Probleemoplossing
Probleemoplossing
Probleem
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Het product start niet
De veiligheidscontactsleutel is niet ingesto-
ken.
Plaats de veiligheidscontactsleutel.
Het product bevat geen brandstof meer.
Vul de brandstoftank met nieuwe,
schone benzine.
De AAN/UIT-sleutel is UIT.
Zet de AAN/UIT-sleutel in de stand
AAN.
De choke is staat in de stand UIT (DICHT).
Zet de choke in de stand AAN
(FULL, OPEN).
Het balgje is niet ingedrukt.
Druk op het balgje.
De motor is 'verzopen'.
Wacht enkele minuten alvorens
opnieuw te starten, injecteer NIET.
Start de motor opnieuw terwijl het
gaspedaal volledig is ingetrapt en
de choke UIT (DICHT) is.
De bougiekabel is niet aangesloten.
Sluit de kabel aan op de bougie.
De bougie is defect.
Vervang de bougie.
Er zit water in de brandstof of de brandstof is
te oud.
Leeg de brandstoftank en de car-
burateur. Vul de brandstoftank met
nieuwe, schone benzine.
Er zit damp in de brandstofleiding.
Zorg dat de hele brandstofleiding
onder de uitgang van de brand-
stoftank loopt. De brandstofleiding
moet ononderbroken omlaag lopen
van de brandstoftank naar de car-
burateur.
Andere oorzaken.
Inspecteer de startprocedures in
deze handleiding zorgvuldig.
De brandstofschakelaar (indien aanwezig)
staat in de stand DICHT (UIT).
Zet de motorschakelaar in de
stand OPEN (AAN).
De gashendel staat in de stand STOP.
Zet de gashendel in de snelle
stand.
1481 - 004 - 14.04.2021
147