET ZAAGBLAD
De montage en uitwisseling van het zaagblad is zonder gebruik van
gereedschappen mogelijk.
•
Trek de hendel van de snelmontage van het zaagblad (
3
) naar boven
(
afb. D
).
•
Schuif het zaagblad in de uitsparing van de houder.
•
Laat de hendel van de snelmontage van het zaagblad (
3
) dalen
(de hendel gaat vanzelf naar de uitgangspositie terugkeren)
(
afb. E
).
•
Controleer of het zaagblad op een juiste manier in de houder zit door
licht eraan te trekken.
Gebruik zaagbladen die aan het gepland werk aangepast zijn.
WERK / INSTELLINGEN
AAN-/UITZETTEN
Het toestel is van een blokkadeknop van de hoofdschakelaar (
5
)
voorzien die tegen het toevallig aanzetten beschermt. Deze knop
bevindt zich aan de beide zijden van de behuizing (
afb. F
).
Aanzetten
•
Druk op
èè
n uiteinde van de blokkadeknop van de hoofdschakelaar
(
5
) en houd het ingedrukt.
•
Druk op de hoofdschakelaar (
6
) (
afb. G
).
•
Na het aanzetten van het toestel de blokkadeknop van de
hoofdschakelaar (
5
) kan worden losgelaten.
Uitzetten
•
Het loslaten van de hoofdschakelaar (
6
) stopt het toestel.
Het bereik de werksnelheid van het toestel wordt door de drukkracht op
de hoofdschakelaar geregeld.
SNIJDEN
•
Plaats het voorste deel van de voet (
2
) vlak op het te snijden materiaal
zodat het zaagblad het materiaal aanraakt.
•
Zet de zaag aan en pas de werksnelheid aan het te snijden materiaal
aan.
•
Verschuif langzaam de zaag door het zaagblad op de eerder
aangebrachte snijlijn te leiden (
afb. H, I
).
Het snijden dient zeer gelijkmatig worden uitgevoerd zodat de zaag
niet overbelast raakt. Te grote druk op het zaagblad gaat de beweging
remmen wat de efficiency van het snijden ongunstig gaat be
ï
nvloeden.
Tijdens het werk dient de gehele oppervlakte van het voet aan de
oppervlakte van het te bewerken materiaal aan te raken.
Controleer de juiste bevestiging van het werktuig. Onjuist of niet
precies gemonteerd werktuig kan tijdens het werk verschuiven en
bedreiging voor de bedienende persoon veroorzaken.
BEDIENING EN ONDERHOUD
Voordat met enige installatie-, regel-, reparatie- of
bedieningswerkzaamheden te beginnen, verwijder de accu uit het
toestel.
ONDERHOUD EN OPSLAG
•
Het is aangeraden om het toestel direct na elk gebruik te reinigen.
•
Gebruik geen water of andere vloeistoffen voor reiniging.
•
Het toestel dient met gebruik van een droog doekje of zacht perslucht
gereinigd te worden.
•
Gebruik geen reinigingsmiddelen noch oplosmiddelen zodat de
kunststof onderdelen niet beschadigd raken.
•
Reinig regelmatig de ventilatieopeningen in de behuizing van de
motor, zodat het toestel niet oververhit raakt.
•
Bewaar het toestel altijd op een droge plek en buiten bereik van
kinderen.
•
Bewaar het toestel met de verwijderde accu.
Allerlei soorten van stoornissen dienen door een geautoriseerde
servicedienst van de producent verwijderd te worden.
TECHNISCHE PARAMETERS
TYPEPLAATJE
Accu sabelzaag 58G017
Parameter
Waarde
Voedingsspanning
18 V DC
Aantal van de oscillatie op
nulversnelling
0-3000 min
-1
Bevestigingssysteem van werktuigen
gereedschapsloos
Sprong van het zaagblad
22 mm
Maximale dikte van het te snijden
materiaal (hout)
60 mm
Maximale dikte van het te snijden
materiaal (staal)
6 mm
Veiligheidsklasse
III
Massa
1,85 kg
Bouwjaar
2021
58G017 houdt het type alsook de bepaling van de machine in.
Graphite SYSTEEM ACCU
Parameter
Waarde
Accu
58G001
58G004
Spanning van de accu
18 V DC
18 V DC
Soort accu
Li-Ion
Li-Ion
Capaciteit van de accu
2000 mAh
4000 mAh
Bereik van de
omgewingstemperatuur
4
0
C – 40
0
C
4
0
C – 40
0
C
Oplaadtijd met 58G002 oplader
1 h
2 h
Massa
0,400 kg
0,650 kg
Bouwjaar
2021
2021
Graphite systeem oplader
Parameter
Waarde
Soort oplader
58G002
Voedingsspanning
230 V AC
Frequentie
50 Hz
Oplaadspanning
22 V DC
Max. oplaadstroom
2300 mA
Bereik van de omgewingstemperatuur
4
0
C – 40
0
C
Oplaadtijd van 58G001 accu
1 h
Oplaadtijd van 58G004 accu
2 h
Veiligheidsklasse
II
Massa
0,300 kg
Bouwjaar
2021