92E1CG20C0012
NEDERLANDS
20
[b] Aansluitingen volgens de voorschriften, andere dan de
WRC-voorschriften, door accessoirebuizen te gebruiken
(fig. 17)
1) Volg instructie 1) tot en met 4) in [a] hierboven.
2) Voor condensoraansluitingen moet u accessoirebuizen gebruiken
en dezelfde aansluitingen maken als 1) tot en met 3) in [a] boven, op
het vrije uiteinde van 1/2-3/4-nippels, zoals aangegeven (fig. 17).
7. STARTPROCEDURE
1) Sluit de voeding af.
2) Open de watertoevoer.
3) Sluit de voeding aan en zet de machine aan.
4) Het volgende moet in deze volgorde gebeuren:
a) De compressor start (heetgatklep open).
b) Waterbak opent volledig.
c) Waterklep opent.
d) Waterbak begint te sluiten (heetgasklep gesloten)
e) Waterbak volledig gesloten - pompmotor start.
f) Waterklep sluit.
BELANGRIJK
1. Controleer de staat en kwaliteit van het geproduceerde ijs.
2. Gebruik geen ijs dat in de proefdraai is geproduceerd. Het kan
verontreinigd zijn met ongewenste stoffen die zich in het
watercircuit bevonden. Gooi het weg, of spoel het door de
afvoer.
8. LAATSTE CONTROLES
1) Is de installatie lekvrij?
2) Is de ijsmachine trillingsvrij?
3) Zijn de panelen aangebracht en zitten ze vast?
4) Heeft de gebruiker instructies gehad over correct machinegebruik
en is de instructiehandleiding overhandigd?
Fig. 15
Drinkwatertoevoer
G3/4
Toevoerslang
Waterafvoer R3/4
(aan linkerkant van
voorraadbunker)
Afvoerslang
Koelwatertoevoer
Rc1/2
Koelwaterafvoer
Rc1/2
1/2-3/4
Nippel
Condensorkoelcircuitinstallatie
Ijsmachine
Bunker
Fig. 16
Ijsmachine
Koeltoren
Stromingregelklep
Zeef
Pomp
P
Fig. 17
Drinkwatertoevoer
G3/4
Toevoerslang
Afvoerslang
Waterafvoer R3/4
(aan linkerkant van
voorraadbunker)
Koelwatertoevoer
Rc1/2
Koelwaterafvoer
Rc1/2
1/2-3/4
Nippel
Ijsmachine
Bunker