46
MONTEREN
WAARSCHUWING!
Wees uiterst voorzichtig bij
het slepen. Laat kinderen of anderen nooit toe in of op de
getrokken apparatuur. Maak ruime bochten om scharen te
voorkomen. Rijd langzaam en houd rekening met een langere
remweg.
Sleep niet op een hellend terrein. Het gewicht van de sleep
kan een verlies aan trekkracht en controle veroorzaken.
Volg de aanbevelingen van de fabrikant ten aanzien van het
maximale gewicht van getrokken apparatuur. Sleep niet in de
buurt van sloten, kanalen en andere gevaren.
KOPPELCONSTRUCTIE MONTEREN
1. Verwijder met een sleutel van 3/8" de beschermkap, indien
aanwezig, aan de achterkant van de machine. Verwijder aan
de achterzijde van de beschermkap van de motor de twee
zeskantbouten van 5/16"-18 x 4" en bevestigingsmiddelen
met behulp van een 1/2"-sleutel en een ratel met een
1/2"-dopsleutel met verlengstuk van 6".
OPMERKING: Wees voorzichtig om te voorkomen dat de
glijplaat valt wanneer u bevestigingsmiddelen verwijdert van de
beschermkap van de motor die ook wordt gebruikt om de glijplaat
op zijn plaats te houden.
2. Maak met behulp van de meegeleverde zeskantbouten van
5/16"-18 x 4,5" de beugel (A) van de koppelingsplaat en de
bevestigingsmiddelen los voordat u de glijplaat tussen de
koppelingsplaat en het frontvlak van de
fl
ensmoeren schuift.
(Afb. 7)
3. Haal alle bevestigingsmiddelen aan en breng de beschermkap
weer aan indien deze was verwijderd.
OPVANGBAK MONTEREN
1. Haal de steunbuis (A), de onderste koppelingsbeugel (C) en
de bovenste steun (B) uit de set. Plaats de zeskant
fl
ensbout
van 1/2"-13 x 1” door de onderste koppelingsbeugel (C).
(Afb. 8)
2. Bevestig met een 1/2"-sleutel de bovenste en onderste steun
aan de steunbuis met vier slotbouten van 5/16"-16 x 2" en
moeren. Zorg ervoor dat de gebogen arm van de buis zich
aan de rechterkant bevindt, met de koppelingen gemonteerd
aan de voorkant van de eenheid.
(Afb. 9)
3. Plaats de buis van de opvangzak op de koppelingsplaat
die aan de eenheid is bevestigd en breng met een
3/4"-sleutel en een 3/4"-dopsleutel de 1/2"-moer losjes aan
op de zeskantbout van 1/2"-13 x 1" die door de onderste
koppelingsbeugel (C) is geplaatst.
(Afb. 10)
Modellen met beschermkap (F) aan achterzijde
4. Het kan nodig zijn om gaten te boren in de beschermkap
aan de achterzijde om de bevestigingsmiddelen voor de
steunbeugel en afstandsplaat te kunnen aanbrengen. Boor,
met behulp van de onderste drie gaten van de bovenste
beugel (B) als sjabloon met het niveau van de buis van de
opvangbak, drie gaten van 5/16" in de beschermkap aan de
achterzijde als er geen gaten aanwezig zijn. Ga vervolgens
verder met de instructies hieronder voor modellen met een
beschermkap (D) aan de achterzijde.
Modellen met beschermkap (D) aan achterzijde
4. Bevestig met drie zeskant
fl
ensbouten van 5/16" -18 x 1
1/4” de buis op de machine bij de bovenste steun (B) en
afstandsplaat (G) tussen de beschermkap aan de achterzijde
en de bovenste beugel (B).
(Afb. 11)
Modellen met beschermkap (E) aan achterzijde
4. Bevestig
met
drie
zeskant
fl
ensbouten van 5/16" -18 x 1 1/2"
en moeren de buis op de machine bij de bovenste steun (B)
en drie afstandsbuizen (H) tussen de beschermkap aan de
achterzijde met afstandsplaat (G) aan de binnenzijde van de
beschermkap aan de achterzijde.
(Afb. 12)
Riemen opvangbak monteren
5. Breng met behulp van een 1/2"-dopsleutel de riemen (I/J)
aan, bochten naar de binnenzijde, op de buitenkant van de
steunbuis met slotbouten van 5/16"-18 x 2" en moeren.
6. Bevestig met slotbouten van 5/16"-18 x 1" en moeren
het voorste uiteinde van de riemen op de beugels van de
brandstoftank.
(Afb. 13)
7. U dient te voorkomen dat de steunriemen in contact komen
met de EFM-kast (Electronic Fuel Management) op de motor
of andere kritieke onderdelen. Plaats daarom de schuimstrip
(K) aan de binnenkant van de riem nadat vet of vuil vanaf
het oppervlak zijn verwijderd, zodat contact wordt voorkomen
met de kritieke component die de minste speling heeft. (De
locatie van de illustratie is bij benadering. Kan nodig zijn aan
de rechter- of linkerzijde, afhankelijk van de motorfabrikant.)
8. Zet alle bevestigingsmiddelen vast.
BLAZEREENHEID BEVESTIGEN
1. Lokaliseer achter aan de onderzijde de
vergrendelingsconstructie (A) die aan de montagebeugel
is bevestigd en verwijder deze met behulp van een
9/16"-sleutel en dopsleutel uit de blazereenheid. Trek aan
de veerbelaste pen (B) zodat het geheel vrijkomt van de
blazer.
(Afb. 14)
2. De vergrendeling zal opnieuw worden bevestigd aan de
dekuitworp
fl
ens (C) in het midden van het dek. Bevestig de
vergrendeling via de bovenste opening aan de buitenkant
van de dek
fl
ens. Bevestig de veerbelaste pen in de onderste
opening.
(Afb. 15)
OPMERKING: bij oudere modellen dekken moet de bovenste
opening mogelijk in het dek worden geboord.
3. Bevestig de vergrendeling op het dek met de veerbelaste pen
en verstel de vergrendeling verticaal op de
fl
ens. Markeer
de locatie van het tweede gat en draai de steun uit de weg.
Boor een opening van 7/16" (1,11 cm) bij het merkteken.
(Afb. 16)
4. Zet de vergrendeling op zijn plaats en bevestig de
vergrendeling aan de bovenste opening met de bout, het
afstandsstuk en de moer.
(Afb. 17)
OPMERKING: de vergrendeling kan op het dek aanwezig blijven
wanneer het blazeropvangsysteem niet wordt gebruikt.
5. Schuif de pennen eruit en draai ze naar boven richting de
bovenste behuizing.
(Afb. 18)
6. Zet de blazer (D) op het dek met de montagesleuven over
de uitworpmontagelippen heen.
7. Draai de borgpen weer omlaag en zorg dat deze door de
voorste uitworpmontagesteun van het dek loopt.
Summary of Contents for Z400 COLLECTION SYSTEM
Page 3: ...3 3 2 C B A D A 4 C 6 A 7 B C A 8 B 5 137 cm 54 in B 5 152 cm 60 in ...
Page 4: ...4 D E F 10 G 11 G H 12 I J K 13 A B 14 C 15 9 ...
Page 5: ...5 16 17 18 D 19 A B 20 C 21 A B 22 C 23 ...
Page 6: ...6 A B C 29 3 18 cm 1 25 in 25 Z400 26 A B E D C 27 F 28 10 11 12 1 2 3 4 5 6 7 8 9 24 ...
Page 55: ...55 ...
Page 56: ...Printed in U S A 12 06 19 CL ...