NL
Pagina | 56
•
Plaats de mobiele airconditioning
nooit op of in de buurt van hete
oppervlakken (bijv. kookplaten,
enz.).
•
Stel de mobiele airconditioning
nooit bloot aan hoge temperaturen
(verwarming, enz.) of
weersinvloeden (regen, enz.).
•
Vul nooit vloeistof in de mobiele
airconditioning.
•
Gebruik de mobiele airconditioning
niet meer, als de
kunststofcomponenten van de
mobiele airconditioning barsten,
scheuren of vervorming vertonen.
•
Vervang beschadigde componenten
alleen door geschikte originele
reserveonderdelen.
•
De mobiele airconditioning altijd
rechtop transporteren, gebruiken en
opslaan.
Montage
Installeer de meegeleverde accessoires
om de mobiele airconditioning te
gebruiken.
(zie afb. 1)
•
Monteer eerst de apparaataansluit-
adapter en de raamafdekking-
adapter aan de afvoerluchtslang.
•
Schuif de apparaataansluit-adapter
zijdelings in de daarvoor bestemde
vergrendeling.
•
Sluit de raamafdekking-adapter aan
op de raamafdekking.
BELANGRIJK
•
Vermogensverlies door geknikte
afvoerluchtslang.
•
Knik de afvoerluchtslang niet.
•
De volgende min. en max. hoogtes
aanhouden.
VERKEERDE VARIANT
Afbeelding 9
JUISTE VARIANT
Afbeelding 10
OPMERKING
Hoe beter de ramen of de openingen
zijn afgedicht, hoe beter het koeleffect
van de mobiele airconditioning is.
De ruimte, waar de mobiele
airconditioning zich bevindt, regelmatig
ventileren.
BELANGRIJK
•
Afvoerluchtslang niet verlengen.
•
De diameter van de afvoerluchtslang
niet reduceren.
30
Voor het eerste gebruik
Basisreiniging
Reinig voor het eerste gebruik de
mobiele airconditioning en alle
componenten zoals beschreven in de
paragraaf "Reiniging" om eventueel
achtergebleven resten verpakkingsstof
te verwijderen.
De mobiele airconditioning voor het
eerste gebruik 12 uur rechtop laten
staan.