37
• Schuif de onderste trekhaakconstructie (12) vanaf de
achterkant van de tractor op de rechter steunbuis van de
opvangzak (10). Lijn het middelste gat (13) op de bovenste
haak uit met het gat in de steunbuis van de opvangzak (10)
en maak de onderste trekhaakconstructie (12) vast met
trekpennen (14) en klemmen (15).
• Installeer de aandrijver (16) zoals weergegeven. Gebruik
de afstandsstukken (17) om de aandrijver (16) te centreren
tussen de bovenste en onderste haken en bevestig hem met
trekpennen (18) en klemmen (19).
AFSTELLEN VAN DE VEERVERGRENDELINGEN VAN DE
OPVANGZAK
Als de hoogte van de opvangzakconstructies is ingesteld, kan
het nodig zijn om de veervergrendeling van de opvangzak aan
te passen. Om dit te doen verwijdert u de moer (4) en verplaatst
u de veergrendeling van de opvangzak naar het juiste gat in de
achterplaat (1); zorg ervoor dat de opvangzakconstructie goed
gesloten wordt. Draai de moer weer stevig vast.
OPMERKING:
De onderkant van de opvangzak moet in con-
tact staan met het lusuiteinde zodat hij goed vastzit als hij wordt
gesloten.
• Voer de kabelconstructie (20) tussen de onderste
trekhaakconstructie (12) en langs de steunbuis van de
opvangzak (10), en sluit de kabelconstructie aan (20).
• Met behulp van de schakelaar (21) op de rechter
beschermkap schuift u de aandrijver (16) volledig uit. Zet
overtollige kabel vast aan de steunbuis van de opvangzak
(10) met de kabelbinders (22). Trek de aandrijver (16) in en
kijk of er geen bobbels of knopen in de kabelconstructie (20)
zitten.
• Installeer de opvangzakconstructie.
OPMERKING:
Beide dwarsbuizen (23) op het lasstuk van de
opvangzaksteun moeten op de bovenste steunconstructies (24)
worden geplaatst. Door de aandrijver iets uit te schuiven wordt
de installatie makkelijker. Stel de opvangzakconstructie na de
installatie verder af. (Zie “Afstellen van de opvangzak” in dit
hoofdstuk van de handleiding.)
23
24
21
16
16
22
10
20
12
10
20
2
1
3
4
DE “OPVANGZAK VOL”-HENDEL/UITBREIDING
INSTALLEREN
Voordat u onderdelen installeert of afstelt moet de tractormotor
uitgeschakeld zijn en de parkeerrem ingeschakeld zijn.
• Verwijder de middelste afvoertrechter. (Zie “Middelste
trechter verwijderen” in hoofdstuk 6 van deze handleiding.)
• Verwijder de bout (1). Plaats de hendel (2) in de opening en
plaats de bout (1) terug. Stel de hendel naar wens af.
VOLHENDEL OPVANGBAK AFSTELLEN
Schuif de verlenging van de bak volledig naar de gewenste
stand (3).
• Schuif voor zwaar/nat gras de verlenging helemaal in.
• Schuif voor licht/droog gras de verlenging helemaal uit.
HET VEERSLOT VAN DE OPVANGBAK BEVESTIGEN
De veersloten van de opvangbak bevinden zich op de achterplaat
(1), een in elke benedenhoek.
Alvorens ze te installeren moet de tractormotor zijn uitgeschakeld
en de parkeerrem worden ingeschakeld.
• Installeer elk veerslot met het lusuiteinde (2) naar beneden
en in de richting van de opvangbak.
• Plaats de montagebout (3) door de achterplaat. Plaats
het gebogen uiteinde van de veervergrendeling van de
opvangzak op de montagebout (3) en zet deze vast met de
moer (4) zoals weergegeven. Goed vastdraaien.
14
15
10
13
12
18
17
16
18
19
19
2
1
2
3