NL
Pagina | 58
30.1
Timerfunctie
De mobiele airconditioning heeft een
timerfunctie waarmee u de gewenste
looptijd en een uitgestelde starttijd (in
uren) vooraf kunt instellen. Wanneer de
ingestelde tijd is verstreken, wordt de
mobiele airconditioning automatisch in-
of uitgeschakeld.
Looptijd (bedrijfsduur) instellen
Voorbeeld: 3 uur looptijd
1.
Terwijl de mobiele airconditioning in
werking is, drukt u op de toets "c".
2.
De gewenste tijd (3 uur) tussen 1-
24 uur met behulp van de "e” en “f”
toetsen instellen.
De ingestelde tijd verschijnt op het
display.
De mobiele airconditioning loopt 3
uur.
Wanneer de tijd is verstreken, wordt
de mobiele airconditioning
automatisch uitgeschakeld.
Starttijdvertraging instellen
Voorbeeld: Start over 8 uur
De mobiele airconditioning bevindt zich
in de stand-by-modus.
1.
Op de toets "c" Timer drukken.
2.
De gewenste starttijd tussen 1-24
uur met behulp van de "e” en “f”
toetsen instellen.
3.
Starttijd in uren verschijnt op het
display.
4.
Weergave op het display 8 uur
Nadat de 8 uur zijn verstreken, wordt
de mobiele airconditioning automatisch
ingeschakeld.
OPMERKING
De SLEEP-functie is uitgeschakeld voor
de starttijdvertraging.
30.2
SLEEP-functie instellen
1.
Met t
oets "a” start de slaapfunctie.
2.
Ventilator draait in het zwakste
niveau en de temperatuur wordt dan
max. 8 uur geregeld:
3.
0 - 2 uur toename met 1 °C per uur.
4.
2 - 4 uur. Temperatuur wordt
constant gehouden.
5.
6 - 8 uur verlagen de temperatuur
met 1 °C per uur.
OPMERKING
Functie is alleen beschikbaar in de
koelmodus.
30.3
SWING-functies instellen
Instellen van de luchtstroom voor een
comfortabelere en betere luchtcirculatie.
1.
Activeer de oscillerende functie met
de toets "b".
Luchtstroomrichting (lamellen)
beweegt van links naar rechts.
2.
Door opnieuw op de toets "b" te
drukken de richting van de
luchtstroom (lamellen) in de
betreffende positie fixeren.
30.4
Waterafvoerslang
monteren
Houd er rekening mee dat de
waterafvoerslang, die is aangesloten op
de mobiele airconditioning, op geen
enkel punt boven de positie van de
slangaansluiting op de mobiele
airconditioning mag lopen. Anders kan
het condenswater in de mobiele
airconditioning teruglopen en de
mobiele airconditioning beschadigen.
Wateraansluiting 10 mm slang.
Koppel de mobiele airconditioning los
van het stroomnet voordat u de
waterafvoerslang monteert.
Directe waterafvoer (condenswater
afvoer)
(zie afb. 2)
1.
De schroefsluiting en waterplug aan
de achterkant (midden) uit het
aftapgat verwijderen.
2.
Waterafvoerslang op de aansluiting
plaatsen.
Vloerbakafvoer
(zie afb. 3)
1.
De schroefsluiting en waterplug aan
de achterkant (onder) uit het
aftapgat verwijderen.
2.
Waterafvoerslang op de aansluiting
plaatsen.