Bediening
- 148 -
Instructies voor het bewaren van voedsel
VOORZICHTIG
- Leg diepvriesvoedsel aan de binnenkant van de vriezerruimte om te bewaren, niet in het flessenrek.
- Plaats geen voedingsmiddelen in fles of blik in de vriezerruimte, om breken door bevriezing te voorkomen.
- Laat warme voedingsmiddelen eerst afkoelen tot kamertemperatuur voordat u ze in de koelkast plaatst;
anders zal het energieverbruik omhoog gaan.
- Markeer de invriesdatum op de verpakking/zak volgens vanwege de bewaartermijnen van verschillende
levensmiddelen, om te voorkomen dat levensmiddelen die termijn overschrijden.
- Verdeel het voedsel in de geschikte stukken en verpak ze afzonderlijk, zodat ze goed invriezen en niet
aan elkaar vastvriezen.
- De verpakkingsmaterialen moeten reukloos, luchtdicht, waterdicht en verontreinigingsvrij zijn, zodat
verpakte voedingsmiddelen niet zomaar aangetast worden door andere geuren en de kwaliteit niet
afneemt.
- Doe niet te veel verse levensmiddelen tegelijkertijd in de vriezerruimte; overschrijdt liefst niet de
vriezercapaciteit van de koel-vrieseenheid.
- Ontdooid voedsel kan niet opnieuw worden ingevroren, tenzij ze worden bereid in gerechten; anders zal
dit de serveerkwaliteit ervan aantasten.
- Glazen flessen of glazen bakjes mogen niet in de vriezerruimte of bij de luchtuitlaat van de
koelkastruimte worden geplaatst; ze kunnen dan ontploffen.
- De luchtuitlaat mag niet worden geblokkeerd door voedsel; dit veroorzaakt een abnormale luchtcirculatie.
Bewaring van levensmiddelen
Over het algemeen beschikt uw apparaat over de accessoires die worden weergegeven in de
‘Indelingsillustratie’. Met behulp van dit deel van de instructie kunt u uw voedsel op de juiste manier
bewaren. De glazen planken en groentela kunnen worden verwijderd om voedsel op te slaan, indien nodig.
Opmerking: Het voedsel mag de oppervlakken in het apparaat niet rechtstreeks aanraken. Het moet
afzonderlijk worden verpakt in aluminiumfolie of huishoudfolie, of in luchtdichte plastic bakjes.
Voorzorgsmaatregelen voor interne en externe reiniging van de koelkast:
Zet voor het reinigen altijd het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact.
Zorg er tijdens het reinigen voor dat er geen water de schakelaar, het bedieningspaneel, de deurlamp en
de bovenste bedieningskast inloopt.
Verwijder vuil van de buitenkant van de koelkast met een mild reinigingsmiddel, veeg vervolgens schoon
met een zachte doek en laat de koelkast op natuurlijke wijze drogen.
Gebruik bij het reinigen van deurafdichtingsstrip altijd schoon water, veeg af met een droge doek en laat
het natuurlijk drogen. Bevochtig een zachte doek met warm water of neutraal reinigingsmiddel om de
koelkastbehuizing af te vegen, met uitzondering van de deurafdichtingsstrip.
Het is verboden om de koelkast direct met water af te spoelen; dit kan namelijk invloed hebben op de
elektrische isolatie-eigenschappen etc.
Het is verboden om de koelkast te reinigen met metalen wissers, draadborstels, grove schurende
schoonmaakmiddelen, sterke alkalische reinigingsmiddelen of ontvlambare of toxische
reinigingsvloeistoffen.
Zuivel en eieren
De meeste voorverpakte zuivelproducten hebben een aanbevolen ‘ten minste houdbaar tot/te gebruiken
tot"-datum erop. Bewaar ze in het koelkastgedeelte en gebruik ze binnen de aanbevolen tijd.