Seq. + aanzuiging
Met de modus sequentiële aanzuiging kunnen verschillende volumes worden aangezogen.
1.
Selecteer
Program
>
Edit
(programma > bewerken). Selecteer vervolgens met de scroltoets
Seq
+ Aspirate
(sequentiële aanzuiging) en bevestig met
OK
.
2.
Selecteer eerst met de scroltoets het aantal volumes (maximaal 20) en bevestig met
OK
.
VOL 1
wordt weergegeven en het hoogste volume knippert.
3.
Selecteer het eerste volume met de scroltoets en bevestig met OK. Nu wordt
VOL 2
weergegeven en het hoogste resterende volume knippert.
4.
Selecteer het tweede volume met de scroltoets en bevestig met
OK
. Nadat u het laatste volume
hebt geselecteerd, wordt het totale volume weergegeven op het display en knippert de snelheid
voor het selecteren van de pipetteersnelheid. Nadat u de snelheid hebt geselecteerd, wordt het
eerste volume op het display weergegeven en is de pipet gereed voor pipetteren.
5.
Vul een schoon reagensreservoir met de vloeistof die moet worden gedoseerd.
6.
Dompel de tip in de vloeistof en druk op de drukknop. Het eerste volume wordt opgenomen en
het volgende volume wordt weergegeven.
7.
Verwijder de tip uit de vloeistof en tik deze tegen de rand van het reservoir om overtollige
vloeistof te verwijderen.
8.
Dompel de tip in de volgende vloeistof en druk op de drukknop. Het huidige volume wordt
opgenomen en het volgende volume wordt weergegeven op het display.
9.
Herhaal stap 2 en 3 tot het laatste volume wordt in de tip gezogen. Het totale volume wordt
weergegeven op het display.
10.
Lever het totale volume af door op de drukknop te drukken en houd deze ingedrukt om de tip te
legen.
11.
Laat de drukknop los om terug te keren naar de beginstand.
12.
Vervang de tip en ga verder met pipetteren.
Opmerking: U kunt de pipet op ieder gewenst moment legen door op de linker selectietoets Cancel
(annuleren) te drukken. Raadpleeg
op pagina 54.
Kalibratie
Alle Hach TenSette plus zijn in de fabriek gekalibreerd en aangepast om de volumes te leveren zoals
gespecificeerd met gedestilleerd of gedeïoniseerd water. Normaal gesproken hoeven de pipetten niet
te worden afgesteld, maar ze kunnen indien nodig wel worden gekalibreerd en afgesteld voor
vloeistoffen van verschillende temperatuur en viscositeit.
Vereisten voor de apparatuur en testomstandigheden
Er moet een analytische balans worden gebruikt. De schaalverdeling van de balans moet worden
gekozen op basis van het geselecteerde testvolume van de pipet. Raadpleeg
Als de meetonzekerheid van de balans bekend is, kunt u dit gebruiken in plaats van de
herhaalbaarheid en lineariteit.
Testvloeistof
: water, gedestilleerd of gedeïoniseerd, "klasse 3" water conform ISO 3696. Voer de
tests uit in een tochtvrije ruimte met een constante temperatuur (±0,5 °C/ ±33 °F) van het water, de
pipet en lucht tussen 15 °C (59 °F) tot 30 °C (86 °F). De relatieve vochtigheid moet hoger zijn dan
50 %.
Tabel 1 Testomstandigheden
Volumebereik
Leesbare schaalverdeling
Precisie-herhaalbaarheid en lineariteit
Meetonzekerheid
10 tot 100 µL
0,01 mg
0,02 mg
0,02 µL
> 100 µL
0,1 mg
0,2 mg
0,2 µL
Nederlands
59
Summary of Contents for TenSette plus
Page 2: ...English 3 Deutsch 17 Fran ais 33 Nederlands 49 2...
Page 65: ......